DONDERDAG 20
NOVEMBER 1919.
329
Benoemd wordt met algemeene (30) stemmen de heer P.
Sneeuw.
De VoorziTlLER. Mag ik de leden van het stembureau be
danken voor de genomen moeite?
IX. Praeadvies op het verzoek van J. van den Briel om
eervol ontslag als onderwijzer aan de school der4e klasse No. 2.
(Zie Ing. St. No. 325.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies besloten.
X. Praeadvies op het verzoek van Mej. M. J. A. Weyers
om eervol ontslag als onderwijzeres aan de school der 3e
klasse No. 8.
(Zie Ing. St. No. 338).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies besloten.
XI. Voorstel tot verhuring van den grooten stal in het
perceel Garenmarkt hoek Levendaal, aan H. F. Prins.
(Zie Ing. St. No. 328.)
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van Stralen. M. d. V. Wanneer ik mij niet vergis,
dan zijn deze perceelen bestemd voor de stichting van de
nieuwe arbeidsbeurs.
Nu heb ik deze week den toestand eens opgenomen aan de
tegenwoordige arbeidersbeurs. De toestand is daar van dien
aard, dat deze geen dag langer mag worden bestendigd.
Ze is een voudig onhoudbaar. Ik meen, dat dit voor Burgemeester
en Wethouders eene aanleiding moet zijn om met den grootsten
spoed te bewerkstelligen dat' er eene nieuwe arbeidsbeurs
komt. Nu komen Burgemeester en Wethouders met het voorstel
die perceelen te gaan verhuren. Dat komt mij niet gewenscht
voor. Bovendien is in een van de lokalen de gemeentelijke
groentenverkoop gevestigd. Waar de inrichting hiervan mijn
inziens zeer primitief is, daar komt het mij meer gewenscht
voor om een gedeelte der belendende perceelen aan dat doel
dienstbaar te maken. Op het oogenblik liggen de groenten in
hokken, die voor verkooplokaal in het geheel niet geschikt
zijn. Ik heb met den verkooper gesproken en deze was van
meening, dat wanneer het belendende koetshuis er bij werd
getrokken men eene betere gelegenheid zou krijgen tot het
verkoopen van groenten en ook tevens aardappelen. Het komt
mij dan ook ongewenscht voor deze perceelen te gaan verhuren.
Mijn voornaamste bezwaar is, dat ik van meening ben, dat
hierdoor de bouw van de nieuwe arbeidsbeurs zal worden
uitgesteld. Tenzij Burgemeester en Wethouders mij kunnen
overtuigen, zal ik mijne stem niet kunnen geven aan het
voorstel van Burgemeester en Wethouders.
De heer Bots. M. d. V. Alvorens er een besluit betreffende
deze perceelen door Burgemeester en Wethouders is genomen,
werden eerst informaties ingewonnen bij den Directeur van
Gemeentewerken, of de verhuring verschuiving van de stichting
van de nieuwe arbeidsbeurs met zich zou brengen. Het ant
woord is geweest, dat de verhuring van geen invloed zal zijn
op den bouw van de nieuwe arbeidsbeurs. Er is aan deze
plannen heel wat uit te werken. Bovendien hangt het tijdstip
van bouwen af van het verkrijgen van de Rijkssubsidie.
Verder meen ik de verzekering te kunnen geven, dat deze
lokalen niet gebruikt zijn voor den verkoop van groenten.
Waar het vooruitzicht toch is om deze perceelen af te breken
met het oog op den bouw van de arbeidsbeurs, daar acht
ik het niet gewenscht kosten te gaan maken om deze per
ceelen in te richten voor groentenverkoop.
De heer van Stralen. M. d. V. Is het dan niet mogelijk,
dat nu reeds begonnen wordt met het afbreken van deze
perceelen, al is er ook sprake van met den bouw van de
arbeidsbeurs te wachten, waar dit verband houdt met, het aan
het Rijk gedane verzoek om eene bijdrage in de bouwkosten
Ik zou evenwel willen aanraden vast te beginnen met het
afbreken van de perceelen en deze niet tegen zoo'n lagen
prijs te verhuren, gelijk door Burgemeester en Wethouders
wordt voorgesteld.
De heer Bots. M. d. V. Ik wil even opmerken, dat het
afbreken vlug genoeg gaat. Gewoonlijk is onder de aanbe
steding van een gebouw begrepen het amoveeren van het
oude gebouw. Men zal begrijpen, dat dit de beste en voor-
deeligste manier is om zulk een pand op te ruimen. Boven
dien acht ik het, waar er in het algemeen zoo'n groot gebrek
aan ruimte bestaat, niet goed deze perceelen nu reeds te gaan
afbreken.
De beraadslaging wordt gesloten.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
praeadvies besloten.
XII. Voorstel tot verhuring van het kleine koetshuis in het
perceel Levendaal hoek Garenmarkt aan J. J. F. van der Meer.
(Zie Ing. St. No. 329.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies besloten.
XIII. Voorstel tot verhuring van het benedengedeelte van
het voormalige Invalidenhuis aan de firma Tieleman en Dros.
(Zie Ing. St. No. 330).
De beraadslaging wordt geopend.
De Voorzitter. Hierbij komt tevens aan de orde de motie
van den heer Oost veen en de dames Baart—Braggaar en
DubbeldemanTrago, luidende:
»Ondergeteekenden stellen voor niet tot verhuring van het
voormalig Invalidenhuis over te gaan, vooraleer eene door den
raad te benoemen commissie van onderzoek zal hebben onder
zocht op welke wijze dit gebouw kan worden benut tot onder
brenging van daklooze gezinnen,"
welke motie voldoende is ondersteund, maar toch in het kort
dient te worden toegelicht. Wat is de bedoeling? Het is mij niet
recht duidelijk. Er staat, dat het gebouw zal worden benut tot
onderbrenging van dakloozen. Is het de bedoeling, dat dit gebouw
zal kunnen worden gebezigd voor tijdelijk onderdak van de dak
loozen die thans bij wijze van politie-maatregel worden onder
gebracht In de toelichting wordt er evenwel de nadruk op gelegd,
dat zoovele arbeidersgezinnen geene woning kunnen vinden
hieruit zou dan volgen dat dit gebouw zou moeten worden inge
richt tot een complex noodwoningen. Ik zou dan ook gaarne
van de voorstellers vernemen, wat in deze hunne bedoeling is.
De heer Oostveen. M. d. V. Ik wil U bedanken voor het
blijk van Uw goeden wil om uit ons voorstel te lezen, wat
wij er werkelijk mede hebben bedoeld. Onze bedoeling is, dat
het Invalidenhuis niet zal worden verhuurd aan de firma
Tieleman en Dros, maar dat het Invalidenhuis zal worden
gebruikt voor de onderbrenging van daklooze gezinnen in
dier voege, dat het niet zal zijn een tijdelijk nachtverblijf,
maar dat het tevens noodwoningen zullen wezen.
Ik heb er dan ook in de toelichting op gewezen, dat er
heel wat gezinnen zijn, die gebrek hebben aan eene woning.
Het is ons bekend, dat de bewoners van de Achterzandstraat
en de Speksteeg dreigen op straat te zullen worden gezet,
terwijl zij niet weten, waar zij een onderdak zullen vinden.
Wij vinden het dan ook noodzakelijk, dat de Raad er bij
Burgemeester en Wethouders op aandringt, dat de lokalen
van het Invalidenhuis, welke naar ik meen bijna zonder uit
zondering kunnen worden verwarmd, voor onderdak van
menschen, die geen onderdak hebben worden ingericht. Dan
zal men de menschen niet meer een onderdak behoeven te
verschaffen in het aardappelenpakhuis in de Caeciliastraat.
Wanneer het Invalidenhuis kan worden bruikbaar gemaakt
tot woning van dakloozen, dan mag de Raad niet toestaan,
dat het Invalidenhuis verhuurd wordt aan de firma Tieleman
en Dros voor het luttele bedrag van ƒ8.per week. Wij
dringen er dan ook op aan, dat er eene Commissie wordt
benoemd die de mogelijkheid zal onderzoeken om het Invaliden
huis in orde te brengen voor het door mij genoemde doel.
De Voorzitter. Het is dus Uwe bedoeling, dat de menschen,
die deze vertrekken zullen betrekken daarvoor huur zullen
betalen aan de gemeente en hun licht en verwarming zelf
zullen bekostigen. Ik begrijp dan niet Uwe vergelijking met
het aldus door U genoemde aardappelpakhuis in de Caecilia
straat; dat is eene geheel andere zaak. Daar ontvangen de
menschen van gemeentewege verwarming en licht, terwijl geen
huishuur wordt betaald. Dit is een onderdak vanwege de politie.
Ik weet bovendien niet eens of de menschen in dat aardap
pelpakhuis er wel zin in zullen hebben over te gaan naar het
In validen huis. Ik ken dat gebouw vrij goed. Het gaat hier
dus om 2 verschillende dingen, die ik goed uit elkander heb
willen houden, maar die voor U weer worden verward. Het
is heel iets anders of men van het Invalidenhuis maakt een
soort asyl voor menschen, die geen onderdak hebben dan wel,
dat men er noodwoningen van maakt, waarvoor men huur
betaalt. Het laatste plan zou der gemeente heel wat kosten
ik meen, dat men dan goedkóoper geheel nieuwe noodwo
ningen zou kunnen gaan bouwen, hoewel ik het in de motie
gevraagde onderzoek niet wil tegenhouden. Men zal wel zien,
dat er van het Invalidenhuis slechts een paar kamers goed
zijn; van het dak is alles gestolen, wat er maar te stelen viel
het gebouw is dan ook een zeef. Ik wil er nog op wijzen,
dat de firma Tieleman en Dros geen gebruik zal maken van
het geheele Invalidenhuis, maar slechts van de benedenver
dieping van een gedeelte; een heele vleugel van het gebouw
zal niet worden in gebruik genomen. De firma Tieleman en
Dros zal dus alleen komen in de benedenverdieping van één
vleugel van het gebouw, die geheel onbewoonbaar is. De
bovenverdiepingen blijven vrij en ook een geheele vleugel.
Men moet dus goed weten, hoe de toestand daar ter plaatse is.