180
No. 2, verzoekt, op grond van lichamelijke ongeschiktheid,
eervol ontslag uit genoemde betrekking, ingaande 1 Maart 1916.
Van II Edelachtbaren
de Dvv. Dn.
H. A. Koorenhof.
N°. 207. Leiden, 9 November 1915.
In overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na
ingewonnen bericht van het Hoofd dei' betrokken school,
hebben wij de eer U de volgende voordracht aan te bieden
voor de benoeming van een onderwijzer-plaatsvervangend
hoofd aan de openbare lagere school der 8e klasse No. 4,
alhier, ter vervanging van den heer L. Vermaas, aan wien
met ingang van 1 October1 1915 eervol ontslag werd verleend.
1°. D. C. SCHUIT, onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan
de openbare lagere schooi der 8e klasse No. 8, te Leiden
2°. H. LAUTENBACH, onderwijzer met verplichte hoofdakte
aan de openbare lagere school der 3e klasse No. 4, te Leiden
3°. F. L. TH. MOENE, onderwijzer met verplichte hoofdakte
aan de openbare lagere school der 3e klasse No. 4, te Leiden.
Met verwijzing naar de desbetrelïende, in de Leeskamer
ter inzage liggende stukken, verzoeken wij U alsrru tot eene
benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Wetb. van Leiden.
N°. 208. Leiden, 9 November 1915.
Bij Uw besluit van den 14en JanuarLvan dit jaar werden
gelden beschikbaar gesteld voor het uitbreiden der buitenge
wone school voor Lager Onderwijs in het Caecilia-Gasthuis
alhier met 2 nieuwe leerlokalen en een tweede slöjdlokaal
en werd ons College gemachtigd sollicitanten op te roepen
voor de benoeming van eene derde leerkracht aan die school.
De werkzaamheden betreffende die uitbreiding zijn voltooid,
zoodat een der nieuwe leerlokalen op 1 September jd. in gebruik
kon worden genomen en wel door die leerlingen, welke, wegens
plaatsgebrek, bij de opening der school ten vorigen jare nog
niet konden worden toegelaten en door een gedeelte van de
leerlingen, die zich bij de aangifte, in April van dit jaar,
voor plaatsing op de school hadden aangemeld.
De overige ingeschrevenen van dit jaar, ongeveer een vijf
tiental, zullen weder eene afzonderlijke klasse behooren te
vormen, die dan in het andere nieuwe leerlokaal kan wor
den ondergebracht.
Hiertoe kan echter eerst worden overgegaan, nadat eene
vierde leerkracht zal zijn aangesteld.
Ten einde nu de plaatsing van de hierbedoelde leerlingen
zooveel mogelijk te bespoedigen zijn wij, in afwachting van
Uw te dezer zake te nemen besluit, inmiddels overgegaan
tot de voorbereidende werkzaamheden voor de benoeming van
die vierde leerkracht en wel van eene onderwijzeres, in het
bezit der akte, bedoeld in artikel 77, sub. a., der Wet op
het Lager Onderwijs, van de akte of aanteekening voor de
vakken j. en k, benevens van het diploma A., afgegeven door
de Vereeniging tot bevordering van het onderwijs in handen
arbeid in Nederland.
In verband met het bovenstaande geven wij U thans in
overweging
a. te besluiten, om aan de buitengewone school voor Lager
Ónderwijs eene vierde leerkracht te verbinden, en wel eene
onderwijzeres;
b. over te gaan tot de benoeming van de sub a bedoelde
onderwijzeres uit de navolgende voordracht:
1°. Mej. J. J. G. BRUINTJES, onderwijzeres aan de O. L. school
der 3e klasse No. 5, te Leiden
2°. Mej. W. M. VAN SETTEN, onderwijzeres aan eene open
bare voorbereidingsschool te Utrecht
3°. Mej. E. H. DE OUDE, onderwijzeres aan de O. L. school
te Borne.
Het voor het opmaken dezer voordracht ingewonnen advies
van den Districts-Schoolopziener, aan wiens goedkeuring de
benoeming van het onderwijzend personeel aan deze school
is onderworpen, ligt, met het bericht van het Hoofd der
school en de overige stukken, in de Leeskamer ter inzage.
Ten slotte stellen wij U voor te bepalen, dat de benoeming
zal ingaan op een nader door ons College te bepalen datum.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N° 209. Leiden, 9 November 1915.
Wij hebben de eer Uwe Vergadering de navolgende voor
dracht aan te bieden voor de benoeming van eene onderwij
zeres in de handwerken aan de openbare lagere school der 4e
klasse No. 2, alhier, ter voorziening in de vacature, welke
is ontstaan tengevolge van de, overplaatsing van Mej. E.
Korenholï naar de openbare lagere school der 3e klasse No. 4.
1°. Mej. M. DEN OUDEN, werkzaam aan de openbare lagere
school der 3e klasse No. 3;
2°. Mej. C. KORENHOFF, werkzaam aan de openbare lagere
school der 3e klasse N». 8;
3°. Mej. 11. A. MULDER, werkzaam aan de openbare lagere
school der 3e klasse No. 3.
Onder mededeeling, dat deze voordracht is opgemaakt in
overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na inge
wonnen bericht van het Hoofd der school, en dat de desbe
treffende stukken in de Leeskamer ter inzage zijn nederge-
legd, geven wij U in overweging thans tot de benoeming
over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 210. Leiden, 9 November 1915.
De Commissie, bedoeld in art. 10 der Verordening, regelende
de heffing van eene plaatselijke directe belasting, heeft de
eer U hierbij te doen toekomen een lijst, waarin is vervat
haar advies omtrent een bezwaarschrift tegen een aanslag in
de plaatselijke directe belasting, dienst 1914.
De Commissie voornoemd
C. W. van der Pot Bz., Voorzitter.
W. p™a, j Leden.
J. Botermans. S
Aan den Gemeenteraad.
N°. 211. Leiden, 9 November 1915.
De Commissie, bedoeld in art. 10 der Verordening, regelende
de heffing van eene plaatselijke directe belasting, heeft de
eer U hierbij te doen toekomen eene lijst, waarin is vervat
haar advies omtrent 290 bezwaarschriften tegen aanslagen in
de plaatselijke directe belasting, dienst 1915.
De Commissie voornoemd:
0. W. van der Pot Bz., Voorzitter.
W- Pera' Leden
J. Botermans. J jLeaen'
Aan den Gemeenteraad.
N°. 212. Leiden, 12 November 1915.
In de op Zaterdag 30 October j.l. gehouden openbare veiling
waren wij in de gelegenheid het perceel Geeregracht No. 52,
kad. bekend onder Sectie A, No. 801, voor de som van
f 1305.aan te koopen. Het bezit van dit perceel, hetwelk
verhuurd is voor f 1.90 per week, kwam ons voor de gemeente
gewenscht voor, teneinde eventueel over te kunnen gaan tot
het maken van een betere verbinding tusschen de Geere
gracht en de Binnenvestgracht eenerzijds en het Plantsoen
anderzijds.
In het vertrouwen door den aankoop van het perceel in
Uwen geest te hebben gehandeld, geven wij U alsnu in
overweging:
