326 DONDERDAG 20 NOVEMBER 1919. 2°. Verzoek van M. Bol om ontheffing van de pacht over 1920 van het grasgewas van de Plantsoenen, het Park en de Singeltaluds. 3°. Verzoek van Mej. J. H. Hoestra e.a. om het gemeente pensioen met 50 te verhoogen en adhaesiebetuiging aan dat verzoek van den Centr. Nederl. Ambtenaarsbond, afdeeling Leiden. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om praeadvies. 4°. Circulaire van het Hoofdbestuur der Nederlandsche Zuid-Afrikaansche Vereeniging, houdende verzoek om het Zuid-Afrikaansche volk dank te betuigen voor de geschonken melies (maïs) ten behoeve van de noodlijdenden in Nederland. De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders meenen ge handeld te hebben in den geest van den Raad door bij voorbaat aan het Hoofdbestuur te verzoeken onzen dank te willen overbrengen aan de schenkers. 5°. Schrijven van het Hoofdbestuur van den Nederl. Bond van Gemeenteambtenaren in zake het stichten van woningen voor gemeenteambtenaren. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten het schrijven in de Leeskamer ter visie te leggen. 6°. Verzoek van de Woningbouwvereeniging »Ons Doel" om een voorschot in de kosten van uitvoering van een bouwplan van 50 woningen en 2 winkelhuizen op een terrein aan het einde der Julianastraat. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 7°. Circulaire van de Commissie ter bevordering van eene spoedige afwikkeling'van de salarisregeling voor het personeel aan vakscholen, zoowel voor Jongens als voor Meisjes, om eventueele aanvragen om subsidie-verhooging in welwillende overweging te nemen. De Voorzitter. De bedoeling van dit adres is dat, wan neer er aanvragen komen, deze spoedig in overweging zullen worden genomen. Meestal wordt aan Rijk, Provincie en Ge meente tegelijk subsidie gevraagd. Nu is er met het oog op de hoogere salarieering van het personeel, verhooging der subsidie noodig. De vraag is dus, of, wanneer Rijk en Pro vincie de subsidie willen verhoogen, ook wij een verzoek daartoe in welwillende overweging zullen nemen. Wanneer ons een dergelijk verzoek bereikt, zullen wij het te zijner tijd in den Raad brengen. De algemeene regel is, dat, wan neer Rijk en Provincie eene subsidie toezeggen, de gemeente aan het verzoek voldoet. Ik stel dan ook voor dit verzoek voor kennisgeving aan te nemen. De heer Dubbeldeman. M. d. V. Valt hier dan ook onder Mathesis? De Voorzitter. Zeker. Hieronder vallen ook de ambachts school, de school aan de Heerengracht, kortom alle vak scholen. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 8°. Verzoek van de Woningbouwvereeniging »De Goede Woning" om een voorschot en een bijdrage in de kosten van aankoop van grond en den bouw van 164 woningen en een badhuis op een terrein benoorden den Maresingel. 9°. Verzoek van de afdeeling Leiden van het Centraal Genootschap voor kinderherstellings- en vacantiekolonies, om haar voor het jaar '1920 een bedrag van ƒ0.50 per dag ên per kind toe te kennen voor elk door de afdeeling naar een koloniehuis uitgezonden en aldaar verpleegd kind, wonende in deze gemeente. 10°. Adhaesiebetuiging aan dat verzoek van het Centraal Genootschap voor Kinderherstellings- en Vacantiekolonies te Amsterdam. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 11°. Motie van den heer Oost veen en de dames Baart Braggaar en Dubbeldeman—Trago, in zake de verhuring van het voormalig Invalidenhuis. Zal worden behandeld bij punt 13. 12°. Amendement van den heer Oostdam op art. 2 der Verordening, houdende voorschriften, betreffende het Register, bedoeld in art. 437 van het Wetboek van Strafrecht. Zal worden behandeld bij punt 21. 13°. Adhaesiebetuiging van het Plaatselijk Arbeids-Secre- tariaat aan het adres van het Leidsche Drankweercomité, in zake de beschikbaarstelling van een lokaal voor werklooze arbeiders. Zal worden behandeld bij het desbetreffend verzoek. 14°. Verzoek van de afd. Leiden van den Alg. Ned. Straat- makersbond, om die afdeeling alsnog op te nemen in de algemeene Dienstcommissie. Dit verzoek luidt als volgt: Leiden, 18 November 1919. Aan den Raad der Gemeente Leiden Geven met den meest verschuldigden eerbied te kennen, ondergeteekenden A. Klinkhamer en W. F. v. d. Blom resp. voorzitter en secretaris van den Alg. Ned. Straatmakersbond, afd. Leiden en omstreken, domicileerende ten huize van den laatst onderg. Lange Paradijssteeg No. 27, dat zij nu twee takken van dienst vertegenwoordigen, dat zij nu naar hun bescheiden meening ook recht hebben in de algemeene dienstcommissie plaats te nemen, Redenen waarom adressanten zich tot Uwen raad wenden met het beleefd doch dringend verzoek, hun organisatie afd. Leiden alsnog in de alg. dienstcommissie plaats te doen nemen. 't Welk doende enz. A. Klinkhamer Voorzitter. W. F. v. d. Blom Secretaris. De Voorzitter. Ik wensch naar aanleiding van dit adres het volgende mede te deelen. Als gevolg van het raadsbesluit, waai bij in principe besloten is tot de- instelling van het georganiseerd overleg, is aan Burgemeester en Wethouders opgedragen eene verordening vast te stellen en voor de uit voering van deze verordening zorg te dragen. Deze zaak hoort derhalve thuis bij Burgemeester en Wethouders en niet bij den Raad, omdat het hier betreft de uitvoering van de verordening. Nu zie ik in het adres eene poging van dezen bond, bij den Raad aangewend, om op te kunnen treden in de algemeene Commissie. Ik meen evenwel, dat de Raad zich er duidelijk over heeft uilgesproken, dat het niet de bedoeling is om in de algemeene Commissie op te nemen een Bond die slechts de belangen behartigt van eene categorie van werklieden. Burgemeester en Wethouders willen evenwel, daar zij ook zulk een brief hebben ontvangen, deze zaak onderzoeken. Wanneer de Raad wenscht af te wijken van zijn eensgenomen besluit, dan zal, nadat eene motie in dien zin mocht aangenomen zijn, eene andere bepaling in de verordening door Burgemeester en Wethouders opgeno men dienen te worden. [Ik geloof evenwel niet, dat, wat hier wordt gevraagd, ooit de bedoeling is geweest van Burge meester en Wethouders, noch van den vroegeren en ook wel niet van den tegenwoordigen Raad. Ik stel dan ook voor dit adres te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening. Dienovereenkomstig wordt besloten. 15°. Verzoek van het Bestuur van het genootschap van Leeraren aan Nederl. Gymnasiën en van het Hoofdbestuur der vereeniging van Leeraren bij het Middelbaar Onderwijs, in zake de toekenning van een extra-maand salaris als uit- keering in eens en van premievrij pensioen. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 16°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting. Worden gesteld in handen van de Reclame-Commissie. De Voorzitter deelt alsnog mede: dat het aan den eervol ontslagen agent van politie B. Slimmers toegekend suppletiepensioen ad 146.'sjaars is verhoogd tot 468.—, in verband met de vaststelling van het Rijkspensioen op 668.per jaar. Aan de orde is thans 1. Praeadvies op het verzoek van P. J. Mulder om eervol ontslag als lid van het Bestuur der Stedelijke Werkinrichting. (Zie Ing. St. No. 335.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 2