DONDERDAG 25 De Voorzitter. Ik dank de leden van het stembureau voor de genomen moeite. XIV. Verzoek van J. P. Paulusse om eervol ontslag als onderwijzer aan de school der 3e klasse No. 1. (Zie Ing. St. No. 203.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XV. Verzoek van J. H. J. Sengers om eervol ontslag als onderwijzer aan de school der 3e klasse No. 7. (Zie lng. St. No. 204). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XVI. Voorstel om aan Mevr. L. J. BurgersdijkBlanken eervol ontslag te verleenen als lid van het College van Vrouwen-Kraammoeders. (Zie Ing. St. No. 202.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XVII. Rekening, dienst 1914, van het H.G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (Zie Ing. St. No. 217). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. (De heer van der Lip had tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten.) XVIII. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1915, van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie lng. St. No. 218.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XIX. Begrooting, dienst 1916, van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie Ing. St. No. 218.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XX. Voorstel tot wijziging der begrooting, dienst 1915, ten behoeve van de kosten van druk- en bindwerk van de «Statistiek van Leiden." (Zie Ing. St. No. 228.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XXI. Verzoek van Mej. G. van Bemmel om het gebruik van het teekenlokaal der Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen, ten behoeve van een cursus in illustratief teekenen. (Zie Ing. St. No. 225.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XXII. Verzoek van de Vereeniging «Schoolkindervoeding" om het gebruik van eenige schoollokalen, ten behoeve van de maaltijden voor behoeftige schoolkinderen. (Zie Ing. St. No. 226). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XXIII. Voorstel tot kostelooze overname in eigendom en onderhoud bij de gemeente van een strook grond aan de Koolstraat, kad. bekend Sectie B No. 2285 gedeeltelijk. (Zie Ing. St. No. 214.) De Voorzitter. Hierbij is een kleine vergissing gemaakt. Het moet n.l. niet zijn «Koolstraat", maar «Emmastraat". De heer Huurman. M. d. V. Ik zou bij dit punt buiten stemming willen blijven. De Voorzitter. Dan moet U even de zaal verlaten. Het is echter niet noodig, want deze strook gronds is het eigendom van een naamlooze vennootschap en geen privé eigendom van U. NOVEMBER 1915. 159 De heer Huurman. Maar ik ben er toch bij betrokken. Het gewijzigde voorstel wordt vervolgens zonder hoofde lijke stemming aangenomen. XXIV. Voorstel tot aankoop van het perceel Geeregracht No. 52 en tot vaststelling van den desbetreffenden begrootings- staat. (Zie Ing. St. No. 212.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies besloten. XXV. Voorstel: a. tot verhoogiiig van het salaris van B. H. Jansen, claviger van het Gymnasium b. tot wijziging der begrootingen, dienst 1915 en 1916, ten behoeve van de verhooging der kosten van schoonhouden van het Gymnasium over 1915 en 1916 en de verhoo ging van het sub a bedoeld salaris over 1916. (Zie Ing. St. No. 227.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Tepe. M. d. V. Door Burgemeester en "Wethouders is voorgesteld om het salaris van den claviger van het Gym nasium te verhoogen met ƒ60.Ik lees in de ingekomen stukken, dat door Curatoren is voorgesteld om het traktement van dezen titularis te brengen op ƒ500.—met twee ver hoogingen van 75.zoodat hij tot een salaris zal komen van ƒ650. Ik heb nu reeds eenige malen door den Voorzitter in deze vergadering hooren mededeelen, dat bij het doen van voorstellen Burgemeester en Wethouders zich richten, zooveel mogelijk, naar het praeadvies van deskundigen in zake verschillende quaesties. Het komt mij voor, dat hier op het oogenblik van dat uitgangspunt door Burgemeester en Wethouders is afge weken en dat zij in afwijking van het voorstel van deskun digen in deze, een mindere salarisverhooging hebben voorge steld voor den titularis Jansen. De verhooging voorgesteld door Curatoren wordt voorgesteld op grond, dat de werkzaamheden van den titularis zijn uit gebreid door de uitbreiding van het Gymnasium. Er is hier geen sprake van een algemeene salarisverhooging op grond van een langjarigen diensttijd. Ik wil er hier even op wijzen, dat m. i. een dergelijke verhooging ook niet geheel ongemo tiveerd zou zijn. De titularis Jansen is meer dan 25 jaren in dienst, zonder eenige verhooging te hebben gehad, en zijn voorganger is ook 6 jaar werkzaam geweest, zonder dat er van eenige verhooging van het salaris sprake is geweest, zoodat de salarisregeling van dien claviger dus op het oogen blik dateert van 30 jaar geleden. Nu zou ik zeggen, tenzij vóór 30 jaren dat salaris van ƒ500.veel te hoog is geweest, wat niet mag worden aangenomen moet het nu aan merkelijk te laag zijn, zoodat nu het oogenblik dier verhoo ging wel gekomen is. Want in een periode van 30 jaar zal werkelijk het salaris van een dergelijke betrekking, evenals alle andere betrekkingen, waar een laag salaris wordt gegeven, eenigszins verhoogd mogen worden. Ik wijs hier slechts even op, zonder er verder de aandacht voor te vragen, maar ik zou zeer gaarne van Burgemeester en Wethouders een ant woord willen hebben op deze vraag, nl. hoe het komt, dat die toch alleszins billijke verhooging, voorgesteld door Curatoren, van ƒ150.zooals ik zeg, niet gebaseerd op lange dienst jaren, maar op het feit alleen, dat de claviger zooveel meer werk heeft te verrichten, een verhooging dus, die opweegt, volgens het oordeel van Curatoren tegen de meerdere werk zaamheden, die hij te verrichten krijgt, dat die door Curato ren op ƒ150.voorgestelde verhooging, door Burgemeester en Wethouders gebracht is op ƒ60. De heer van der Pot. M. d. V. Mijn meening ten opzichte van dit voorstel staat lijnrecht tegenover die van den vorigen geachten spreker. Het komt mij voor, dat bij deze voordracht weder aan het licht komt, in hoe gunstige positie de enkeling op het stuk van salarisverhobging staat ten opzichte van de personen, die behooren tot een groep, want waar men bij verhooging van salaris, wanneer het een groep van ambte naren geldt, zich dubbel en dwars bedenkt en des te langer, naarmate de groep grooter is, daar gaat men bij een enke ling lichter mede op grond, dat het offer van de gemeen tekas toch maar gering is. Het komt mij echter voor, dat, als wij de billijkheid willen betrachten, wij dit voorrecht, dat een enkeling als zoodanig geniet, niet nog grooter moeten gaan maken dan het van nature is, en dat wij ons wel degelijk ook bij hem moeten afvragen, of een dergelijke verhooging al dan niet deugdelijk is gemotiveerd. En nu meen ik, dat deze salarisverhooging

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1915 | | pagina 7