248 DONDERDAG 24 OCTOBER 1918. zou sorteeren, al werd de school ook ontruimd, omdat deze hoogstwaarschijnlijk in vrij desolaten toestand vei keert en er ook -een verbouwing aan zou moeten worden verbonden of een nieuw-bouw zou moeten plaats hebben, hetgeen ook niet onmiddellijk zou kunnen plaats vinden. Burgemeester en Wethouders zullen opnieuw pogingen doen, en het zal hun zeer aangenaam zijn, als zij daarmede slagen. Ik stel U voor, dit verzoek in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen ter afdoening. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten. 4°. Verzoek van Prof. Mr. A. S. de Blécourt om den boom, staande vóór perceel Witte Singel No. 84 b, te doen rooien. De Voorzitter. Het is niet noodig het request voor te lezen. Het betreft den boom. waarover wij hier dezen zomer reeds een keer gedebatteerd hebben. De bedoeling van den heer de Blécourt is, dat deze zaak niet in de doofpot zal komen. Uit het antwoord, dat Burgemeester en Wethouders dezen zomer hebben gegeven, hebben de heeren kunnen nagaan, dat dit hunne bedoeling niet was, doch dat Burge meester en Wethouders toen het oogenblik verkeerd vonden, om die zaak te behandelen en deze zullen in oogenschouw nemen, wanneer de algemeene boomrooiing in den Raad aan de orde komt. Ik stel U voor, het request in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om praeadvies, tegelijk met het jaarlijksch voorstel omtrent het rooien van boomen. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten. 5°. Verzoek van den Bond van Technici om op het verzoek van de afdeeling Leiden van dien bond, in zake de benoe ming van gemeente-ambtenaren door den Raad, gunstig te beschikken. Zal worden behandeld tegelijk met de'voortzetting der aan gehouden verordening. 66. Advies van de Gezondheidscommissie op de Concept verordening tot wijziging van die, op de openbare vermake lijkheden en bijeenkomsten. Dit advies luidt als volgt: «Leiden, den 23 October 1918. In antwoord op Uw ter zijde aangehaalde missive heeft de Gezondheidscommissie de eer U mede te deelen, dat zij zich met de voorgestelde wijziging van de Verordening op open bare vermakelijkheden en bijeenkomsten vereenigen kan. Namens de Gezondheidscommissie, W. C. Mulder, Voorzitter. W. C. de Graaff, Secretaris. Aan Burgemeester en Wethouders te Leiden." Zal worden behandeld tegelijk met de desbetreffende ver ordening. 7°. Adhaesiebetuiging van de afdeeling Leiden van den Bond van Nederlandsche Onderwijzers aan het adres van de afdeeling Leiden van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij, in zake maatregelen tot ontruiming van de school aan de Van der Werfstraat. Wordt gesteld in handen van Burgemeester eni Wethouders ter afdoening. De Voorzitter, ik wensch thans voor eene zeer gewichtige zaak eene geheime vergadering te houden. Straks wanneer de openbare vergadering weer zal worden voortgezet, zal wel aan het pubiek blijken, waarover in comité generaal is ge sproken geworden. Wanneer hier niemand tegen is, sluit ik thans de openbare vergadering, en verzoek ik den boden de deuren te sluiten. De openbare vergadering wordt na eenigen tijd heropend. De Voorzitter. Bij Burgemeester en Wethouders is het volgende schrijven ingekomen: »'s-Gravenhage, 17 October 1918. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. Edel Achtbare Heeren, Meenende daardoor in den geest van mijn overleden broeder, Mr. C. W. J. J. Pape, te handelen, heb ik de eer, U mede te deelen, dat ik mij bereid verklaar, om aan de door mij aan Uwe gemeente ter bestrijding der kosten van aankoop van aan het museum »de Lakenhal" a costi grenzend terrein ter vergrooting van dat museum gedane schenking uitbreiding te geven in dien zin, dat ook het voor die vergrooting be- noodigde gebouw door mij en voor mijne rekening naar het hierbij gevoegd ontwerp en onder leiding van een door mij aan te wijzen architect wordt gesticht, welk gebouw alsdan eigendom van Uwe Gemeente wordt en na zijn voltooiing door mij aan haar in beheer zal worden overgedragen. Gaarne zoude ik van U vernemen, of Uwe Gemeente bereid is, dat aanbod aan te nemen, en, zoo ja, wanneer ten bovenbedoelde einde door mij de beschikking over het ge- gemelde terrein met de thans daarop aanwezige opstallen zoude kunnen worden verkregen. In afwachting verblijve met de meeste hoogachting UEd. Achtb. dw. (get.) C. P. D. Pape." Het zal U zeker, evenals mij. als een bijzonder bewijs van liefde voor zijn vaderstad treffen, tevens als een bewijs van burgerzin, dat de heer Pape wederom zulk een prachiig aanbod aan de gemeente -heeft gedaan. Dit is een aanbod, zooals misschien nog nooit in dezen Raad is ingekomen. Het zal dienen, om het museum zoodanig te vergrooten en in te richten, dat het een der mooiste musea in ons vaderland zal worden. Bovendien zal dit werk, omdat de heer Pape erop gesteld is, dat de uitvoering niet zal traineeren, in deze moeilijke tijden er toe bijdragen dat ten zeerste tegemoet zal worden gekomen aan mogelijk ontstaande werkeloosheid. Ik stel U voor, dat geschenk met den meesten dank te aanvaarden en geef U namens Burgemeester en Wethouders in overweging, om onder bijzondere dankzegging aan den milden schenker te besluiten tot aanvaarding van het aanbod en tevens Burge meester en Wethouders te machtigen de huur van de ter beschikking te stellen perceelen tegen! Mei 1919 op te zeggen. (Teekenen van instemming) Verlangt iemand het woord over het aanbod van M. Pape? De heer Pera. M. d. V; Ik ben er volkomen zeker van, dat ik niet slechts uit naam van den geheelen Raad, maar ook uit naam van de geheele burgerij spreek, wanneer ik zeg, dat het aanbod van den heer Pape voor ons allen is een groote verrassing, en bij allen groote blijdschap heeft ver wekt. Wij bezitten in de Lakenhal een schoon museum, maar het is reeds meermalen gebleken, dat uitbreiding hoog noodig is. Nu is het zeer verrassend, waar anders veel om financiëele reden achterwege moet worden gelaten, dat Leiden op deze wijze in de gelegenheid wordt gesteld de noodige uitbreiding aan het museum te geven, wat mede zeer tot verfraaiing zal zijn van den omtrek, en aan de gemeente niets zal kosten. Dat dit aanbod dan ook bij den Raad en de geheele burgerij blijdschap verwekt, is te begrijpen en ik meen dan ook, dat het zeer gewenscht is, dat op de meest hartelijke wijze dank wordt gezegd voor deze milde gift. Teekenen van instemming). De heer van der Lip. M. d. V. Als Voorzitter van de Com missie voor de Lakenhal sluit ik mij gaarne aan bij de waardeereride woorden door U, Mijnheer de Voorzitter en den heer Pera ten opzichte van den heer Pape gesproken, die ons met zijne royale schenking zoo bizonder heeft verrast. Het spreekt wel van zelf, dat de Commissie voor de Lakenhal met bijzondere ingenomenheid van de plannen van den heer Pape heeft kennis genomen, want hierdoor zal het mogelijk worden, dat aan het museum de zoo noodige uitbreiding zal kunnen worden gegeven, zonder dat het aan de gemeente geldelijke offers kost. Ik kan dan ook verklaren, dat de Commissie voor de Lakenhal den edelen gever diep erkentelijk is voor zijne vorstelijke gift. ik wil er nog dit aan toevoegen, dat, zooals de heeren wel zullen begrijpen, dit schrijven maar niet zoo uit de lucht is komen vallen, maar dat er voorbereidende besprekingen zijn gehouden en ik kan dan ook niet nalaten bij deze gelegenheid een woord van erkentelijkheid uit te spreken jegens den Directeur van het Museum, die zich in deze aangelegenheid tegenover de gemeente zeer verdienstelijk heeft gemaakt. (Teekenen van instemming). Wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. Aan de orde is: I. Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemd raadslid P. Heemskerk. De Voorzitter. Mag ik de heeren van der Eist, Briët en Wilmer verzoeken de commissie te vormen tot onderzoek

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1918 | | pagina 2