24
Hoewel ons College der commissie moest toegeven, dat
de bouw van de nieuwe kerk en van het gesticht voor
onverzorgde kinderen ongetwijfeld kan bijdragen tot ver
fraaiing van het stadsgedeelte, terwijl daarentegen de door
trekking van de Anna Paulownastraat zeer problematiek is
en, indien zij al na onteigening plaats heeft, daardoor toch
geen goeden toestand kan worden geschapen, nu verdere
huizenbouw niet mogelijk is, meenden wij toch, dat een zonder
meer doodloopen der Anna Paulownastraat in geen geval
mocht worden toegestaan.
Wij trachtten daarom eene oplossing te vinden, waardoor
eenerzijds het tot standkomen van de plannen van adres
santen niet onmogelijk werd gemaakt en anderzijds hét
scheppen van misstanden en het schaden van de belangen
van de bewoners der huizen aan de zuid-oostzijde van
de Anna Paulownastraat zooveel mogelijk werd tegengegaan.
Deze oplossing, waaromtrent met den gemachtigde der
eigenaren, den heer A. Leusen, kapelaan aihier, vooraf van
gedachten werd gewisseld en waarop ook reeds in de raads
vergadering van 23 November 1916 door een der leden de
aandacht werd gevestigd, komt op het volgende neer:
De straat, geprojecteerd in het verlengde der Anna Pau
lownastraat vervalt, doch, teneinde te voorkomen, dat aan
het zuidelijk einde der bestaande straat een ongewenschte
toestand ontstaat, zal vanaf de Anna Paulownastraat naar
de Julianastraat, dus in westelijke richting, een straat ter
breedte van 8 M. worden aangelegd, zooals op de ter visie
liggende teekening nader is aangegeven, terwijl na demping
der vervuilde sloot aan het zuidelijk einde der Anna Pau
lownastraat over een lengte van 25 M., dit gedeelte der
straat over de volle breedte zal worden aangelegd.
Teneinde de tot standkoming van een en ander mogelijk
te maken, moesten de eigenaren zich bereid verklaren om,
onmiddellijk nadat de hiermede verband houdende wijziging
van het uitbreidingsplan door Uwe Vergadering vastgesteld
en door Gedeputeerde Staten goedgekeurd was, den hun
toebehoorenden grond, kad. bekend Sectie K no. 2921 en
2800 ged., voor de tot standkoming van de wijziging ter
plaatse benoodigd en op de teekening in bruin aangeduid, aan
de gemeente kosteloos in eigendom over te dragen en tevens
aan de gemeente te vergoeden de kosten van demping der
genoemde sloot, voorzoover die sloot aan adressanten toe
behoort.
Nadat de eigenaren, zij het ook noode, in den kosteloozen
afstand van den hun toebehoorenden voor de zijstraat be
stemden grond hadden toegestemd en de verlangde ver
klaring in ons bezit was, kon tot het ontwerpen van de ver-
eischte herziening van het uitbreidingsplan worden over
gegaan.
Na de ter visie legging van het ontwerp ingevolge artikel
28 der Woningwet zijn geene bezwaren ingediend. De Ge
zondheidscommissie meent echter slechts dan hare goed
keuring aan de voorgestelde wijziging te mogen schenken,
indien het te plaatsen groote gebouw op zoo'n afstand van
de bestaande woningen wordt opgericht, dat de toetreding
van licht en lucht zoo min mogelijk wordt belemmerd. Boven
dien verdient het h. i. de voorkeur, indien de bestaande Anna
Paulownastraat aan het einde in verbinding wordt gebracht
met de oostelijk gelegen Alexanderstraat in plaats van met
de westelijk gelegen Julianastraat, zooals dezerzijds is voor
gesteld.
Met het verlangen der commissie inzake de toetreding van
licht en lucht zal bij de uitwerking der dètailplannen uit den
aard der zaak rekening dienen te worden gehouden. Het
leggen der zijstraat in oostelijke in plaats van in westelijke
richting is ook door ons College overwogen, doch bleek
niet mogelijk, aangezien met het oog op de lengte der te
bouwen kerk perceel no. 993 over de volle diepte, dus tot aan
den noordelijken rand in beslag moet worden genomen.
Wij geven U mitsdien overeenkomstig het advies van de
Commissie van Fabricage in overweging:
o. tot vaststelling van het op de situatie (bijlage 1) aange
geven ontwerp tot herziening van het uitbreidingsplan der-
gemeente benoorden den Heerensingel bij de Anna Paulowna
straat en de Julianastraat, gelijk dit ontwerp op de Secretarie
ter inzage heeft gelegen, over te gaan en de rooilijnen, zooals
die op de situatie in blauw zijn aangegeven, vast te stellen;
b. onder voorbehoud van de goedkeuring door Gedeputeerde
Staten van de sub a bedoelde wijziging van het uitbreidings
plan der gemeente te besluiten, zonder eenige kosten voor
de gemeente, in eigendom en onderhoud bij de gemeente
over te nemen de op de teekening in bruin aangeduide ge
deelten van de perceelen Sectie K nis 2921 en 2800, en
daarbij te bepalen, dat de kosten van demping der sloot aan
het zuidelijk einde der Anna Paulownastraat, voorzoover deze
sloot nog geen eigendom van de gemeente is, ten laste van
de tegenwoordige eigenaren zullen komen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Het R. K. Parochiaal Kerkbestuur der parochie van Onze
Lieve Vrouw Hemelvaart en het Bestuur der Zusters Carme-
litessen, beiden te Leiden, eigenaars van de bebouwde en
onbebouwde perceelen gelegen aan de Heerensingel tusschen
de Julianastraat en Alexanderstraat, (Kadastraal Sectie K,
no. 2800, 2801, 2802, 2803, 2804, 2805, 2806, 993, 2394 en
2921) wenschen op dit terein een R. K. Kerk, pastorie en
daarbij behoorende lokalen en een R. K. Gesticht voor onver
zorgde kinderen te bouwen, ongeveer volgens bijgaande schets-
teekening. De hier bijgaande briefkaart, eene afbeelding be
vattend van het gesticht der Zusters Carmelitessen te Tilburg,
doet u zien hoe ongeveer de gevel aan de Heerensingel
zal zijn.
Door dit terrein is evenwel, volgens het uitbreidingsplan
der Gemeente, eene straat geprojecteerd, welke al reeds voor
eene gedeelte is aangelegd, n.l. de Anna-Paulownastraat.
Het nog aan te leggen gedeelte van deze straat zoude de
uitvoering der plannen van bovengenoemde besturen onmoge
lijk maken, reden waarom zij zich tot den Raad der Ge
meente wenden met het verzoek om ontheffing der verplichting
deze straat, bij eventueele bebouwing der terreinen, te moeten
aanleggen.
Reeds heeft de Raad in deze eenmaal afwijzend beschikt
bij Raadsbesluit van 23 November 1916, toen uit naam der
Zusters-Carmelitessen door den architect L. v. d. Laan dit
verzoek was ingediend, doch zonder overlegging der plannen.
De nadere beschouwing dier plannen zal U, naar wij
hopen, op Uw besluit doen terugkomen, wijl de bouw eener
nieuwe parochiekerk bij de steeds toenemende uitbreiding
van dat stadsgedeelte, beslist noodzakelijk wordt en wijl,
naar de meening van het Kerkbestuur, geen ander geschikt
terrein voor een dergelijken bouw in die naaste omgeving te
vinden is.
Eene bebouwing van deze terreinen in den geest van bij
gaand schetsplan is voorzeker ook van groot algemeen belang
te noemen en is tevens eene voortreffelijke verfraaing van
dat stadsgedeelte.
Ten slotte maken wij U er opmerkzaam op, dat, indien
geen ontheffing zou worden verleend,.het onmogelijk zoude
zijn de kerk met bijbehoorende gebouwen daar te doen ver
rijzen en alleen het gesticht der Zusters-Carmelitessen daar
zoude kunnen komen, wat ten gevolge zoude hebben dat
langs de aan te leggen Anna-Paulownastraat aan beide zijden
een lange blinde scheidingsmuur zou komen, hetgeen niet
alleen zeer leelijk zoude zijn, doch ook uit zedelijk oogpunt
zeer afkeurenswaardig.
't Welk doende, enz.
Namens het R. K. Par. Kerkbestuur
der parochie van O. L. Vr. Hemelvaart
P. L. Dessens, Pastoor, Voorzitter.
M. J. Markx, Secretaris.
Namens het Bestuur der Zusters Carmelitessen
A. Leusen, Kapelaan.
Leiden 19 Maart 1919. Oude Vest 223.
N° 48. Leiden, 12 Februari 1920.
In Uwe Vergadering van 28 Augustus j.l. werd overeen
komstig ons voorstel, opgenomen onder No. 230 der Ingekomen
Stukken, bepaald, dat de verkorte arbeidsduur uiterlijk op
1 Januari 1920 voor de ambtenaren en werklieden in dienst
van deze gemeente in werking zou treden.
Ofschoon ons College destijds meende, dat de verkorte
arbeidsduur in ieder geval op 1 Januari 1920 zou kunnen
worden ingevoerd, bleek het bij een tweetal takken van dienst,
n.l. bij de politie en bij den havendienst niet mogelijk de in
uitzicht gestelde nieuwe regeling reeds op dien datum tot
stand te doen komen. Uitbreiding van personeel was daarvoor
noodig en het nieuwe personeel moest eerst in voldoende
mate geoefend zijn, alvorens tot invoering van den nieuwen
normalen dienst van gemiddeld 8^ uur per dag bij de politie
en van gemiddeld 55 uur per week voor de brugwachters kon
worden overgegaan.
Zoodoende moest noodgedrongen bij de politie nog gedurende
1 maand (tot 1 Februari) en bij de brugwachters nog ge
durende 5i week (tot 9 Februari) de vroegere dienst als ge
wone dienst worden gehandhaafd.
Een en ander heeft blijkens nevensgaand adres aan de
afdeeling Leiden van den Nederlandschen Roomsch-Katholieken
Politiebond aanleiding gegeven op eene extra-belooning wegens
dien langeren normalen diensttijd aan te dringen.