21 man daarop recht heelt, uitbetaald ten minste 3A gedeelte van het loon, waartegen de werkman in dienst is genomen en dat op zijne aanstelling is vermeld, berekend over het aantal uren, gedurende welke volgens artikel 6 van het bij zonder reglement voor de werklieden, in dienst bij gemeente werken, wordt gewerkt." en sub D, 2°: «De vergoeding bedraagt de helft van het loon, waartegen de werkman in dienst is genomen en dat op zijne aanstelling is vermeld, berekend over het aantal uren, gedurende welke de werkman tengevolge van het stil liggen van het werk verhinderd is geweest te werken, met dien verstande, dat op één dag nimmer over meer uren vergoeding wordt uitbetaald, dan volgens artikel 6 van het bijzonder reglement voor de werklieden, in dienst bij gemeentewerken, wordt gewerkt." Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 32. Leiden, 25 Januari 1919. Het schrikkelijk ongeluk op 23 December 1917, waarbij een jonge man het leven moest laten bij een poging een kind, dat door het ijs was gezakt, te redden, heeft den Burge meester aanleiding gegeven, onze Commissie te verzoeken in overweging te nemen door welke voorschriften de gevaren bij het ijsvermaak het best waren te beperken. Den besten weg acht onze Commissie aanvulling en wijzi ging van de verordening op de wateren in de Gemeente Leiden van 11 November 1897 (Gemeenteblad No. 12), laat stelijk gewijzigd bij verordening van 30 April 1914 (Gemeente blad No. 16). Bij de uitbreiding van de overheidszorg over bet ijsver maak op de openbare wateren der Gemeente, dient wel te worden bedacht, dat de Gemeente onmogelijk de verantwoor delijkheid op zich kan nemen voor den geheelen ijsvloer binnen hare grenzen. Wij hebben daarom gemeend, dat die overheidszorg zich moest beperken tot den ijsvloer in den Zoeterwoudschen Singel derhalve tot het water tusschen Utrechtsche brug en Koepoortsbrug waar in den regel het drukst wordt gereden. In het nieuwe art. 28awordt de ijsvloer tusschen deze beide bruggen als «openbare ijsbaan" aangeduid. De door ons voorgestelde veiligheidsmaatregelen komen hierop neerDe zorg voor de openbare ijsbaan wordt gebracht onder eenhoofdige leiding nl. van den Commissaris van politie, die daartoe de hulp ontvangt van het daartoe in aanmerking komend personeel van Gemeentewerken en Gemeente-Reini ging en van den Havendienst, dat gedurende het vriezend weder anders meestal geen werk heeft (art. 33a.). Daartoe is overleg met de hoofden dezer takken van dienst gewenscht. Het voordeel van deze eenhoofdige leiding is, dat sneller en doelmatiger kan worden opgetreden. Zoodra zich een ijskorst in den singel gaat vormen, vaar digen Burgemeester en Wethouders een verbod uit, om zich op het ijs te begeven. Dit verbod wordt kenbaar gemaakt door het plaatsen van borden met het opschrift »De toegang tot de openbare ijsbaan, zijnde deZoeterwoudsche singelgracht,is verboden. Art. 28b der verordening op de wateren in de Gemeente Leiden", terwijl Burgemeester en Wethouders dan door openbare kennisgeving de aandacht op dit verbod kunnen vestigen. Wordt het ijs dan voldoende sterk bevonden, ter beoordeeling van den Commissaris van politie, dan worden deze borden verwijderd, tenzij het ijs op bepaalde baanvakken nog te zwak mocht zijn (vergelijk de woorden »en voorzoover" in het eerste lid van art. 286.). De aanvulling van art. 29 scheen ons gewenscht, omdat voor het maken van banen op het ijs meermalen ook ijsschuiven worden gebruikt en baanvegers in de praktijk dikwijls plegen te staan inplaats van te loopen. Het oude art. 31 is duidelijkheidshalve gesplitst in 2 artikelen. De openbare ijsbaan is verboden terrein voor wagens en fietsen, doch wel toegankelijk voor voetgangers. Zijn er evenwel hanen aangelegd, dan zijn deze ook voor voetgangers ver boden (art. 31a.). Aan art. 32 is een nieuw lid toegevoegd voorziende in het geval, dat dubbele wegen, bijzonderlijk voor schaatsenrijders bestemd, zijn aangelegd. Teneinde te voorkomen, dat in dit geval de menschen tegen elkander in zouden rijden is de bepaling opgenomen, dat de rechter weg moet worden gehouden. Ten slotte was door bovengenoemde wijziging tevens aan vulling noodig van art. 39 en 42. Overtreding van de bepaling van art. 286, moet om het groote gevaar hieraan verbonden, onzes inziens strafbaar ge steld worden met hechtenis van ten hoogste 6 dagen of de hoogste geldboete van f 25; tegen overtreding van art. 31a., kan onzes inziens met een maximum geldboete van f 3. worden volstaan. In verband met de mogelijkheid van een spoedig intreden van den vorst, achten wij het voorts wenschelijk deze veror dening te doen afkondigen onmiddellijk nadat zij is vastgesteld. Op grond van het voorgaande geven wij Uwen Raad der halve in overweging te besluiten: A. tot vaststelling der navolgende verordening. VERORDENING tot wijziging van de verordening van 14 November 1897 (Gemeenteblad N° 12) op de wateren in de Gemeente Leiden, laatstelijk gewijzigd bij ver ordening van 30 April 1914 (Gemeenteblad N°. 16). ART. I. Na art. 28 worden ingevoegd de volgende artikelen: art. 28a. Onder «openbare ijsbaan" wordt in deze verordening ver staan de ijsvloer van de Zoeterwoudsche singelgracht. art. 286. Niemand mag zich op de openbare ijsbaan bevinden indien en voörzoover de toegang daartoe door Burgemeester en Wethouders is verboden. Dit verbod wordt kenbaar gemaakt door op de openbare ijsbaan borden te plaatsen, waarop vermeld staat: «De toe gang tot de openbare ijsbaan, zijnde d§ Zoeterwoudsche singel gracht, is verboden. Art. 286 der verordening op de wateren in de Gemeente Leiden." ART. II. In art. 29 worden inplaats van de woorden «op den ijsvloer der openbare wateren" gelezen de woorden «op de openbare ijsbaan", en tusschen het woord «hand" en «daarover" worden na het plaatsen van een komma, ingevoegd de woorden: «of met eenig ander voorwerp geschikt om banen te maken, daarop te staan of" ART. III. st In artikel 30 worden inplaats van de woorden «op de voor schaatsenrijders bestemde openbare ijsbanen" gelezen de woor den «op de openbare ijsbaan". art. IV. Art. 31 wordt gelezen als volgt «Het is verboden zonder noodzaak op de openbare ijsbaan te komen met door trekdieren getrokken voertuigen of met rijwielen." art. V. Na art. 31 wordt ingevoegd het volgende artikel art. 31a. Indien op de openbare ijsbaan bijzondere wegen voor schaatsenrijders zijn aangelegd, is het verboden te voet op die wegen te komen, anders dan ter besturing van eene slede, of om iemand behulpzaam te zijn bij het leeren van schaatsenrijden. a ART. VI. Art. 32 wordt gelezen als volgt «Schaatsenrijders en bestuurders van sleden zijn verplicht rechts uit te wijken, wanneer zij andere schaatsenrijders of bestuurders lp de openbare ijsbaan tegenkomen. Indien dubbele wegen bijzonderlijk voor schaatsenrijders bestemd, zijn aangelegd, zijn zij verplicht den rechter weg te houden." ART. VII. In art. 33 wordt inplaats van «ijsbanen" gelezen «openbare ijsbaan". ART. VIII. Achter art. 33 wordt ingevoegd een nieuw artikel. art. 33a. De algemeene zorg voor de openbare ijsbaan is opgedragen aan den Commissaris van politie, welke tot dit doel de - V if

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1919 | | pagina 24