GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. Ill O0EK09IEIV STUKKEN. No. 182. Leiden, 2 Juni 1920. De woningbouwvereniging «Eensgezindheid", die een paar jaren geleden een 118 tal woningen op een terrein aan den Zijlsingel, met voorschot van de gemeente en een bijdrage in het exploitatietekort met het oog op de abnormale tijdsom standigheden, heeft gebouwd, verzoekt thans blijkens nevens gaand adres met bijlagen voor den bouw van 114 woonhuizen op het bij raadsbesluit van 20 November 1919 (Ingek. Stuk ken No. 3^,0) ten haren behoeve aangekochte terrein beoosten den Zijlsingei en aansluitende aan de reeds door haar ge bouwde woningen, een voorschot van 697.310.52, benevens een jaarlijksche bijdrage in het tekort. Het type, de woonruimte en de architectuur van de te bouwen woningen komen overeen met het bestaande woning complex der vereeniging. En aangezien nu de woningen van dit complex, zoowel wat de indeeling als de woonruimte be treft, volkomen aan haar doel beantwoorden en ook de groe peering van het nieuwe plan goed geslaagd is, bestaat tegen de uitvoering uit technisch oogpunt geen bezwaar. Enkele door de Gezondheidscommissie gemaakte opmerkingen kunnen bij de goedkeuring van het bestek overwogen worden. De ontworpen straatindeeling wijkt eenigszins af van het bestaande uitbreidingsplan. Eene herziening van dit plan is echter in voorbereiding en heeft, bereids ter visie gelegen, zoodat wij het gewijzigde plan binnenkort bij U aanhangig hopen te kunnen maken. De overgelegde bouw- en exploitatierekening moet verschil lende wijzigingen ondergaan, weshalve een dezerzijds opge maakte, gewijzigde bouw- en exploitatierekening hierachter is afgedrukt. Op die rekening is ditmaal geen bedrag voor renteverlies van de koopsom van den grond uitgetrokken, aangezien de grond eerst enkele maanden geleden door de gemeente is aangekocht en de prijs van den grond trouwens betrekkelijk hoog is. Als koopprijs is dus genomen het bedrag, dat de gemeente voor den grond heeft betaald. Het is de bedoeling de uitvoering der grond- en ophoo- gingswerken te doen geschieden door dezelfde directie als die van den bouw der woningen. De rioleering, de verharding en de afwatering van den weg zullen echter rechtstreeks van gemeentewege worden aangelegd. Het honorarium van den architect is berekend naar den tegenwoordig gebruikelijken maatstaf. De in de gewijzigde exploitatierekening vermelde huren zullen nog gemiddeld met 0.70 per woning en per week moeten worden verhoogd, opdat overeenkomstig den door het Rijk in den laatsten tijd gestelden eisch, 60% van de uit gaven door de huren wordt gedekt. Het jaarlijksch tekort bedraagt dan f 19.044.22, waarvan f of f 14.283.165 ten laste van het Rijk en of ƒ4.761.055 ten laste van de gemeente komt. Onder opmerking, dat de verschillende voorwaarden en bepalingen in de conclusie van ons voorstel opgeuomen, weder de gebruikelijke zijn, en dat noch de Commissie van Fabricage, noch de Commissie van Financiën tegen het plan bezwaar hebben, geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging: I. te besluiten; aan de woningbouw vereeniging «Eens gezindheid" voor het sub II genoemde doel te verkoopen een op de situatie in rood aangegeven terrein, ter oppervlakte van 10622 M2., deel uitmakende van de kadastrale perceelen gemeente Leiden, Sectie K nis 705, 726 en 3068, gelegen ten oosten van den Zijlsingel en ten noorden van het bouwplan I der vereeniging, tegen den prijs van ƒ41871.75. II. ons College te machtigen aan te vragen en te aanvaarden uit 's Rijks kas een voorschot groot ƒ725.100.of zooveel minder als in verband met de kosten van het door de te Leiden gevestigde woningbouw vereeniging, «Eensgezindheid" toegelaten als vereeniging, uitsluitend werkzaam in het be lang van de volkshuisvesting bij Koninklijk besluit van 11 Mei 1916, no. 2 uit te voeren, hieronder nader omschreven, bouwplan en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond zal noodig blijken, ten behoeve van de verstrekking aan deze vereeniging van een evengroot voorschot, een en ander tegen eene overeenkomstig art. 19 van het Koninklijk besluit van 28 Juli 1902 (S. 160), laatstelijk ge wijzigd bij Koninklijk besluit van 8 November 1919 (S. 740), te bepalen rente en aflossing in 75 gelijke annuïteiten, voor- zooveel betreft een bedrag van ten hoogste 128684.be stemd voor den aankoop van den grond en den straataanleg c. a., en in 55 gelijke annuïteiten, voorzooveel betreft een bedrag van ten hoogste ƒ596.416.bestemd voor den woningbouw III. ons College te machtigen bij de sub II bedoelde aan vrage tevens het verzoek te richten, dat in de tengevolge van de verstrekking van het voorschot door de gemeente aan het Rijk te betalen annuïteiten een bijdrage worde verleend op den van Rijkswege vastgestelden voet; IV. na ontvangst uit 's Rijks kas van het onder II ver melde voorschot en onder voorbehoud, dat het Rijk zich bereid verklaart de sub 111 bedoelde bijdrage te verleenen, dit voor schot te verstrekken aan voornoemde vereeniging, onder de navolgende voorwaarden en bepalingen; 0. het voorschot wordt verstrekt tegen dezelfde rente en aflossing in evenveel gelijke annuïteiten als de gemeente aan het Rijk moet betalen. In de door de vereeniging aan de gemeente te betalen annuïteiten wordt door de gemeente een bijdrage verleend tot zoodanig bedrag als door het Rijk zal worden bepaald, terwijl alle voorwaarden, die het Rijk aan de verstrekking van het voorschot en het verleenen der bij drage verbindt, ook tegenover de vereeniging zullen gelden; 1. het voorschot moet uitsluitend worden aangewend ten behoeve van den bouw van 114 woningen, en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond, gelegen onder de ge meente Leiden, beoosten den Zijlsingel, op de teekening nader aangegeven, volgens door Burgemeester en Wethouders vooraf goed te keuren plannen en bestekken, terwijl gunning aan aannemers slechts zal mogen plaats hebben na daarvoor bekomen machtiging van Burgemeester en Wethouders; c. de vereeniging verbindt zich tot terugbetaling van alle kosten, verbonden aan het aanleggen van de straten en de rioleering en aan het ophoogen van het bouwterrein enz., voor zoover zulks van gemeentewege, doch voor rekening van de vereeniging zal geschieden; d. het juiste bedrag van het voorschot, de storting daar van en de aflossing bij wijze van annuïteiten zullen bij nadere overeenkomst door Burgemeester en Wethouders met de ver eeniging worden geregeld op den voet van hetgeen ten deze door het Rijk tegenover de gemeente zal worden bepaald; e. de vereeniging verbindt zich jegens de gemeente op de met behulp der voorgeschoten gelden verkregen onroerende goederen eerste hypotheek te verleenen tot een aan het onder II bedoelde voorschot gelijk bedrag; de kosten der hypotheekstelling zullen komen ten laste der vereeniging; f. bij faillissement of bij ontbinding der vereeniging, als mede indien één of meer van de voorwaarden, waaronder het voorschot is verleend, niet worden nageleefd, zal het voor schot of het onafgeloste deel daarvan terstond opvorderbaar zijn, terwijl in dat geval ook geen bijdragen van gemeente wege meer verschuldigd zullen zijn; g. bij vervreemding of bezwaring van onroerende goederen der vereeniging zonder goedkeuring van Burgemeester en Wethouders, of, na weigering van Gedeputeerde Staten, zal het bestuur aan de gemeente verbeuren eene som van vijf duizend gulden, waarvoor de leden van het bestuur hoofdelijk ieder voor het geheel aansprakelijk zullen zijn, onverminderd het recht der gemeente om, zoo daartoe termen zijn, in plaats van de geldboete schadevergoeding te eischen en om de vervreemding of bezwaring niet als geldig te erkennen; h. de gemeente zal, zoolang het voorschot niet geheel is afgelost, met goedkeuring van Gedeputeerde Staten, of bij weigering met Koninklijke goedkeuring, het recht hebben alle bezittingen der vereeniging, met het voorschot verkregen, met de daarop rustende lasten en verplichtingen en alle schulden der vereeniging, voor zoover die ten behoeve van die bezittingen zijn gemaakt, gezamenlijk over te nemen, tegen betaling van een bedrag, door Gedeputeerde Staten goedgekeurd of bij weigering door de Kroon vast te stellen, met dien ver stande, dat boven het voor de verwerving of de instandhouding van die bezittingen aangewende deel van het eigen vermogen van de vereenigng, slechts eene billijke vergoeding voor noodzakelijke met den eigendomsovergang verband houdende kosten wordt uitgekeerd; i. de gemeente heelt het recht, op door Burgemeester en Wethouders te bepalen wijze, in haar dienst zijnd personeel als huurders voor ten hoogste 6 woningen aan te wijzen, met dien verstande, dat deze huurders verplicht zijn zelf de huur aan de vereeniging te betalen en ook overigens de regelen, welke voor de huur en de wijze van bewoning bij den aan vang der bewoning of later gesteld zijn, na te komen; j. het bestuur der vereeniging is verplicht aan Burgemeester en Wethouders of aan iemand daartoe door hen gemachtigd, alle gevraagde inlichtingen te verschaffen. Daarenboven zijn Burgemeester en Wethouders bevoegd om in persoon of door een gemachtigde inzage, afschriften of uittreksels te nemen van de boeken en bescheiden der vereeniging; k. jaarlijks worden de begrootingen vóór i October van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor zij dienen, de balansen met winst- en verliesrekening en het jaarverslag vóór 1 April na afloop van dat jaar aan Burgemeester en Wethouders medegedeeld l. wijzigingen, in de statuten der vereeniging aan te brengen, zullen vooraf door Burgemeester en Wethouders moeten worden goedgekeurd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 1