280
DONDERDAG 15 NOVEMBER 1917.
betreft zijne bewering, dat er geen grond zou zijn.om be
schikbaar te stellen, moet ik zeggen, dat ik het daarmede
niet eens ben. Punt 9 bevat het voorstel tot verhuring van
het noordelijk gedeelte van het weiland benoorden de Decima-
straat en beoosten de Kooilaan. De helft van dat terrein wordt
reeds voor volkstuintjes gebruikt. Nu zou het andere gedeelte
toch ook wel beschikbaar kunnen worden gesteld. Wanneer
het weiland is, is er toch in het geheel geen bezwaar dat te
scheuren, dan heeft men in ieder geval het eerste jaar goeden
tuingrond zonder bemesting. Het verheugt mij in ieder geval,
dat Burgemeester en Wethouders reeds hebben overwogen
of het mogelijk zal zijn uitbreiding te geven aan de terreinen,
die voor volkstuintjes beschikbaar kunnen worden gesteld.
De heer Fischer. M. d. V. Het voorbeeld door den heer
Sijtsma genoemd, acht ik niet zeer gelukkig. Het gedeelte
van het terrein, dat door Burgemeester en Wethouders wordt
voorgesteld om te verhuren aan C. de Graaf is niet geschikt
voor deze tuintjes. Bovendien is zijn voorbeeld nog in een
ander opzicht niet gelukkig gekozen, aangezien dit terrein
bestemd is voor den aanleg van een volkspark; het zou dus
kunnen zijn, dat er van die tuintjes niets zou kunnen komen,
daar de grond in beslag genomen zou kunnen worden voor
den aanleg -van een volkspark.
De beraadslaging wordt gesloten.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
praeadvies besloten.
IX. Voorstel tot verhuring van het noordelijk gedeelte van
het weiland benoorden de Decimastraal en beoosten de Kooi
laan. aan O. de Graaf.
(Zie Ing. St. No. 262.)
De beraadslaging wordt geopend.
De heer van der Pot. M. d. V. In Januari heb ik reeds
als mijne meening te kennen gegeven, dat deze huurprijs te
laag was. De heer A. Mulder antwoordde mij toen, dat erbij
dit terrein bijzondere omstandigheden in aanmerking vielen
te nemen, n.l. dat het lag in de onmiddellijke nabijheid van
het terrein, dat voor volksspelen was gebruikt, waarvoor het
in waarde zeer was verminderd, maar diezelfde omstandig
heden kunnen op het oogenblik niet meer gelden. Daarom
zou ik opnieuw willen vragenvinden Burgemeester en Wei
houders een prijs van ruim f 100.— per bunder niet te laag
in verband met de tegenwoordige prijzen voor behoorlijk
grasland
Nu kan ook niet als motief gelden hetgeen destijds is aan
gevoerd, dat de verhuring maar tijdelijk is, want dit kan
worden ondervangen door een bepaling in het huurcontract,
dat wanneer het land tusschentijds voor eene andere bestem
ming in gebruik zal worden genomen, er eene vergoeding zal
worden gegeven. Het is al een aantal malen voorgekomen,
dat het land tijdelijk voor een jaar aan De Graaf is verhuurd
en er is nog niets mede gebeurd. Wij moeten dus bij de ver
huring niet alleen rekening houden met de mogelijkheid dat
de Graaf het land niet een vol jaar zal kunnen krijgen, maar
wij moeten er nu rekening mede houden, dat de huurder het
land een heel jaar zal bezitten en dan komt mij een prijs van
f 165.veel te laag voor.
De heer Fischer. M. d. Y. De heer van der Pot maakt
tegen de verhuring van dit terrein bezwaar, omdat hij den
prijs te laag acht. Hij moet daarbij echter in aanmerking
nemen, dat dit terrein in een bijzondere omstandigheid ver
keert, daar het vermoedelijk zal worden bestemd voor den
aanleg van een volkspark. Dit jaar is de helft van dit terrein
ingenomen geweest door groentetuintjes. De huurder waar
mede toen nog het contract niet was afgesloten verklaarde
zich echter dadelijk bereid het terrein daarvoor af te staan.
Bovendien geloof ik dat wij in de gegeven omstandigheden
n.l. onder de zeer bezwarende voorwaarde, dat het terrein in
den loop van het jaar zeer waarschijnlijk afgestaan zal moeten
worden, niet in staat zullen zijn iemand te vinden, die voor
dit terrein, dat niet zoo buitengewoon gunstig is gelegen,
meer zal geven dan hetgeen nu geboden wordt.
De beraadslaging wordt gesloten en zonder hoofdelijke
stemming wordt overeenkomstig het praeadvies besloten.
X. Voorstel tot verhuring van de perceelen weiland onder
Oegstgeest, Sectie E, Nis. 42, 44 en 1697 (ged.) aan H. Fi-
lippo Fzn.
(Zie Ing. St. No. 263).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies besloten.
XI. Voorstel tot verhuring van de perceelen gelegen in
den Boschhuizerpolder onder Zoetervvoude, Sectie A, Nis.
4578 en 4580 aan J. Th. Oskam.
(Zie Ing. St. No. 264).
De beraadslaging wordt geopend.
De Voorzitter. Hierbij komt in bespreking het request,
ingediend door A. van der Bijl.
De heer Fokker. M. d. V. Ik zou willen vragen of het
niet mogelijk was dat dergelijke contracten hier wat eerder
in den Raad werden aanhangig gemaakt. Ook de Commissie
van Fabricage heeft er aanmerking op gemaakt, dat zij !»al
weder" te laat met deze aangelegenheid in kennis was ge
steld. Het schijnt dus meer voorgekomen te zijn dat die
Commissie eerst te laat van een dergelijk contract kon ken
nis nemen. Het lijkt mij moeielijk, nu de zaak al zoover is
gevorderd en de nieuwe pacht zoo spoedig zal moeten ingaan,
om nog een anderen pachter te krijgen, hoewel daartoe toch
al een request is ingediend.
De Voorzitter. Dat hebben wij eerst vandaag gekregen
De heer Fokker. Juist, maar dat komt, omdat Burge
meester en Wethouders voorstellen de perceelen weder onders
hands te verhuren aan Oskam en de zaak in die richting
hebben gestuurd. Wanneer het bekend was geweest, dat
Burgemeester en Wethouders dat land gingen verhuren, waren
er wellicht meerdere gegadigden opgekomen, maar degeen,
die nu geadresseerd heeft, heeft vermoedelijk pas in de courant
gelezen, dat wordt voorgesteld de huur van dit perceel te
continueeren.
Ik zou dus willen vragen, of Burgemeester en Wethouders
in den vervolge dergelijke aangelegenheden wat vroeger aan
hangig willen maken en of het geen overweging verdient
dergelijke verhuringen in het vervolg publiek plaats te doen
vinden?
De heer Fischer. M. d. V. De Commissie van Fabricage
heeft zich beklaagd dat enkele van die voorstellen tot ver
huring zoo laat bij haar aanhangig werden gemaakt, maar
dat geldt niet voor deze verhuring, waarvan de huur pas
met Kerstmis afloopt. Er is op het oogenblik nog ruimschoots
gelegenheid om een openbare verpachting te doen plaats
hebben.
Dat bezwaar heeft de Commissie voor deze terreinen niet
opgeworpen. Uit den aard der zaak zullen Burgemeester en
Wethouders er voor zorgdragen, dat deze voorstellen tijdig
den Raad zullen bereiken. Tol heden zijn Burgemeester en
Wethouders-'nog niet in défaut.
De heer Huurman. M. d. V. Ik geef in overweging of het
niet wenschelijk zou zijn, deze terreinen onder den rook der
stad liggende publiek te verpachten. Er blijkt nog al lief
hebberij te zijn. Bij publieke verpachting zullen die terreinen
allicht meer opbrengen, dan thans het geval is.
De heer Fischer. M. d. V. In antwoord op de vraag van
den heer Huurman kan ik antwoorden, dat in het algemeen
eene publieke verpachting gewenscht is, hier geldt het even
wel een bijzonder geval. Het geldt hier het terrein, waarvan
het vorig jaar een gedeelte genomen is om dat de bestemmen
voor groentetuintjes. De pachter heeft toen eene zeer tege
moet komende houding aangenomen. Hij heeft wel is waar
vergoeding gekregen voor het terrein, dat door hem welwillend
werd afgestaan, maar dat bedrag was niet zeer hoog. Nu
meenden Burgemeester en Wethouders wel eenige moreele
verplichting te hebben om ook dien man eenigszins tegemoet
te komen, al is dit in het geheel niet door hem bedongen,
door aan hem dit land te verpachten voor een zeer billijken prijs.
De heer Botermans. M. d. V. Het betreft hier slechts een
klein stukje land, het is nog geen H.A. groot. Hiervoor wordt
geboden een bedrag van f 165.Wanneer men dit stuk
publiek zou willen verpachten, heeft men eerst de advertentie-
kosten te betalen en alle kosten medegerekend aan het publiek
verpachten verbonden, geloof ik niet, dat de gemeente voor-
deeliger uit zou zijn. Voor zulk arm land acht ik den ge-
vraagden prijs zeer voldoende.
De beraadslaging wordt gesloten.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
praeadvies besloten.
XII. Voorstel tot verhuring van het perceel weiland aan
den Rijnsburger weg, sectie E. no. 80, aan de Wed. C. Dieben—
Biesiot.
(Zie Ing. St. No. 265).