78 MAANDAG 23 FEBRUARI 1920. de voor hen vast te stellen salarisverhooging, ingaande 1 Januari 1920. (Zie Ing. St. No. 57). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming overeen komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XXIV. Vaststelling van een plan tot gedeeltelijke herziening van het uitbreidingsplan der gemeente, beoosten de Heerenstraat. (Zie Ing. St. No. 46.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Knuttel. Ik heb met genoegen gezien, maar ook met eenige verwondering de critiek, die in dit voorstel uit gebracht is op het bestaand uitbreidingsplan der gemeente. Nu geloof ik, dat het op het oogenblik moeilijk is om daar verder te gaan met het oog op de trambaan, maar ik meen dat, wanneer het uitbreidingsplan aan dezen kantonbevredigend genoemd wordt, dit zeker ook van de andere streek om de bebouwde kom zal gelden. Ik zou dus willen vragen, of wij spoedig een geheel nieuw uitbreidingsplan tegemoet kunnen zien. Men zal moeten toegeven, dat er groot bezwaar bestaat om telkens bij stukken een uitbreidingsplan vast te stellen. Er is één zaak, die mij op de bij dit voorstel overgelegde teekening niet duidelijk is. Ik zie daar namelijk blokken met groene randjes. Worden daarmede tuintjes aangeduid of is die kleur alleen ter verduidelijking van - de teekening aangebracht De heer Bots. M. d. V. Met de wenken van den heer Knuttel zullen wij rekening houden en overwegen om het uitbreidinsplan eventueel zoo uitgebreid mogelijk te wijzigen. Wat die groene strepen betreft, deze geven inderdaad de tuintjes aan. De beraadslaging wordt gesloten en zonder hoofdelijke stem ming overeenkomstig het praeadvies besloten. XXV. Voorstel: a. tot vaststelling van een plan tot gedeeltelijke herziening van het uitbreidingsplan der gemeente, benoorden den Heeren singel bij de Anna Paulownastraat en de Julianastraat. (Zie Ing. St. No. 47.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Knuttel. M. d. V. Met dit voorstel kan ik niet meegaan. Vooreerst is de oplossing, welke aan de Anna Pau lownastraat wordt gegeven, ten zeerste onbevredigend, want door die dwarsstraat ontstaat een zak, zoodat men geen be hoorlijke verbinding krijgt. Indien, zooals de Gezondheids commissie voorstelt, de verbinding met de Alexanderstraat zou totstandkomen, zou dit bezwaar niet in die mate gelden, want dan zou het laatste gedeelte van de Anna Paulowna straat wel doodloopen, maar men zou niet een gedeelte krijgen, dat het karakter van een slop heeft. Met genoegen heb ik gezien, dat het oorspronkelijke advies van den Directeur van Gemeentewerken in dienzelfden geest was, namelijk afwijzend. Teneinde dit voorstel aanlokkelijk te maken wordt opge geven, dat de eischen van welstand in acht zullen worden genomen, maar nu ik de plannen gezien heb, moet ik zeggen, dat daarop al heel weinig kans bestaat, integendeel, dat bier een ernstige misstand zal komen. Er zal daar een gesticht gebouwd worden, waarvan ons geen teekening, wel een prent briefkaart wordt gegeven. Die prentbriefkaart is in hooge mate afschrikwekkend, want het is een verschrikkelijk gebouw. Wat de kerk zelve betreft, daartegen heb ik dit bezwaar, dat de as van die kerk niet rechthoekig komt te staan op de as van den singel, zoodat wij daar eenzelfden toestand zullen krijgen als wij hebben bij de Roomsch-Katholieke school aan de Haarlemmerstraat, namelijk een inspringend gedeelte, wat een buitengewoon onaangename en bijzonder leelijke bebou wing geeft. Wij krijgen allerminst eenigen waarborg van een architect, aan wien de bouw zal worden opgedragen, wordt ons niets verteld dat die kerk ereenigszinsbehoor lijk zal uitzien, zoodat ik ook uit dat oogpunt tegen dit voor stel bezwaar heb. Ik meen, dat de omstandigheid, dat het terrein, dat voor die kerk gekocht is, te klein is, zoodat men de gronden tot achter toe voor den bouw noodig heeft, waar door de verbinding met de Alexanderstraat niet kan worden totstandgebracht, geen reden mag zijn om het plan te wijzigen. Ik geloof ook, dat uit het oogpunt van de eischen, welke de Katholieken gewoon zijn aan hun kerken te stellen, dit plan niet zoo gunstig is, omdat de kerk niet georiënteerd kan worden, maar dat moeten de heeren zelven weten. De heer Oostdam. M. d. V. Het lijkt alsof ik al dadelijk met mijn medestrijder voor de schoonheid van de stad in botsing moet komen, als ik een woord ga zeggen ten gunste van dit voorstel. Indien het voorstel, dat door de heeren Sijtsma, Knuttel en mij is ingediend, tot een spoedige beslissing mag leiden, zoodat wij over de bouwplannen in de stad iets te zeggen krijgen de heer Knuttel hoopt dat natuurlijk evenzeer als ik zullen wij over dit plan voor den bouw van een kerk en een gesticht nog wel iets te bedisselen krijgen en zullen wij waarschijnlijk wel kunnen bedingen, dat de eischen van de schoonheid in het oog worden gehouden. De heer Knuttel heeft er de aandacht op gevestigd, dat er van het gesticht alleen een prentbriefkaart is gevoegd bij de stukken. Dat is juist, maar waarschijnlijk hebben adressanten dat gedaan, omdat er voor het gesticht nog geen plannen bestaan. Waar wij echter zien, dat bij den bouw van de kerk wel degelijk met de eischen der schoonheid rekening wordt gehouden dat toont de teekening mijns inziens aan daar mogen we onderstellen, dat ook het gesticht wel een behoorlijk uiterlijk zal krijgen. En ik zeg nogmaals: laten wij hopen, dat wij spoedig een zeer beslissende stem zullen kunnen medespreken, want het gesticht komt er in elk geval, ook wanneer dit voorstel door den Raad werd verworpen. De bedoeling der aanvraag van adressanten is, om het aan het kerkbestuur en aan de zusters Carmelitessen mogelijk te maken het terrein zoo economisch mogelijk te besteden, voor twee doeleinden. Wat is er nu tegen, dat de Julianastraat daarvoor een uitmonding zal krijgen rechts in plaats van links? Er wordt gesproken van »een zak". Het is toch in elk geval een straatgedeelte ter breedte van minstens 8 M., dat bovendien niet zoo heel diep is. Zoo'n groote »zak" is het dus niet. Het Terweepark is net zoo'n soort van inham. Dit is wel wat breeder, maar het valt er toch wel eenigszins mede te vergelijken. Zoo groot bezwaar kan ik dat dus niet achten, gezien de groote voordeelen welke er tegenover staanwant het zal zeker voor dit stadsdeel van beteekenis zijn, dat daar eenige monumentale gebouwen verrijzen. Het is toch bekend, dat de Katholieken er over het algemeen niet tegen opzien, ook de noodige gelden te besteden aan het uiterlijk hunner gebouwen. Zonder aan de eischen van de schoonheid in het minst te kort te doen, durf ik dus de hoop uit te spreken, dat de Raad zijne toestemming zal willen verleenen aan deze kleine inbreuk op het uitbreidingsplan. Er ontstaat geen grove misstand; integendeel zal dit stadsdeel dan door twee voorname bouw werken worden verfraaid. De heer van der Pot. M. d. V. In tegenstelling met den heer Knuttel meen ik, dat de oplossing welke gevonden is, al moge zij dan niet aan alle eischen beantwoorden, voor de bewoners van de Anna Paulownastraat, de omstandigheden in aanmerking genomen, de gelukkigste is die gevonden kon worden, gunstiger in elk geval dan zich denken liet toen indertijd de Raad afwijzend beschikte op het verzoek om wijziging van het uitbreidingsplan in dat stadsgedeelte. De oplossing van de Gezondheidscommissie, om van de Anna Paulownastraat een zijstraat te maken naar de Alexander straat, zou inderdaad het voordeel hebben dat men. dien zak niet kreeg. Wanneer men aan het ondereind van de Anna Paulownastraat zou kunnen beginnen, dan zou men echter in de Alexanderstraat pas gebouwde huizen moeten afbreken om daar de zijstraat te laten uitkomen. Men zou dan boven dien de bewoners van de Anna Paulownastraat de verkeerde richting laten gaan, want in 9 van de 10 gevallen is voor hen, als zij hun straat willen verlaten, de andere kant de aangewezen richting, namelijk de richting van de brug over de singelgracht die naar- de stad leidt. Afgezien van aesthe- tische redenen zijn die menschen practisch veel beter ge holpen met een zijstraat die verbinding geeft naar rechts dan met een die verbinding geeft naar links. Nu zou men kunnen zeggen: breng aan dien rechterkant de zijstraat dan aan, aan het ondereind van de straat, zoodat die zak niet ontstaat, maar dat zou een hoogst onbillijke eisch zijn voor den eigenaar van het perceel waarop dit ge sticht gebouwd moet worden; die zou daartoe een veel te groot terrein moeten afstaan en vrij zeker zou de geheele bouw van het gesticht daardoor onmogelijk worden. Wat betrett hetgeen de heer Knuttel gezegd heeft over de oplossing van de zaak in het algemeen, ik meen dat wij ons thans daarin niet te ver moeten verdiepen. De quaestie van den bouw zelf komt later aan de orde. Voor den bouw is een vergunning noodig. Ik meen met den heer Oostdam, dat het gewenscht zou zijn, als wij, wanneer die bouw te zijner- tijd aan de orde komt, bepalingen bezitten, die de bevoegd heid geven het ontwerp ook aan aesthetische eischen te toetsen. Waar Burgemeester en Wethouders alleen een ver gunning kunnen weigeren op gronden, aan de verordening ontleend, zal het dan daardoor noodig zijn dat de verordening eerst op dit punt wordt gewijzigd. Maar dat is thans de kwestie niet.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 14