232 DONDERDAG 5 DECEMBER 1912. ook. Men zou dan zeggen, dat de Raad in Leiden, als de cijfers bekend zijn, het toch niet gunt, maar het dan nog tracht wat goedkooper te krijgen. Dat zou zijn in het nadeel van de gemeente zelf. Wat Burgemeester en Wethouders hier gedaan hebben, dat doet iedere groote fabrikant bij groote aanbestedingen en in schrijvingen. Dat doet de gemeente ook voor de Electrische Centrale en de Gasfabriek, bij groote, veel vertrouwen vor derende leveranties, waarvoor men onderhands moet inschrij ven. Dan krijgt men bijna altijd onderhandelingen over details, waardoor wel eens een kleine wijziging in die details komt. Heeft men eenmaal met iemand definitief onderhandeld, dan gaat het niet aan, daarna, als de prijs van den een bekend is aan de concurrenten, te trachten het bij een ander goedkooper gedaan te krijgen. Maar meent men, dat Burgemeester en Wethouders in deze verkeerd gehandeld hebben ik meen van niet laat men dat dan uitspreken en het beleid van Burgemeester en Wethouders bij motie afkeuren. Maar laat men thans, nu eenmaal het feit gebeurd is, niet een dergelijke handelwijze volgen, die niet goed tè praten is cn tenslotte ook niet in het belang van de gemeente is. De heer Korevaar. M. d. V. Mag ik nog even een paar dingen ophelderen? Ik wil nog eens uitdrukkelijk constatee- ren wanneer het niet duidelijk uitgekomen is, wijt ik dat aan mijzelf, doordat ik mij niet duidelijk genoeg uitgedrukt heb dat in eerste instantie aan alle gegadigden dezelfde voorwaarden zijn gesteld. Wij onderhandelen in het belang van de gemeente, maar niet in dat van iemand, die een baggerstaal wil exploiteeren. Heeft zoo'n man dus bezwaren, dan moeten wij die bezwarende bepalingen er uit nemen, voor wij met het voorstel bij den Raad komen en niet na dien tijd. Naar gelang van de bezwaren van de gegadigden zijn de aanbiedingen gewijzigd. »Of er wel genoeg geaboucheerd is met de gegadigden," is er gevraagd. Er is verscheidene malen over deze zaak gespro ken en hier en daar zijn dientengevolge eenige wijzigingen van meer of minder belangrijken aard aangebracht. In de derde plaats zijn er niet twee, maar drie gegadigden geweest, nl. in de eerste plaats de twee heeren van Ulden, die volstrekt niet gecombineerd zijn, doch integendeel zware concurrenten, en dan de Gebr. Blok. Er worden nu aanmer kingen gemaakt, dat de Gebr. Blok geen ingezetenen zijn. Het is echter de heer Rijks, die ingeschreven heeft onder de firma. Gebr. Blok, deze is reeds ongeveer tien jaar ingezetene. Ten slotte sluit ik mij aan bij de woorden van den heer Aalberse: Meent de Raad, dat Burgemeester en Wethouders verkeerd hebben gedaan, laat de Raad dan een anderen weg inslaan en de gevolgen daarvan voor zijn verantwoordelijkheid nemen. De Voorzitter. Ik geloof, dat het het beste is, wanneer ik thans de diverse moties achtereenvolgens in stemming breng. De beraadslaging wordt gesloten. De motie van de heeren Vergouwen, Zwiers en van der Eist, in stemming gebracht, wordt met 16 stemmen tegen 10 stemmen verworpen. Tegen stemmen de heeren Reimeringer, Driessen, de Boer, Briët, Korevaar, van der Lip, Fischer, Corts, Carpentier Alting, Aalberse, Kruimel, Pera, van Hamel, Bosch, Korft en van Tol. Voor stemmen de heeren Botermans, Zwiers, van der Eist, Roem, Sijtsma, van der Pot, Fokker, Vergouwen, Heeres en P. J. Mulder. De Voorzitter. Thans zal dus de motie van den heer Fokker c. s. in stemming gebracht moeten worden. De heer Zwiers. M. d. V. Het is toch wel vreemd, daarover te stemmen. De kwestie van minimumloon is nog niet in be handeling geweest. Zou het niet de voorkeur verdienen, als over die twee zaken afzonderlijk gestemd werd? De Voorzitter. Mij dunkt, dat het het beste is, indien wij thans over het eerste deel der motie van den heer Fokker c. s. stemmen. Als die motie verworpen wordt, dan kunnen wij bij de artikelsgewijze behandeling nog altijd de loonen vaststellen. De heer Fokker. Dan zullen wij de laatste woorden van de motie schrappen. Dan blijft alleen over de publieke aanbesteding. De aldus gewijzigde motie van de heeren Fokker, Roem, Sijtsma en van der Eist, in stemming gebracht, wordt ver worpen met 17 tegen 9 stemmen. Tegen stemmen de heeren Reimeringer, Driessen, de Boer, Briët. Korevaar, van der Lip, Fischer, Corts, Carpentier Alting, Aalberse, Kruimel, van Hamel, Vergouwen, Heeres, Bosch, Korft' en van Tol. Vóór stemmen de heeren Botermans, Zwiers, van der Eist, Roem, Sijtsma, van der Pot, Pera, Fokker en P. J. Mulder. De Voorzitter. Ik kan dus nu constateeren, dat geacht mag worden, dat in principe aangenomen is, dat hetbagger- werk en de uitvoering der verschillende andere werkzaam heden onderhands zullen worden opgedragen aan den heer P. van Ulden. De heer Fokker. Ik verzoek aanteekening in de notulen, dat ik er tegen ben. De Voorzitter. Het is reeds aangenomen, maar ik deelde dit alleen mede, om het even te constateeren. De voorwaarden, waaronder die opdracht plaats zal hebben, stel ik voor in eene volgende vergadering te bespreken. De motie van de heeren Sijtsma, Fokker en Botermans kan dan bij de artikelsgewijze behandeling tevens aan de orde komen. Heeft iemand bezwaar tegen dit voorstel, dan is dus besloten de verdere behandeling van dit punt aan te houden tot een volgende vergadering. (De heer Korevaar verlaat de vergadering). XI Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de aanschaffing van een tweede verdamper-reservoir en bijbe- hoorende werken ten behoeve van de koelinrichting van het Openbaar Slachthuis. (Zie Ing. St. No. 276). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. XII. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor het inrichten van het terrein der voormalige boomkweekerij ten behoeve van den aldaar te vestigen gemeentelijken reini gingsdienst. (Zie Ing. St. No. 275). Dit punt wordt aangehouden tot een volgende vergadering. XIII Voorstel tot aankoop van de perceelen Lammermarkt 34 en 34a, Klootshof 1, 2, 3, 4|5, 2e Binnenvestgracht 3 en Jan Potagepoort 1 tot en met 3 en tot vaststelling van den desbetrefienden suppletoiren begrootiugsstaat. (Zie Ing. St. no. 283). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. De Voorzitter. Verlangt thans nog iemand het woord in het belang van de gemeente Niemand meer het woord verlangend, wordt daarna de ver gadering gesloten. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 14