'201 ƒ271.420.Het verlies, dat geleden wordt op de gaslevering aan hen, die een inkomen hebben van ƒ800ƒ3000.laten wij nu maar buiten beschouwing; bet zal afhankelijk zijn van de op te zetten progressieve schaal, doch in elk geval evenzeer een reusachtig cijfer vertoonen. Bepalen wij ons op ditoogenblik alleen bij het bovenbedoelde verlies van ƒ271.420. dan zou, opdat enkel dit verlies gedragen werd door de 949 aangeslagenen boven ƒ3000.—, door dezen hoofdelijk ƒ286. boven den kostprijs van het gas moeten worden betaald. Stel het gemiddeld maand verbruik van deze personen op 100 M.3, wat zeker te hoog is, dan zouden de 1200 M.3 van het jaar verbruik met 2t82® ets. d. i. ruim 23| ets. per M.3 moeten worden belast, alleen tot goedmaking van het zoöeven be doelde verlies, dat nog slechts een willekeurig gedeelte van bet totale verlies bleek te vertegenwoordigen. En waar men nu zeker niet aan iederen aangeslagene boven ƒ3000.het gas tegen 23| ets. boven kostprijs, d. i. tegen 40| ets. zou willen berekenen, doch ook hier een geleidelijke opklimming noodig zou wezen, daar behoeft men niet te vragen op hoe veel dan, als alles in aanmerking genomen wordt, de M.3gas berekend zou moeten worden voor aangeslagenen van ƒ8000. ƒ10.000.en hooger. Het is duidelijk dat die prijs boven ƒ1.per M.8 zou stijgen. Of door deze personen dan nog gas zou worden gebruikt, of men dan niet over zou gaan tot andere brandstof en zelfs tot ander verlichtingsmateriaal en of zoodoende niet de geheele berekening als een kaar tenhuis ineen zou storten, zullen wij in het midden laten. Wij willen alleen nog opmerken, dat, waar de cijfers voor bovenstaande berekening ontleend werden aan het kohier 1918 1919, die van het kohier 1919—1920 voor de lagere klassen dooreen genomen wel gunstiger zullen zijn, doch men door de grens te trekken niet bij ƒ800.zooals wij boven deden, doch bij 1000.dan toch ongeveer hetzelfde resultaat zal krijgen. Mogelijk zal men aanvoeren, dat door den lageren prijs het gasverbruik bij een belangrijk deel van de bevolking zal toenemen, daardoor de productieprijs zal dalen en het verlies op elke M3. dus minder groot zal worden. Inderdaad schijnt hierin eenig aequivalent te schuilen, doch terwijl men zoo doende op elke M3. minder verlies zou lijden, zou het aantal M3., dat men verre beneden kostprijs verkocht, daarentegen zooveel grooter worden, daar het ondenkbaar is dat de kostprijs een bedrag van 10 ets zoodoende ook maar zou benaderen. De moeilijkheid om het verlies af te wentelen op de verbruikers, die aangeslagen zijn boven de' 3000.—, blijft dus dezelfde. Wij meenen te hebben aangetoond, dat het voorstel, zoo als het daar ligt, onuitvoerbaar is. Bij de verhoudingen in onze gemeente kan de te lage gasprijs van zoovelen niet door den te hoogen prijs van betrekkelijk weinigen worden goedgemaakt. Een progressieve regeling, gelijk de voorstellers zich hebben gedacht, is alleen mogelijk, wanneer men zich neerlegt bij een aanzienlijk verlies op het bedrijf. Hoe groot dit verlies zou zijn, hangt af van den opzet der regeling. Neemt men 24 ets als maximum dan zou, waar de voorstellers zelf het minimum hebben aangegeven, het tarief er ongeveer aldus kunnen uitzien: Inkomen 0—1000 1001—» 1500 1501—» 2000 2001—» 3000 3001—» 4000 4001—» 6000 6001—10000 10001 en hooger Prijs per M8. 10 ets. 12 14 16 18 20 22 24 Volgens een gemaakte berekening zou het tekort op de gaslevering alsdan alleen voor Leiden bedragen 804000 en op de levering aan de buitengemeenten bovendien nog naar raming 105000, terwijl de Directeur voor teruggang van het gasverbruik bij hen, die de hoogere gasprijzen moeten betalen, omdat concurrentie met vaste brandstoffen nu on mogelijk zou worden, nog een verlies van 60000 schat. Totaal verlies 469000, nog daargelaten een bedrag van 20000 voor extra-administratiekosten als gevolg van de meer ingewikkelde prijsregeling. Men kan de schaal wat anders ppzetten, veel verschil in het verliescijfer geeft het niet. Van het standpunt uitgaande, dat het bedrijf, behoudens in abnormale tijden, in het geheel geen verlies voor de gemeente opleveren mag, kunnen wij dus niet anders dan tegen dit voorstel adviseeren. Het voorstel omtrent de electriciteitsprijzen, dat, naar wij vernamen, alleen bedoeld is om de concurrentie met het gas mogelijk te doen blijven, behoeft nu geen aparte weerleg ging. Wij merken slechts nog op, dat de electriciteitsprijzen voor gewoon verbruik niet buiten alle verband met de con tractprijzen kunnen verhoogd worden en deze moeten concur- reeren met de kosten bij eigen opwekking van stroom. Eindelijk is een voorstel gedaan, dat bedoeld is als over gangsmaatregel. Waar ons advies gericht is op verwerping van het hoofdvoorstel, zouden wij ons van een advies omtrent dezen maatregel dus kunnen onthouden. Wij willen alleen wijzen op de kosten, welke een rabat van 8 ets op de eerste 50 M3. per maand zou meebrengen. Er zijn bijna 20000 aansluitingen. Verbruikten deze alle de tegen rabat geleverde hoeveelheid dan zouden 12000000 M8. tegen rabat geleverd worden. Niet alle verbruikers zullen echter die volle hoeveelheid afnemen, waarvoor wij 2000000 M3. aftrekken. Daarentegen rekenen we dat nog 1000000 M8. ge bruikt wordt tegen 18 ets; hetgeen zeker veel te veel is. De totale productie zou dan zijn 11000000 M3., bij welke hoe veelheid de kostprijs van het gas 15.6 ets. zou wezen. We krijgen dan de volgende berekening: 10000000 M3. worden geleverd met een verlies van 5.6 etsf 560000 1000000 Ms. worden geleverd met een winst van 2.4 ets 24000 Tolaal verlies ƒ536000 of ruim 44000 per maand. Zoowel van dit verlies als van dat, hetwelk volgens onze boven staande berekening uit een progressieve regeling voortvloeit, geldt dat het uit belastingen, door Leidsche ingezetenen op te brengen, zou moeten worden aangezuiverd en dat 28 daarvan zou ten goede komen aan de ingezetenen van andere gemeenten. Nu het gedane voorstel de aandacht onzer commissie op nieuw op de gasprijsregeling richtte, ligt het voor de hand dat wij ook de resultaten van het bestaande tarief hebben nagegaan. Deze zijn niet bijzonder gunstig; bij vergelijking met de overeenkomstige periode van het vorige jaar is zelfs een achteruitgang in de productie waar te nemen. Zulks is te meer te betreuren, omdat, behalve door technische verbete ringen bij sluitende rekening, een lagere gasprijs alleen te verkrijgen is door grooteren omzet. In den prijs van het gas toch zit een constante factor, ge vormd door de grondstolfen, naast een wisselende factor, welke gevormd wordt door de overige kosten van het bedrijf. Deze drukken per M8. afgeleverd gas minder naarmate de omzet grooter wordt. Zoo is de totale kostprijs van het gas bij een productie van 9 millioen M3. 17.5 ets., van 10 mil- lioen M8. 16.5 ets., van 41 millioen M3. 15.6 ets., enz. Met den Directeur zijn wij tot de gevolgtrekking gekomen, dat een grootere omzet op dit oogenblik wordt tegengehou den door den prijs van 18 ets. voor de M8. boven de eerste 30 M3. Tegen dien prijs meent men terecht of ten onrechte dat willen wij hier in het midden laten dat gasver bruik nadeeliger is dan verbruik van petroleum of vaste brandstof. Zij die grootere verbruikers konden zijn en zoo doende konden meehelpen om door grooteren omzet den prijs omlaag te brengen, houden zich nu te zeer afzijdig. M.a.w. het rabat-tarief blijft rantsoeneerend wei ken. Het was uit nemend, toen inderdaad tot zuinig verbruik moest worden gedrongen; nu alle heil juist gezocht moet worden in grooter omzet, werkt het glad verkeerd. Er is geen andere uitweg uit deze moeilijkheid dan de invoering van een uniform tarief, dus het zetten van den tweeden stap op den weg. die bij de vorige wijziging van den prijs reeds werd ingeslagen. De meeste gemeenten heb ben hun crisis-tarief reeds in een uniform tarief omgezet en Leiden behoort, naar ons oordeel, zoo spoedig mogelijk het zelfde te doen, zal de gasfabricage niet blijvend met een deficit te worstelen hebben. Daarbij zal dan ook het verschil tusschen den prijs van gas over een gewonen meter en dien van muntgas, dat indertijd is prijsgegeven om bij de eerste verhooging van den gewonen gasprijs, de belangrijkste kosten, verbonden aan het verstellen der muntmeters, te vermijden, doch dat in vrijwel alle gemeenten bestaat, weder hersteld moeten wor den. Als men bedenkt, dat de muntgasverbruikers de leidin gen, de meters en bovendien nog komforen en lampen gratis krijgen, is dit verschil dan ook alleszins billijk. De kosten van een en ander bedragen bij de tegenwoordige prijzen en loonen 2.2 a 5.1 ets. per M3. gas, alzoo gemiddeld 3.6 ets., zoodat wanneer men het muntgas '1 ets. hooger stelt, toch nog een niet onbelangrijk voordeel voor de muntgasverbrui kers overblijft. De vraag is nu nog slechts hoe hoog dan het uniform tarief zou moeten zijn. De Directeur heeft ons voorgesteld: 14 ets. en 15 ets. voor het muntgas Bij vergelijking met den huidigen kostprijs van 17 ets. ligt hierin een niet onbelangrijk risico. Ging inderdaad het verbruik niet vooruit, dan zou de gemeente een nadeel lijden van 250000. De bedoeling en de verwachting is echter, dat de lagere prijs den omzet zoodanig zal vermeerderen, dat het verschil in betrekkelijk korten tijd wordt ingehaald. Doordat de verbruikers zooveel minder hebben te betalen, ware dan een groot economisch

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 9