161 A. door verhooging van de volgende ontvangst- posten Volgn. 10. Renten van kapitalen: c. Wegens tijdelijk belegd kasgeldf 8088.73 Aangezien de wissels, wegens opgenomen kas geld afgegeven, op verschillende tijdstippen ver vielen en ook overigens de opbrengst der leening, niet terstond geheel gebruikt behoefde te worden, kon een bedrag van ƒ2.004.180.a déposito tegen onderpand worden gegeven. De hiervan gekweekte rente bedraagt f 8088.73. Volgn 14. Secretarie-leges en rechten van den Burgerlijken Stand300. Eene hoogere ontvangst van 300.kan op dit artikel worden verwacht Volgn. 22 Heffingen aan het Openbaar Slacht huis4000.— Aangenomen kan worden, dat de heffingen aan het Openbaar Slachthuis, de raming met ten minste f 4000.zullen overtreffen. Volgn. 27. Ontvangsten ter zake van de Stede lijke Fabrieken van Gas en Electriciteit a. de Gasfabriek8454.— b. de Electriciteitsfabriek4720.535 De bij de raadsbesluiten van den 25en Sep tember 1913 (Ing. St. no. 246), van den 27en November 1913 (Ing. St. no. 294) en van den 12en Maart 1914 (Ing. St. no. 51) ter beschikking van de Gasfabriek gestelde kapitalen van ƒ16000. 24000.en 35000.zijn respectievelijk den 20en October 1913, den 29en December 1913 en den 29en Mei 1914 uitbetaald, terwijl van het bij raadsbesluit van den 18en Juni 1914 (Ing. St. no. 130) toegestaan kapitaal van ƒ397.000. den len Juli 1914 250.000.werd uitgekeerd. De, ten behoeve van de Electriciteitsfabriek, bij de raadsbesluiten van den 16en October 1913 (Ing. St. no. 255), van den 27en November 1913 (Ing. St. no. 294) en van den 12en Maart 1914 (Ing. St. no. 52) beschikbaar gestelde kapitalen van 8500.6000.en 35000.werden respectievelijk den 4en December 1913, den 29en December 1913 en den len Augustus 1914 door die fabriek opgenomen; van het bij raadsbesluit van den 18en Juni 1914 (Ing. St. no. 130) toegestaan bedrag van ƒ383.000.werd den len Juli d.a.v. 150.000.opgenomen. De voor die kapitaalsuitkeeringen aan de ge meente te betalen rentevergoeding, berekend vanaf 1 Januari 1914 31 Maart 1914 tegen 5.515% en vanaf 1 April 1914 ultimo December 1914 tegen 4%%, bedraagt voor de Gasfabriek 8454.— en voor de Electriciteitsfabriek 4720.53®. Volgn. 56. Andere ontvangsten niet tot de vorenstaande behoorende8250. Aangezien bij de storting der 4%% leening ad 2.200.000.1 maand rente werd bijbetaald, kan dit artikel met 8250.worden verhoogd. B. door vermindering van de navolgende uit gaafposten, waarop een overschot is te verwach ten, met de daarachter vermelde bedragen: Volgn. 96. Uitkeering aan het Rijk van het aandeel in de kwade postenwegens de directe be lastingen wetten van 29 Juli 1848. Staatsblad n°. 32 en 18 September 1852. Staatsblad n°. 177). 571.89 Over 1914 is verschuldigd 2428.11. De raming bedroeg 3000. Volgn. 183. Kosten van ziekenverplegingf 1500. Deze post is geraamd op 23525.—over het le halfjaar 1914 bedroegen de kosten ƒ10725.—. Aangezien de kosten over het 2e halfjaar gewoon lijk beneden die van het le halfjaar blijven, kan van de geraamde som gevoegelijk ƒ1500.— wor den afgeschreven. Volgn. 190. Subsidie aan het Heilige Geest- of Armen Wees- en Kinderhuis400. Tengevolge van het verminderde aantal kin deren, waarvoor subsidie wordt betaald, bedroeg de uitgaaf op dit artikel over het le halfjaar 1914 slechts 200.terwijl verwacht wordt, dat over het 2e halfjaar 1914 een ongeveer even groot bedrag noodig zal zijn. De op ƒ900.— ge raamde post kan derhalve zonder bezwaar met 400.— worden verminderd. Volgn. 211. Benten van tijdelijk ter voorziening van kasgeld opgenomen gelden36464.84® Tengevolge van de krachtens raadsbesluit van 2 April j.l. gesloten geldleening, behoefde slechts gedurende een gedeelte van het jaar 1914 kasgeld te worden opgenomen en kan het voor rente van kasgeld uitgetrokken bedrag met ƒ36464.845 wor den verminderd. Volgn. 225. Onvoorziene Uitgaven1827.20 Op den post voor Onvoorziene Uitgaven zijn thans nog 8552.beschikbaar. Te zamen 74577.20 Op grond van een en ander geven wij U alsnu in over weging tot de bovenvermelde begrootingswijzigingen te be sluiten door vaststelling van den hierbij overgelegden begroo- tingsstaat, model C. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N» 268. Leiden, 10 December 1914. Wij hebben de eer U hierbij over te leggen de le lijst van aangeslagenen op het kohier der plaatselijke directe belasting naar het inkomen over 1914, die de gemeente hebben verlaten of overleden zijn. Wij stellen U voor op hunne aanslagen afschrijving te verleenen tot de bedragen in kolom 11 van deze lijst vermeld. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 269. Leiden, 2 December 1914. De Commissie, bedoeld in art. 10 der Verordening, regelende de heffing van eene plaatselijke directe belasting, heeft de eer U hierbij te doen toekomen twee lijsten, waarin is vervat haar advies omtrent respectievelijk 298 en 128 bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1914. Be Commissie voornoemd: C. W. van der Pot, Voorzitter. W. Pera, Leden J. Botermans, Leaen- Aan den Gemeenteraad. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1914 | | pagina 15