22 DONDERDAG 2 MAART 1916. de ontvangsten en uitgaven, voortvloeiende uit de buiten gewone tijdsomstandigheden. 5°. Mededeeling van J. B. Meijnen dat hij de benoeming tot lid der Commissie tot wering van Schoolverzuim aanneemt. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van D. Briejer e. a. om te voorkomen dat de electrische tram den HaagLeiden een anderen weg zal nemen dan rde bestaande stoomtram. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om te behandelen, zoodra de desbetreffende aangelegenheid aan de orde komt. 2°. Verzoek van den Leidschen Bestuurdersbond om aan den Minister van Financiën te berichten, dat de nieuwe regeling in zake de werkloosheidsverzekering door de gemeente Leiden wordt aanvaard. Zal worden behandeld bij punt 20 der agenda. 3°. Verslag van de verrichtingen der Gezondheidscommissie over 1915. Zal worden opgenomen in het Gemeenteverslag. 4°. Verzoek van het Centraal-Bestuur van den Nederl. Christel. Textielarbeidersbond »Unitas" om een gunstige be slissing te nemen in zake de nieuwe financieele .regeling be treffende de werkloosheidsverzekering. Zal worden behandeld bij punt 20 der agenda. 5°. Verzoek van H. Schaap om eervol ontslag als onder wijzer aan de school dér 4e klasse No. 2. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders. 6°. Nader verzoek van het Comité uit de Leidsche Vakcen trales in zake de beschikbaarstelling van verschillende wasch- artikelen tegen de prijzen, zooals die vóór 1 Augustus 1914 golden. De Voorzitter. Dit is een adres, dat eenigszins gelijkt op het adres dat de vorige maal is ingekomen. Ik geloof, dat de heeren het al in de dagbladen hebben kunnen lezen. Adres santen zeggen, dat de prijzen van bedoelde artikelen, voor zoover zij nog verkrijgbaar gesteld worden, nog steeds stijgen en wel in die mate, dat zij het vijf- a zesvoud bedragen van die, welke vóór Augustus 1914 golden. En dan constateeren zij verder: dat de qualiteit van die artikelen in menig geval verre beneden de gewone is gedaald, hetzij door vervalsching als anderszins. Vervolgens spreken zij als hun meening uit, dat werkelijke schaarschte van deze artikelen niet bestaat, daar in sommige dagbladen groote partijen chloor en derge lijke voor den meestbiedende worden te koop aangeboden. Nu zou ik zeggen: als dit waar is, waarom combineeren de heeren zich dan niet om van die aanbieding gebruik te maken. Want wat toch heeft de gemeente hiermede te maken Dat er geen schaarschte zou zijn, is bovendien niet waar. Er is voor deze artikelen een distributiebureau ingesteld, en het is wel degelijk gebleken dat er groote schaarschte is, zoodat zelfs de glasfabrieken geen soda kunnen krijgen. Nu zou de gemeente de gevraagde artikelen kunnen op- koopen en aan de ingezetenen van Leiden kunnen distri- bueeren, maar dan zouden, gelijk ik al een vorige maal op merkte, de ingezetenen van een soort merk moeten worden voorzien of een in casu hoogst ingewikkeld en zeer duur bonstelsel moeten worden ingevoerd. Ik geloof echter niet, dat het op den weg van de gemeente ligt om zoo iets te beginnen. Wanneer het waai' is wat adressanten beweren, dat er geen schaarschte is, dat die slechts kunstmatig is en dat er aanbiedingen zijn, wie verhindert dan de heeren te koopen? Daarmede heeft het Gemeentebestuur toch niets te maken. Ik geloof dat al dergelijke aangelegenheden alleen dan goed geregeld worden, indien dit geschiedt in overleg met het Rijk. Misschien dat andere heeren er anders over denken en wellicht een voorstel willen doen. Daarom stel ik voor dit adres neder te leggen in de Lees kamer ter lezing voor de leden. De heer Pera. M. d. V. In aansluiting aan hetgeen door U is gezegd, nog e.en enkel woord. Zaterdagmiddag kreeg ik bezoek van een wolfabrikant, die mij mededeelde, dat het gebrek aan soda dermate groot was, dat het er op kon loopen, dat de fabrieken zouden gesloten moeten worden door gebrek aan waschmiddelen. Mij vroeg mij, of vanwege de Kamer van Koophandel niet een adres kon worden gezonden aan den Minister om te vragen, of deze niet zou kunnen bevorderen, dat men in het bezit zou komen van soda. Maandag heeft de Kamer daarop een telegram gezonden aan den Minister, waarop Dinsdag het antwoord kwam, dat vanwege de Soda-Com- missie alle moeite werd gedaan om aan voorraad te komen, door te trachten, de gerezen moeilijkheden te Londen weg te nemen. Het resultaat dezer onderhandelingen diende afge wacht te worden. In dit geval is het ook weer de quaestie met Engeland. Maar dit kan ik wel constateeren, dat er hoegenaamd geen voorraad soda is, dat er gebrek bestaat en dat door de ge meente Leiden in deze heel moeielijk iets kan worden gedaan. De Voorzitter. Wat de chloor betreft, vind ik een grooten voorraad minder noodzakelijk. Wanneer daarin wat schaarschte heerscht, heeft dit althans nog dit voordeel, dat er wat minder van wordt gebruikt, en het goed dientengevolge in de wasch wat minder vernield wordt. Ik herhaal nu mijn voorstel om dit adres in de Leeskamer neer te leggen. Daartoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. 7°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1915. Worden gesteld in handen der Reclame-Commissie. 8°. Amendement van Mr. C. W. van der Pot Bzn op art. 2 der concept-overeenkomst betreffende de exploitatie der gemeentelijke Zweminrichting. Zal worden behandeld bij punt 18 der agenda. 9°. Verzoek van de Vereeniging »Oud Leiden" om niet over te gaan tot slooping van den molen »de Stier", bij de voor malige Heerenpoort. De heer Sijtsma. M. d. V. Ik heb in de bladen gelezen dat „Heemschut" reeds geadresseerd heeft en in één van de couranten heelt iemand over deze quaestie al een artikel ge schreven, maar de Raad weet er niets van. Het publiek is blijkbaar weer beter op de hoogte dan wij Telkens wordt ons gevraagd, hoe het met dien molen zit en dan moeten wij onze schouders optrekken. Nu weet ik niet, of Burgemeester en Wethouders iets van de zaak bekend is, maar als dat niet het geval is, dan zou het College door dat mede te deelen de menschen, die op behoud van dien molen prijs stellen, kun nen gerust stellen. De Voorzitter. Zooals de heeren weten, zijn bij ons College plannen in voorbereiding tot reorganisatie van den gemeente lijken ontsmettingsdienst. Daarbij doet zich de vraag voor, waar eventueel de ontsmettingsoven moet komen en er is ook over gedacht daarvoor de plaats, waar thans »De Stier" staat, te kiezen. Nu heeft men misschien van het bestaan dier plannen gehoord en vandaar dit request Zoodra de plannen in den Raad komen, kan dat request behandeld worden, want het spreekt van zelf, dat die molen niet zonder toestemming van den Raad zal worden afgebroken. Ook omtrent deze zaak zullen Burgemeester en Wethouders met voorstellen bij den Raad komen evenals vroeger langen tijd gesproken is over de vraag, waar de Hoogere Burgerschool zou worden gebouwd. Eerst wanneer die voorstellen zijn ingediend, kan de zaak behandeld worden. De heer Sijtsma. M. d. V. Het is geenszins mijn bedoeling dat de zaak zal worden behandeld, voordat de plannen den Raad zullen hebben bereikt. Ik wil alleen op de oneigenaardig heid wijzen, dat het publiek eerder van het bestaan dier plannen weet dan de Raad zelf. Op de een of andere wijze moet dat natuurlijk zijn uitgelekt. De heer Fischer. M. d. V. Die dingen lekken natuurlijk uit en het is zeer eenvoudig hoe zich dat in dit geval heeft toegedragen. Toen bij ons het idee opkwam om de desinfectie- inrichting voor den ontsmettingsdienst te plaatsen niemand van het publiek wist er toen nog iets van op het empla cement van „De Stier", moesten daar van gemeentewege oprnetingen plaats hebben en bij die gelegenheid kwam de eigenaar vragen: wat doet gij'daar; is er sprake van, dat de molen weggaat? Toen is hem geantwoord dat die mogelijkheid bestond en er was ook geen enkele reden om dat geheim te houden. Het is best mogelijk dat het op die manier is uitgelekt. Die din gen kunnen niet geheim blijven en de Raad behoeft zich dan ook niet beleedigd te gevoelen, dat hij daarover tevoren niet is gehoord. De heer van der Elst. M. d. V. Het doet mij genoegen dat deze zaak is uitgelekt en dat de heer Sijtsma er over gesproken heeft, want als zulke plannen een paar weken vóór de behandeling worden ingediend, kant en klaar, is het ..•v

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 2