6
DONDERDAG 16
JANUARI 1919.
Ik stel dan ook voor die adressen en adhaesiebetuigingen
voor kennisgeving aan te nemen.
Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten.
7°. Verzoek van A. J. de Bruyn c. s., leiders en leidsters
van Rijkscursussen en lichaamsoefeningen, om de gymnas
tieklokalen gratis of tegen een geringe vergoeding af te staan.
Dit adres luidt als volgt:
«Leiden, den 2en Januari 1919.
Ondergeteekenden, allen Leiders en Leidsters van Rijks
cursussen voor lichaamsoefeningen,
gezien het Besluit van Uw College om de vergoeding voor
het gebruik der gymnastieklokalen met 5.per wekelijksch
uur en per jaar te verhoogen;
overwegende, dat elke cursus hun nu opruim f40.succ.
50.komt te staan,
verzoeken Uw College, om redenen in de toelichting ver
meld, beleefd doch dringend de gymnastieklokalen zoo moge
lijk gratis en zoo zulks onmogelijk blijkt, de totaalonkosten
bij het geven van gymnastiekonderwijs in gemeentelokalen
voor hen niet hooger te doen zijn dan 20.per cursus
(dus voor 2 uur), in elk geval de verhooging van 5.per
wekelijksch uur en per jaar op hen niet te willen toepassen.
't Welk doende,
A. J. de Bruin,
(Volgen nog 8 namen van adressanten).
Aan den Raad der gemeente Leiden."
De Voorzitter. De zaak waarover het hier gaat is deze.
Volgens koninklijk besluit mag ieder daartoe bevoegd leeraar
een cursus in de gymnastiek geven, waarvoor eene vergoe
ding wordt verleend van Rijkswege, mits de lessen kosteloos
worden gegeven. Bovendien ontvangt de leeraar voor ieder
geslaagd candidaat nog een vergoeding.
De onkosten hebben de leeraren evenwel zelf te betalen.
De bedoeling van het Rijk is de lichamelijke opvoeding te
bevorderen. Van den leeraar is het eene zuivere finariciëele
onderneming. Het is natuurlijk van belang voor hem, of de
onkosten groot of klein zijn. Wanneer de onkosten niet meer
bedragen dan de kosten voor zaalhuur,/dan geloof ik toch
niet, dat er reden is daarin wijziging te brengen; op deze
wijze kan men wel aan den gang blijven. Ik zie dan ook geen
reden om op het verzoek in te gaan, en moet dus namens
Burgemeester en Wethouders voorstellen niet terug te komen
op het onlangs genomen besluit en deze zaak voor kennis
geving aan te nemen.
Wordt aldus zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
besloten.
8°. Verzoek van de afd. Leiden van het Centraal Genoot
schap voor Kinderherstellings- en vacantiekolonie's om toe
kenning van een subsidie ineens van 1000.
Wordt in handen van Burgemeester en Wethouders gesteld
ter fine van praeadvies.
9°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke
directe belasting.
Worden in handen gesteld van de Reclamecommissie.
10°. Verzoeken om afschrijving van plaatselijke directe be
lasting.
Worden in handen van Burgemeester en Wethouders gesteld
ter fine van praeadvies.
11°. Verzoek van den Leidschen Bestuurdersbond om aan
het verleenen van eene bijdrage aan het Steuncomité en het
Crisiscomité de voorwaarde te verbinden, dat een bepaalde
steunregeling moet worden gevolgd.
Dit verzoek luidt als volgt:
«Leiden, 14 Januari 1919.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft beleefd te kennen de Leidsche Bestuurdersbond
dat in de op 21 December j.l. gehouden vergadering van
het Bestuur van het Leidsche Steuncomité een voorstel is be
handeld, hiertoe strekkende, om de maxima's der uitkeerin-
gen te brengen van 80 op 90 procent van het gezinsinkomen
dat echter bij monde van den Voorzitter de meerderheid
der vergadering verklaarde de verantwoordelijkheid voor
verdere stijging der uitkeeringen niet te kunnen dragen, op
grond van het feit, dat de meerdere uitgaven die daarvan
het' gevolg zouden zijn voor een voornaam deel door de
Gemeente zouden moeten worden betaald en dat het dus niet
aangaat dat het Steuncomité, dat bijna niet meer over eigen
inkomsten te beschikken heeft en is aangewezen op bijdragen
van het K. N. S. en de Gemeente, de uitkeeringen eigen
machtig verhoogt
dat op verzoek van den voorzitter het voorstel toen is
teruggenomen, nadat den voorsteller de raad was gegeven
zich te dezer zake tot de Gemeente te wenden;
dat, voldoende aan dien wenk, de Leidsche Bestuurdersbond
meent, in afwijking met het in het bestuur van het Steun
comité gedane voorstel eene steunregeling aan Uwen Raad
te moeten voorleggen waarvan zij meent dat deze is te
verkiezen verre boven het huidige systeem van uitkeeringen
van het Leidsch Steuncomité.;
dat toch immers vaststaat en in de practijk vele malen
duidelijk is gebleken dat bij de toepassing van de huidige
steunregeling groote onbillijkheden voorkomen, omdat door
het niet bestaan van een vast tarief de verschillende Wijk
commissies groote vrijheid van handelen hebben, zoodat het
van de inzichten van de rapporteurs en niet altijd van de
billijkheid afhangt welke uitkeeringen worden verstrekten
het daardoor vaak voorkomt dat gezinnen van gelijke grootte
en van gelijke positie zeer verschillend worden behandeld;
dat het den Bond zeer gewenscht voorkomt in verband
met den steeds stijgenden nood waarin vele gezinnen van
werkloozen verkeeren, eene steunregeling worde ingevoerd
die het den werkloozen mogelijk maakt, eenigszins behoorlijk
in de behoeften van hun gezin te voorzien;
dat, aangezien uit het bovenstaande blijkt dat van het
Leidsch Steuncomité geen verbetering der uitkeeringen zijn
te verwachten, de Gemeente hier bemiddelend dient tusschen
beide te treden, door aan de aan het Steuncomité te verleenen
subsidie de voorwaarde te verbinden dat behoorlijke uit
keeringen worden gegeven;
Redenen, waarom de Leidsche Bestuurdersbond er met
klem bij Uwen Raad op aandringt, aan het voorstel van
Burg. en Weth., inzake het verleenen van een bijdrage aan
het Leidsch Steuncomité de voorwaarde te verbinden dat de
hieronder volgende steunregeling zal worden ingevoerd en
zoowel voor het Steuncomité als voor het Crisiscomité zal
gelden.
Gehuwden (kostwinners hiermede gelijk te stellen).
De uitkeering bedraagt 75% van het standaardfoon, dat
op het oogenblik in het betreffende bedrijf wordt genoten;
waar collectieve contracten bestaan, worden de loonen, daarin
bepaald, als grondslag genomen.
Voor kinderen, die den leeftijd van 17 jaren nog niet hebben
bereikt, en die een loon verdienen van minder dan 2.75
per week, wordt een toeslag gegeven van 75 cent voor elk
kind, echter met dien verstande, dat de uitkeering en de
kindertoeslag tezamen niet meer mogen bedragen dan 90%
van het huidige standaardloon.
De minimum-uitkeering, zoowel voor gezinnen van twee
personen als voor grootere gezinnen, bedraagt 12.50 per week.
Wanneer de inwonende kinderen onder de 17 jaar een
weekloon verdienen, hetwelk per hoofd ƒ3.50 niet te boven
gaat, dan blijft dit loon voor het gezin behouden, zonder dat
de uitkeering van het Steuncomité verminderd wordt.
Bedraagt het loon van elk kind afzonderlijk méér dan
f 3.50 per week, dan wordt hetgeen door elk kind meer
verdiend wordt, voor 50% in mindering gebracht van de
uitkeering van het Steuncomité.
Voor inwonende kinderen van 17 jaar tot en met 21 jaar
wordt geen kindertoeslag gegeven; echter zullen de inkomsten
dezer kinderen ten volle voor het gezin behouden blijven eri
zal daarvan niets in mindering worden gebracht van de uit
keering van het Steuncomité.
Ongehuwden. De uitkeering aan ongehuwde-alleenstaande-
personen bedraagt 60 van het standaardloon, hetwelk
momenteel in het betreffende bedrijf wordt betaald. Waar
collectieve contracten bestaan, worden de loonen, daarin
bepaald, als grondslag genomen.
De minimum-uitkeering bedraagt 9.per week.
Meerderjarige ongehuwden, die bij hun ouders inwonen,
worden beschouwd als ongehuwde-alleenstaande-personen
In geval door gehuwde of ongehuwde ondersteunden gedu
rende een deel der week werk wordt verricht, ontvangen zij
voor iederen vollen dag dat zij gearbeid hebben, een zesde
gedeelte van de volle wekelijksche steunuitkeering minder;
daarentegen behouden zij het verdiende loon geheel voor zich.
Voor leden van werkloozenkassen, die trekkende zijn wordt
de uitkeering van het Steuncomité verhoogd met 1.50 per'
week, voor hen die uitgetrokken zijn met ƒ1.per week.
In die gevallen, waarbij het bedrag der uitkeering volgens
deze steunregeling lager is dan bij die der vorige, wordt
eene uitkeering verstrekt volgens de vorige regeling.
Alle ondersteunde gezinnen ontvangen gedurende den win-