200 omzet was bij de schatting bepaald op 120 gld., bij de her schatting op 140 gld. Een bezoek aan de localiteit van reclamant en aan een viertal analoge zaken heeft ons ten slotte, na onderling overleg, geen vrijheid doen vinden, om U te adviseeren van het bij de herschatting bepaalde bedrag af te wijken. Wij hebben dus de eer (J voor te stellen, om de huur waarde in verband met den omzet te handhaven op 320 gld. en het daarvoor verschuldigde vergunningsrecht op ƒ87.50. Th. Wilmer. D. v. Gruting. B. J. Huukman Dzn. N°. 294. Leiden, 28 Augustus 1920. Naar aanleiding van Art. 5 van het reglement van beheer, hebben Bestuurderen van de Stedelijke Werkinrichting de eer het volgende dubbeltal voor te dragen, voor een lid van het Bestuur buiten den Gemeenteraad, dat jaarlijks op den eersten Dinsdag van September aftreedt, ditmaal zijnde de Heer W. F. Verheij van Wijk, die opnieuw benoembaar is. Ie. de Heer W. F. VERHEIJ VAN WIJK. 2e. A. DE KOSTER. Bestuurderen voornoemd J. G. v. d. Sluijs, Voorzitter. Aug. L. Reimeringer, Secretaris. Aan den Gemeenteraad van Leiden. N°. 295. Leiden, 1 September 1920. Ter voldoening aan het bepaalde bij art. 1 der verordening van 1 Juni 1911,- houdende Reglement van de Gemeentelijke Bank van Leening te Leiden, hebben wij de eer U, ter ver vulling van de vacature van Commissaris dier instelling, ont staan door de ontslagname als zoodanig van den heer J. P. Mulder, na raadpleging van Commissarissen, het volgende dubbeltal aan te bieden: 1°. Th. B. J. WILMER, 2°. J. SPLINTER Gzn. Wij verzoeken U alsriu tot de benoeming over 'te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 296. Leiden, 1 September 1920. Onder verwijzing naar nevensgaand schrijven van Heeren Curatoren van het Gymnasium alhier, geven wij Uwe Ver gadering in overweging: a. den heer L. Elion, Chem. Cand. te 's Gravenhage, voor den tijd van één jaar, gerekend vanaf 1 September 1920, te benoemen tot tijdelijk leeraar in de Scheikunde aan het Gymnasium, alhier; b. den heer Dr. C. de Jong, leeraar in de Wiskunde aan het Gymnasium, alhier, voor den tijd van één jaar, gerekend vanaf 1 September 1920, tevens te benoemen tot tijdelijk leeraar in de Natuurkunde aan het Gymnasium. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 17 Augustus 1920. Wij hebben de eer Uw College naar aanleiding van Uw missive dd. 22 Juli n°. 10 b/27 mede te deelen dat wij advi seeren aan Dr. G. M. Rutten de door hem verzochte ontheffing te verleenen. De Heer Rutten, die nu 24 lesuren heeft, zou hierbij 5 les uren krijgen, zoodat het totaal aantal lesuren zou bedragen 29 en boven het door de verordening voorgeschreven aantal (28) zou stijgen. Wij stellen U voor den Heer L. Elion, Chem. Cand. te 's-Gravenhage, tot tijdelijk leeraar in de Scheikunde voor één jaar door den Raad te doen benoemen, tot het geven van onderwijs in de Scheikunde in de 4e en 5e klasse (totaal 4 lesuren) terwijl wij een soortgelijke benoeming voorstellen tot het geven van onderwijs in de Natuurkunde (twee lesuren in klasse 3) van den Heer Dr. C. de Jong, thans leeraar in de Wiskunde. De benoeming van den Heer de Jong zal noodig zijn, omdat de tegenwoordige leeraar in dit leervak, Dr. van Lohuyzen, door de uitbreiding van het aantal lesuren in den nieuwen cursus, te veel met lesuren zou zijn bezwaard. De ons overgelegde bijlage betreffende Dr. Rutten, benevens een het bovenstaand betreffend advies van den Inspecteur der Gymnasia, gaan hierbij. Curatoren van het Gymnasium: D. C. Hesseling, Voorzitter. M. B. Vos, Secretaris. Aan Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. N°. 297. Leiden, 1 September 1920. In Uwe Vergadering van den 31en Juli 1919 (Ingek. Stuk ken No. 178) werd Mejuffrouw A. E. Revers, voor het tijdvak van 1 September 1919 tot en met 31 Augustus 1920, benoemd tot leerares in de geschiedenis aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes alhier. Overeenkomstig het voorstel van de Commissie van Toe zicht op het Middelbaar Onderwijs en het advies van den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs, geven wij Uwe Vergadering in overweging Mejuffrouw A. E. Revers alsnu definitief te benoemen tot leerares in de geschiedenis aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes en zulks gerekend te zijn ingegaan den len September 1920. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. No. 298. Leiden, 1 September 1920. Voor de betrekking van tijdelijk leeraar in de Geschiedenis en Staatkundige Aardrijkskunde aan de afdeeling B der Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen alhier, (vacature Mej. J. J. A. Longepée) hebben zich slechts twee sollicitanten aangemeld, n.l. de heeren Dr. D. Brouwer en A. Sjouw. Eerstgenoemde heeft gesolliciteerd voor beide vakken, de heer A. Sjouw slechts voor het vak geschiedenis. Zijne sollicitatie moet dus buiten beschouwing blijven. In overeenstemming met het advies van den Directeur der Kweekschool geven wij Uwe Vergadering in overweging den heer Dr. D. Brouwer, leeraar aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier, te benoemen tot tijdelijk leeraar in de Geschiedenis en de Staatkundige Aardrijkskunde aan de af deeling B der Kweekschool voor onderwijzers en onderwij zeressen, alhier. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 299. Leiden, 1 September 1920. Voor de benoeming van een len amanuensis bij het onder wijs in de natuur- en scheikunde aan de Hoogerè Burger school voor Jongens, voor welke betrekking sollicitanten zijn opgeroepen in verband met het aan den heer J. D. Wilschut, met ingang van 1 September 1920, verleend eervol ontslag, hebben wij de eer U, met verwijzing naar het ter zake dooi de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs uitgebracht advies, de navolgende personen aan te bevelen 1°. C. D. WINTERDIJK, te 's Gravenhage, electromonteur aan het Electrisch Bedrijf van de Gemeentelijke Gas fabriek 2°. D. J. BORDEWIJK, te Leiderdorp, werkzaam aan de Touw- en Staaldraadfabrieken der firma Hoos. Tevens geven wij U in overweging om, overeenkomstig het voorstel van de Commissie van Toezicht, de benoeming een tijdelijk karakter te doen dragen en te doen plaats hebben voor den tijd van één jaar, gerekend vanaf het tijdstip der in functie treding. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 2