GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 13 OOEKOIIEir STUKKEN. N°. 32. Leiden, 7 Februari 1916. Zooals U bekend is, zijn reeds geruimen tijd plannen, aan hangig, om tot algeheele bebouwing van het aan de Ver- eeriiging tot bevordering van den bouw van Werkmans woningen toebehoorende Kooiterrein te geraken. De redenen, waarom het ons eerst thans mogelijk is de desbetreffende voorstellen bij Uwe Vergadering in te dienen, zullen U uit het navolgende duidelijk worden. Bij schrijven van 28 Februari 1914 deed het bestuur der zooevengenoemde vereeniging ons een tot Uwe Vergadering gericht verzoek toekomen, om een voorschot in de kosten van de algeheele bebouwing van het aan zijne vereeniging behoo- rende Kooiterrein en eene bijdrage in het tekort op de exploitatie-rekening. Blijkens dit verzoek, hetwelk op 12 Maart d. a. v. door U in handen van ons College ten fine van praeadvies werd ge steld,'had de vereeniging het voornemen op het Kooiterrein 85 huizen, waaronder 2 winkelhuizen, te bouwen van een type en een huurprijs, waaraan h. i. in de gemeente drin gend behoefte bestond. De huizen zouden zijn woningen met één verdieping, elk voor één gezin berekend en zoo eenvoudig mogelijk ingericht. De bouwkosten dezer woningen, elk be vattende één kamer met bedstede en stookplaats en een werk plaats, tevens keuken, beneden en twee afgeschoten kamertjes voor de kinderen boven, werden geschat op 1950 en, met inbegrip van de kosten van den grond en het aandeel in die van bestrating en rioleering, gemiddeld op 2550; de huur prijs zou in de eerste jaren 1.80 per week bedragen, welke prijs later tweemaal met 0.10 per week zou kunnen wor den verhoogd en derhalve tot 2 per week zou kunnen stijgen. Voor de uitvoering van het plan werd een voorschot van 216.970 noodig geacht, terwijl het tekort op de exploi tatie in de eerste jaren werd geraamd op ƒ4400, welk bedrag het Rijk en de gemeente, ieder voor de helft, voor hunne rekening zouden moeten nemen. Ofschoon wij zeer veel sympathie gevoelden voor het denk beeld der vereeniging, om door bebouwing van het Kooiterrein met goedkoope arbeiderswoningen in den dringenden woning nood te voorzien, bestonden toch tegen het overgelegde plan dezerzijds zoo gewichtige bedenkingen, dat wij geen vrijheid konden vinden over het plan, zooals het door de vereeniging was ingediend, een gunstig praeadvies uit te brengen, wes halve de vereeniging door den Wethouder van Fabricage met de gerezen bedenkingen werd in kennis gesteld en haar verzocht werd een nieuw plan in te dienen, waarbij met onze wenschen zooveel mogelijk zou zijn rekening gehouden. In October 1914 bereikte U dientengevolge een adres van de vereeniging, ten geleide van een nieuw plan tot bebou wing van het Kooiterrein, strekkende ter vervanging van het op 28 Februari t. v. ingezonden plan. In Uwe Vergadering van 22 October 1914 werd dit 2de plan in handen van ons College gesteld tot het uitbrengen van praeadvies. Bij onderzoek bleken ook tegen het gewijzigde plan nog vele bezwaren te bestaan, terwijl de Inspecteur der Volks gezondheid ons, na gepleegd overleg, verklaarde, zich evenmin met het plan te kunnen vereenigen. In onze missive van 1 December 1914 brachten wij een en ander ter kennis van de vereeniging, met verzoek de ingediende plannen ander maal te wijzigen. Tevens gaven wij daarbij het bestuur in overweging, alvorens de plannen weder bij ons College in te dienen, niet alleen met het gemeentelijk toezicht, doch ook met den Inspecteur der Volksgezondheid in overleg te treden. Op die wijze toch zou veel onnut werk worden voorkomen en de tot stand koming der plannen worden bespoedigd. Naar aanleiding van de gevoerde briefwisseling en gehouden besprekingen diende de Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen bij haar hierachter afgedrukt adres, hetwelk op 19 Juli 1915 bij ons College inkwam, andermaal een gewijzigd plan in ter vervanging van de vroeger ingezonden plannen. Ingevolge een door den Inspecteur der Volksgezondheid geopperd denkbeeld, was dit nieuwe plan zoodanig ontworpen, dat het plan tot bebouwing van het Kooiterrein zich aan sloot bij het van gemeentewege opgemaakte plan voor den aanleg van een volkspark op den nabij gelegen en voor dat doel aangekochten grond. In verband hiermede deed de ver eeniging ons tevens een, in overleg met den Wethouder van Fabricage ontworpen, plan tot aankoop en bebouwing van eenige perceelen van dien grond, welke dezerzijds niet voor den aanleg van het volkspark, doch voor bebouwing waren bestemd, toekomen. Volgens de nieuwe plannen wenscht de vereeniging, na aankoop of onteigening van een haar nog niet in eigendom toebehoorend perceel van het Kooiterrein, op dit terrein, ter plaatse en op de wijze, als op de teekeningen nader is aan gegeven, thans 149 huizen te doen bouwen, en wel 35 enkele woningen, 3 poorten met 3 bovenwoningen, 3 winkel- en woonhuizen met 6 bovenwoningen, 50 beneden- en 50 boven-* woningen en 2 pakhuizen. Van deze huizen wil zij volgens de exploitatierekening 33 woningen verhuren tegen ƒ2 per week, 34 tegen 2.10, 18 tegen 2.20, 36 tegen 2.30, 18 tegen 2.40 en 5 tegen 2.50 per week, terwijl de huurprijs van één der winkels is bepaald op 4, die van de beide overige winkels elk op 4.50 en die van de beide pakhuizen elk op 1 per week. De kosten, aan de uitvoering van dit bouwplan verbonden, worden blijkens de bij het adres gevoegde bijlagen geraamd op 379.245, onder welk bedrag begrepen zijn de kosten van ophooging, demping, bestrating, rioleering enz., alsook die van aankoop of onteigening van het bij de vereeniging nog niet in eigendom zijnde perceel Sectie K No. 548. Dit bedrag nu wordt aan de gemeente bij wijze van voorschot, overeen komstig art. 30 der Woningwet, gevraagd, terwijl tevens, ter bestrijding van het tekort, hetwelk de exploitatie volgens de raming jaarlijks zal opleveren, toekenning van een bijdrage van 5092.90 per jaar verzocht wordt, van welke bijdrage het Rijk, naar adressante vertrouwt, wel bereid zal worden bevonden, de helft voor zijn rekening te nemen, aangezien de ontworpen woningen bestemd zijn voor een categorie van personen, die een huur, welke de lasten geheel dekt, niet kunnen betalen. Voor de uitvoering van haar tweede plan, het bouwen van een 30-tal huizen op den van de gemeente aan te koopen grond ten Noorden en ten Zuiden van het aan te leggen volkspark, wordt volgens de bij het adres overgelegde ra mingen een bedrag van 88.480 vereischt en wel voor den aankoop van den grond 12.600 (3150 M2. a 4) en voor bouwkosten en verdere uitgaven 75.860. De huur van deze huizen is uitgetrokken op 3.50 per week, terwijl de exploi tatie-rekening sluit met een klein voordeelig saldo. Blijkens hunne adviezen van 30 October en 30 November 1915 kunnen zoowel de Commissie van Fabricage als de Gezondheidscommissie zich uit technisch oogpunt iri het alge meen zeer goed vereenigen met de thans door de vereeniging ingediende plannen, welke h. i. in menig opzicht verre de voorkeur verdienen boven de aanvankelijk gemaakte ont werpen. Ook het aan de nieuwe plannen ten grondslag liggende denkbeeld, om de bebouwing van het Kooiterrein in nauw verband te brengen met den aanleg van het volks park juichen beide commissies ten zeerste toe. De globale raming der kosten en de geheele opzet van de plannen acht de Commissie van Fabricage in het algemeen juist, al erkent zij, dat in verband met de tijdsomstandig heden verrassingen mogelijk zijn. Vrees hiervoor mag echter, naar het oordeel der Commissie, geen reden zijn, om de huurprijzen op te drijven. Er wordt hier, zoo schrijft zij, gebouwd op het vrije veld en opruiming van wantoestanden heeft niet plaats. Een huurnorm van ƒ2.kan daarom niet worden overschreden, zonder het belang, dat het Rijk en de gemeente bij het bouwen der huizen hebben, te schaden en in het bijzonder het toekennen van de Rijksbijdrage, waarop gerekend is, onzeker te maken. Een prijs van 4per M2. voor den van de gemeente aan te koopen 3150 M2. grond benoorden en bezuiden het volksparkterrein vindt de Commissie niet te laag, waarbij h. i. ook niet uit het oog mag worden verloren, dat de vereeniging indertijd zich bereid heeft verklaard een strook gronds benoorden het volksparkterrein ten behoeve van dat park kosteloos af te staan, van welke strook thans een gedeelte weder deel uit maakt van den tegen een prijs van 4per M2. door de vereeniging aan te koopen grond. Ook de Commissie van Financiën is in beginsel voor de uitvoering van de nieuwe plannen. Al ontveinst zij zich niet, dat ten behoeve van de bebouwing van het Kooiterrein een belangrijk offer van de gemeente zal worden gevergd, toch meent zij, dat dit offer moet worden gebracht met het oog op het belangrijk tekort, dat hier ter stede bestaat aan arbeiders woningen van een huurprijs van 2 tot 2.40 per week en in het bijzonder aan woningen, die een huur doen van 2 tot 2.25. Bovendien, zoo merkt zij in dit verband nog op, sluit het plan zich met het oog op de genoemde huurprijzen gelukkig aan bij de uitgevoerde of nog in uitvoering zijnde plannen van de drie vereenigingen, waaraan door de gemeente een rentedragend voorschot is verleend. In aanmerking nemende, dat het bouwen van woningen met een huurprijs beneden 2 bij de tegenwoordige loonen en materiaalprijzen te be zwaarlijk wordt, zal naar het oordeel der Commissie de gemeentelijke bemoei'ing op het punt van woningvoorziening door de ondersteuning van het onderhavige plan een zekere afronding verkrijgen, die moet worden toegejuicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1916 | | pagina 1