28 DONDERDAG 2 MAART 1916. De heer Botermans. M. d. V. Het gras is mij eigenlijk voor de voeten weggemaaid, want veel van hetgeen ik te zeggen had, is reeds door anderen in het midden gebracht. In de eerste plaats wil ik er mijn verwondering en spijt over uitdrukken, dat in de Leeskamer voor de Raadsleden geen teekening, waaruit de grootte en de vorm van de woning waren te zien, ter inzage heeft gelegen. Ik heb, toen ik er naar vroeg, ten antwoord gekregen, dat er geen teekening bestond, maar ik vraag mij toch af, hoe het mogelijk is een begrooting der kosten voor het huis te maken, als men niet tevoren een plan heeft ontworpen. Ik zal hierover niets meer zeggen. De hoofdzaak voor mij is, dat de woning veel te duur is. Het gaat dunkt mij niet aan om voor een geneesheer, die een salaris van ten hoogste 3500.kan krijgen, een woning te bouwen van 16000. waarbij dan nog de grondwaarde en de kosten voor den architect en den opzichter komen, zoodat die woning jaarlijks aan de gemeente 1000.a 1100.— aan rente zal kosten. Ik zou daarom wenschen dat Burgemeester en Wethouders dit voorstel introkken en met een goedkooper plan bij den Raad kwamen, temeer omdat de Raadsleden geen teekening hebben te zien gekregen. De heer Pera. M. d. V. Nu er toch over gesproken wordt, wil ik over dat huis en het trouwen van dien tweeden ge neesheer aan Endegeest wel een enkel woord zeggen. Ik meen te moeten constateeren, dat wij in dit opzicht van den beginne af aan, wat Endegeest betreft, wel een beetje verwend zijn. Tot hiertoe was van de geneesheeren van die Stichting slechts de Directeur getrouwd, terwijl de tweede geneesheer zich tot op dit oogenblik buiten het huwelijksbootje heeft gehouden. Het is zelfs zoo geloopen, dat wij, zoolang Endegeest bestaat, nog nooit* in de noodzakelijkheid zijn gekomen om ook voor een tweeden geneesheer een woning aan te schaffen. Bij de beoordeeling van deze zaak mogen wij wel eens rekening houden met de toestanden elders, en dan geloof ik niet, dat het in andere plaatsen ooit is voorgekomen, dat men zoo langen tijd aan een dergelijke inrichting slechts één geneesheer had, die getrouwd was. Als regel zijn de genees heeren aan zulke gestichten getrouwd en dat kan haast wel niet anders. De heer Sijtsma mag zeggen dat het eigenlijk wat te duur wordt en de gemeente genoodzaakt zou kunnen zijn om den heer Janssens aan te raden te trachten elders een betrekking te vinden teneinde dan in zijn plaats een ongetrouwde te kunnen aanstellen, maar men moet in aan merking nemen, dat het krankzinnigenwezen en de psychiatrie een afzonderlijke wetenschap is, waarvan studie moet worden gemaakt en waarvoor heel wat voorbereiding en oefening noodig is om de noodige geschiktheid te verkrijgen. En zelfs met alle studie, zal de een voor dit vak meer aanleg hebben dan de ander. En waar wij nu in den tweeden geneesheer iemand be zitten, die op uitnemende wijze zijn plaats vervult, is het zeker in het belang van het gesticht en van de gemeente, dat wij hem verder den weg openen om ook hier zijn plaats te behouden. Juist .omdat de psychiatrie zulk een uitgebreid veld van studie is, wordt in het algemeen gezien, dat de geneesheeren die zich op dit gebied begeven, daarbij ook blijven. Daarvan is het gevolg, dat wij op den duur er toe moeten komen om die heeren de gelegenheid te geven te huwen en een woning te krijgen, ten einde hier te kunnen blijven. In aanmerking nemende, dat wij langen tijd onder de gunstige omstandigheid geleefd hebben, dat er geen nood zakelijkheid of aanleiding bestond om een tweede woning te bouwen, mogen wij daarvoor wel dankbaar zijn, maar het neemt toch niet weg, dat, nu wij eenmaal moeten besluiten om een woning te bouwen, die woning dan ook moet worden geplaatst op Endegeest, omdat de geneesheer in de nabijheid van de paviljoens zijn verblijf dient te hebben. Wat de kosten van het bouwen betreft, ik heb van meer dan een zijde gehoord, dat de deskundigen van oordeel zijn, dat die kosten vrij hoog zijn, al houdt men daarbij rekening met de duurdere bouwmaterialen. Ik heb vernomen dat 15000.— nu gelijk zou staan met ƒ12000.a ƒ13000.— vóór den oorlog. Dat geeft wel een anderen kijk op de som, die aangevraagd wordt. In hoeverre het nog goedkooper kan, durf ik niet te zeggen. Wanneer men zoo het een en ander hoort wat betreft het bouwen door particulieren, -en wat er van gemeentewege moet worden betaald, dan geloof ik wel, dat het zeer goed zou zijn, wanneer de gemeente eens in de leer ging bij particulieren, om te zien voor welk bedrag voor een particulier een woning wordt gemaakt. In dat opzicht zou het wel aanbeveling verdienen om nog eens na te gaan, of het niet zuiniger kan worden gedaan. De heer Fokker. Ik heb met veel belangstelling de lange rede van den heer Pera aangehoord, maar wat het hart van de quaestie betreft, den prijs, daaromtrent heeft hij gezegd, dat hij hoopte, dat het gemeentebestuur nog eens in de leer zou gaan bij particulieren om te zien, of het niet goedkooper kon. Van dat in de leer gaan door het college van Burge meester en Wethouders verwacht ik al heel weinig heil. Maar ik geloof dat het meer zou uitwerken, wanneer de Raad zeide: voor een ambtenaar, die een traktement heeft van ƒ3500.behoort niet een woning te worden gezet, waarvan onder gewone omstandigheden de bouwkosten zouden zijn ongeveer 15000.De huur van zulk een huis staat niet in evenredigheid tot het traktement van dengene, die het huis moet bewonen. Wanneer al degenen die een traktement heb ben van ƒ3500.moesten wonen in dergelijke woningen, dan zou het een goede, neen een gouden tijd zijn voor de bouwondernemers. En dien maatstaf mogen wij, meen ik, wel aanleggen. Dan en daarom mogen wij er wel bij Burgemeester en Wethouders op aandringen om er wat af te doen. Dan moet het maar een kleiner en eenvoudiger huis worden. Het heeft mij ook getroffen, dat er in het huis beneden moeten komen: een flinke eet-, een flinke zitkamer, verder nog een flinke kamer en een wachtkamer. Maar, mijnheer de Voor zitter, moet men nu in het huis van den tweeden geneesheer, die nog eenige praktijk mag uitoefenen, dan nog een groote wachtkamer voor die praktijk gaan bouwen? Dat lijkt mij toch geheel overbodig. Aan dit voorstel, mijnheer de Voorzitter, kan ik tot mijn leedwezen mijne stem niet geven. Laat ik in eens in herinnering brengen, wat is gebeurd, toen wij in '1911 een directeurswoning moesten zetten. Toen is eerst bij de Commissie voor Endegeest een plan van ƒ20000. ingediend, dat werd afgekeurd, daarna een van 19000.—, dat eveneens werd afgekeurd, terwijl de Commissie ten slotte, nadat een plan van ƒ14500.— was geweest, bij den Raad met een plan van ƒ15000.is gekomen. De Commissie heeft toen aanmerkelijk bezuinigd op de plannen, welke haar door de deskundigen, die haar hadden voorgelicht, waren voorgelegd en waarom zou er thans niet evengoed door den Raad kunnen bezuinigd worden, nu de Commissie het niet heeft gedaan? Waar een voorstel zal worden ingediend het is in cir culatie onder de leden om het voorgestelde bedrag te verlagen, zal ik daaraan van harte mijn stem geven. De ,heer Vergouwen. M. d. V. Ik wensch even terug te ko men op hetgeen de heeren Botermans en Mulder in het midden hebben gebracht. De heer Mulder zeide, dat wij over de ƒ5000 voor de uitbreiding van de bevloeiingsvelden en over de ƒ8000 voor de verbetering der rioleering niet konden spreken, maar hij bedoelde waarschijnlijk te zeggen, dat wij daarover minder goed konden oordeelen. Wij kunnen wel degelijk vaststellen wat voor die beide doeleinden noodig is. Wat de woning voor den tweeden geneesheer betreft, ben ik het met de heeren, die de daarvoor uitgetrokken som te hoog hebben genoemd, volkomen eens. Ik heb een kleine berekening gemaakt. De heer Botermans sprak reeds van architects- en opzichterskosten, die onder de ƒ16000.— niet waren begrependaarvoor wordt ongeveer 5 berekend zoodat er /800.bijkomt. Mijnheer de Voorzitter! Als dat niet het geval is, dan ver valt in mijn berekening dat bedrag, maar dan doet dat aan mijn betoog toch niets af. Het gebouw komt op grond van de gemeente te staan en als wij nagaan, hoeveel het zal kosten, dienen wij ook dien grond in rekening te brengen. De prijs van dien grond mo gen wij wel op ƒ5.a f 6.per M2. bepalen. Verder zal voor de entourage van de woning een zeker bedrag noodig zijn. Daarmede mag wel worden gerekend, vooral als wij zien, dat de directeurswoning te midden van een heel netjes aangelegden tuin staat. Ik kom alzoo tot een totaal bedrag de grond daarbij inbe grepen van ƒ19000.en als ik daarvan 472 reken, dan wordt het ongeveer 850.aan rente per jaar. Neem ik daarbij in aanmerking dat de gemeente van die som jaarlijks 740 gedeelte moet aflossen, omdat de leening voor 40 jaren wordt aangegaan, dan kom ik aan een jaarlijksche uitgave van 1300.aan rente en aflossing. Wat het onderhoud betreft, kunnen wij aannemen, dat dit vrij duur zal zijn. Met de kosten voor de waterleiding, de assurantie enz. kan men het ramen op ƒ300.— a ƒ400. per jaar, zoodat ik tot een eindcijfer kom van ƒ1600.a ƒ1700.per jaar. Ik kom tot de conclusie, dat het voor een huis, dat in Endegeest komt te staan, wel wat minder kan. Als ik zie, welke mooie villa's op den Rijnsburgerweg staan, die veel minder gekost hebben en toch ook wel gezien mogen worden, dan vraag ik of het niet mogelijk is, dat de gemeente een knap gebouw zet overeenkomstig de positie van een genees heer, waarin dr. Janssens kan wonen, zonder zich te behoeven te schamen en dat goedkooper is dan ƒ16000.—. Indien voorgesteld mocht worden dezen post met ƒ3000. te verlagen, dan zal ik van harte daaraan mijn stem geven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 8