DONDERDAG 14 MAART 1918. 65 de N.V. A. W. Segboer's Uitgevers-Maatschappij om ver gunning tot het plaatsen van eenige kiosken. Dit stuk luidt als volgt: Aan de Raad der Gemeente Leiden. Edelachtbare Heeren. Ondergeteekendennamens »de Hanze," afd. Leiden van den bond van R. K. Vereenigingen voor den handeld rij venden en industrieëlen middenstand; kennis genomen hebbende van het verzoek der firma Zegboer te 's-Gravenhage, gedaan, om toe stemming van uwen Raad te verkrijgen tot het plaatsen van kiosken op verschillende punten onzer stad; van meening dat, waar hier ter stede reeds dergelijke inrichtingen zijn gevestigd de plaatsing van meerdere kiosken niet voorziet in een behoefte en bovendien van oordeel dat deze inrichtingen door keuze der meest gunstige standplaats met geen andere exploitatie-kosten dan een zeer gering staangeld een zeer ongewenschte concurentie uitoefenen of zullen gaan uit oefenen tegenover de winkeliers in het algemeen en onze leden in het bijzonder: meenen hierin voldoende motieven te zien om uwe Raad te verzoeken op bovengenoemde aan vrage, der firma Zegboer afwijzend te beschikken. Namens de afdeeling Leiden van den bond voor den handeldr. en industr. middenst. R. K. Middenstands Ver. »De Hanze", afdeeling Leiden. Th. C. F. Stijnman, Voorzitter. R. W, Pelle, Secr. Zullen worden behandeld bij punt XII der agenda. 16°. Missive van Curatoren van het Gymnasium in zake de wijziging van de salarisregeling van den Rector. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 17°. Adres van den Revolut. Socialistischen Vrouwenbond, afd. Leiden, houdende aanbieding van diverse klachten van 1506 vrouwen uit de arbeidersklasse, over de wijze waarop van overheidswege de voorziening in de behoeften van levens middelen en huishoudelijke artikelen wordt ter hand genomen. Dit stuk luidt als volgt: Leiden 14 Maart 1918, Aan den Raad der Gemeente Leiden, hebben de eer aan te bieden ondergeteekenden C. van der Laaken en E. J. Franke—van Galen, respectievelijk voorzitster en secretaresse van den Revolutionair Socialistischen Vrouwen bond afdeeling Leiden, ten deze woonplaats kiezende ten huize van de tweede ondergeteekende »Heinsiusplein" n° 10, diverse klachten van 1506 vrouwen uit de arbeidende klasse hetgeen uit bijgaande 15 lijsten nader kan blijken. Deze klachten drukken de groote ontevredenheid uit over de wijze waarop van overheidswege de voorziening in de behoeften van levensmiddelen en huishoudelijke artikelen wordt ter hand genomen. En dat de nood in de arbeidende klasse hoog gestegen is bewijst wel de groote toeloop naar de ge meentelijke verkoopingen op de Vischmarkt, waar ondanks hunne ondervoede lichamen, vrouwen en kinderen, het er voor over hebben om uren en uren in de rij te staan wach ten tot zij aan de beurt zijn. Er is dan ook voor arbeiders zoowat aan alles gebrek. Wij noemen slechts enkele voor beelden als: Vet. Van dit artikel wordt een half ons per hoofd en per week verstrekt, een enkele maal slechts een ons; aanvulling met margarine is zoo goed als uitgesloten, omdat leveranciers, belust op oorlogswinst, bij voorkeur hunne voorraad slijten aan de huizen van de bezittende klasse. Aardappelen. In verband met de broodnood, moet in ar beidersgezinnen het voedsel voornamelijk worden aangevuld met dit product. Niettegenstaande worden de rantsoenen hiervan steeds kleiner en de kwaliteiten minder. Groene zeep. Een artikel waarvan de rantsoenen toch reeds veel te klein waren wordt thans in 't geheel niet verstrekt. Zoo zou kunnen worden doorgegaan met alle mogelijke artikelen, die vooral in arbeidersgezinnen onmisbaar zijn en die allen öf te duur, of niet te bekomen, of te slecht, öf alle drie tegelijk zijn. Wij geven Uwen Raad in overweging aan de rechtmatige eischen van de vrouwen te voldoen en voor zoover daarvoor Uwe bevoegdheid niet reikt bij hoogere autoriteiten op spoedige inwilliging daarvan aan te dringen. 't Welk doende Voorzitster Chbista. van dee Laaken. Secretaresse E. J. Fhanke v. Galen. De Voorzitter. Het is misschien niet verkeerd, als ik hierop dadelijk een mondeling praeadvies als ik het zoo noemen mag geef. Van het vet wordt in^dit request gezegd, dat van dit artikel ons per week wordt verstrekt, een enkele keer 1 ons. Dat is niet geheel, maar toch grootendeels onjuist. In gansch Nederland wordt verstrekt per hoofd der bevolking in vier weken ons, zoodal wordt verstrekt drie weken één onsen één week ons. Meer vet, althans bak- en braadvet, is in Nederland niet beschikbaar, zoodat aan dergelijke zaken niets te doen valt. Waar er in ons land niet meer van aanwezig is, kan men daarvan onmogelijk meer verdeelen. Daarenboven heeft het Gemeentebestuur daarover niets te zeggen; het krijgt zelf dat kwantum van ons in de vier weken aan gewezen. Het spijt mij, dat dat niet is vier ons in de vier weken, maar een andere verdeeling is niet mogelijk. Van de aardappelen wordt gezegd, dat de rantsoenen daar van steeds kleiner worden. De aardappelen zijn van 5 October af gerantsoeneerd door gansch Nederland op 4 Kilo per inwoner per week. Dat is steeds hetzelfde gebleven. Alleen kan het verschil dit zijn, dat vroeger vele menschen niet van hun portie gebruik hebben gemaakt, daar de schaarschte geringer was en er toen meer aardappelen overbleven. De geheele gemeente wordt gerantsoeneerd voor hare bevolking; maakt een deel van haar rantsoen geen gebruik, dan krijgen de overblijvenden meer. Daardoor was het mogelijk in het begin 5 Kilo per persoon te geven, doch thans kan er niet meer dan 4 Kilo gegeven worden. Als ik niet meer ontvang, kan ik ook niet meer aardappelen verdeelen en de Regeering kan ook niet meer geven, want de hoeveelheid is niet groo- ter. Men kan onmogelijk distrubueeren, wat er niet is. Groene zeep is blijkbaar inNederland op het oojgenblik niet meer te krijgen, zoodat daarin een groote schaarschte bestaat en men zich op het oogenblik van het gebruik ervan zooveel mogelijk moet onthouden. Wanneer er weer groene zeep komt, kan ik niet zeggendat weet ik niet. Om aan deze behoefte tegemoet te komen heb ik de vorige week een partij harde zeep in beslag genomen en doen verkoopen voor 11 cent per stuk. Men kan de distributie daarvan wellicht voor de bevolking gemakkelijker inrichten, maar dan komt die zeep voor de menschen veel duurder uit, want dan moet men meer personeel aanstellen voor dien verkoop. Voor deze zeep betaalt men tegenwoordig een hoogen prijs. Gaat men die zeep op 20 of 30 plaatsen verkoopen en onder behoorlijke politie-contróle, dan zal zij natuurlijk weer duurder verkocht moeten worden. Het is moeilijk daaraan verder iets te doen, zoolang de strijdende landen geen toevoer naar ons land toe laten. Bij velen heerscht het idéé, dat er meer te. verdeelen is en dat dit niet gebeurt. Dat is echter niet waar. Natuurlijk gebeuren er dingen, die het daglicht niet kunnen zien, maar als iemand werkelijk streng ingrijpt, dan doe ik het. Wanneer ik er achter kom, dat goederen gekocht worden om de prijzen op te jagen, dan wordt daarop door mij beslag gelegd, vandaar dat ik reeds twee keer een zeepverkoop kon laten houden in den vischwinkel. Dat de kwaliteit der aardappelen minder zou wordeh, ik zou zeggen, dat dit bijna ieder jaar het geval is om dezen tijd. De kwaliteit wordt gaandeweg iets minder goed, dan zij in Januari en Februari was en dat is een gewoon jaarlijksch verschijnsel. Een aardappel, die in den grond bewaard is, wordt er niet beter op. Wij krijgen hier trouwens niet de slecht ste aardappelen. Ik weet bijna zeker, dat er in Arnhem en Nijmegen tot dusverre geen enkele kleiaardappel is gedistri bueerd, terwijl hier van de 4 Kilo aardappelen 2 Kilo een tijdlang kleiaardappelen en 2 Kilo zand- en veenaardappelen zijn geweest. (Op de publieke tribune wordt gesproken.) Wanneer op de tribune gesproken wordt, zal ik die laten ontruimen. In het algemeen is de verhouding vastgesteld op klei en 8/s veenaardappelen. Wanneer echter niet- voldoende klei aardappelen ontvangen worden, kan het Gemeentebestuur die natuurlijk niet distribueeren. Als men nagaat, welke aard appelen hier zijn gedistribueerd, dan zal men bemerken, dat hier zoolang mogelijk voldaan is aan den eisch, dat er 2/s klei aardappelen bij moeten zijn. Vele menschen begrijpen niet, dat wij hier in een belegerd land zitten, en dat, waar niet meer voedsel is, ook niet meer kan worden verdeeld. Nu nog deze vraag. Aan den Raad wordt in overweging gegeven, »aan de rechtmatige eischen der vrouwen te voldoen" en voorzoover daartoe zijn bevoegdheid reikt, »bij hoogere autoriteiten op spoedige inwilliging aan te dringen". Ik kan den Raad mededeelen, dat ik voortdurend in brief- - wisseling ben met de Regeering ten einde zoo groot mogelijke hoeveelheid te krijgen. Hiervoor strijd ik den ganschen dag. Het helpt mij evenwel niets, of ik al schrijf om het rantsoen vet en aardappelen te verhoogen, aangezien het hier betreft eene regeling, die geldt voor geheel Nederland. Men ontvangt dus in Leiden evenveel als overal elders.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1918 | | pagina 3