169 verzoekt daarom een verhooging van ongeveer 5%, hetgeen overeenkomt met eene bijbetaling van 3000.— Het komt ons voor, dat er inderdaad veel voor te zeggen is, om in dit bijzondere geval aan het verzoek te voldoen. Immers, bij het inzenden der aanbieding kon niet worden vermoed, dat de prijs der materialen, die toen reeds belang rijk hooger was, dan tevoren, wederom zóó spoedig en in zóó belangrijke mate zou stijgen; voor sommige artikelen bedraagt de stijging niet minder dan 18%. Zooals wij reeds opmerkten, werd het indertijd reeds, ook door Uwe Vergadering, billijk gevonden, dat voor de tweede installatie met eene eventueele verhooging der materiaalprijzen rekening zou worden gehouden. En waar nu tusschen de eerste aanbieding en de eigenlijke levering der installatie van den eersten oven een tijdsverloop van ongeveer 1| jaar zal liggen (immers eerst in het voorjaar van 1913 wordt met de eigenlijke bewerking der materialen een aanvang gemaakt), daar achten wij het alleszins gerechtvaardigd, om ook bij de prijsbepaling der eerste overiinstallatie met de verandering der materiaalprijzen rekening te houden, al kan de maatschappij natuurlijk op eene verhooging der aannemingssom geen recht doen gelden. De maatschappij heeft zich dan ook bereid verklaard, om, indien haar de zooevengenoemde verhooging wordt toegezegd, daarvan weder afstand te doen, wanneer de prijzen op het oogenblik, dat zij de contracten voor materiaallevering met hare leveranciers gaat afsluiten, weder tot het vorig niveau mochten dalen. Op grond van een en ander geven wij U mitsdien, over eenkomstig het advies der Commissie van Fabricage, in over weging goed te keuren, dat met het oog op de bovenvermelde stijging der materiaalprijzen aan de maatschappij »Vesuvio" zoo noodig een bedrag van 3000.extra wordt uitbetaald. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 289. Leiden, 6 December 1912. Wij hebben de eer U voor te stellen de navolgende posten der begrooting voor 1912, waarvan de raming te laag is ge bleken, met de daarbij vermelde bedragen te verhoogen. Volgn. 71. Schrijfloonen265. Op dit artikel zal een buitengewone uitgaaf van ongeveer ƒ265.moeten plaats hebben, voor de belooning van een tijde lijke werkkracht, in dienst gesteld aan de afdeelingen Natio nale Militie en Bevolking, in verband met de ziekte van de heeren de Rochemont en Hofkes en na het overlijden van eerstgenoemde tot de indiensttreding van diens opvolger. De post is daarop niet berekend en zal dientengevolge met 265.moeten worden verhoogd. Volgn. 92. Kosten vallende op het houden der loting voor de nationale militie87. De inwerking treding van de nieuwe militiewet had eene uitbreiding van het aantal zittingsdagen van den militieraad ten gevolge, benevens de zittingen van den bij die wet inge- stelden keuringsraad. De hiermede gepaard gaande hoogere kosten vorderen eene verhooging van dit artikel met 87. Volgn. 166. Subsidiën aan bijzondere bewaarscholen f300. Aan de Vereeniging tot opleiding vanbewaarschoolhouderessen werd na het vaststellen der begrooting voor 1912 een subsidie van ƒ300.verleend ten behoeve van hare bewaarschool aan het Rapenburg. Dit artikel zal dientengevolge met ƒ300.moeten worden verhoogd. Volgn. 172. Uitgaven voor Volksfeesten 10ÓO. Ook voor dit jaar zal deze begrootingspost moeten worden verhoogd. Tot het tekort droegen bij de uitgaven verbonden aan de feestelijke opening van de Spoorwegen door de Haar lemmermeer, voor een bedrag van ƒ258.80 en die van het Internationaal Congres voor de geschiedenis der godsdiensten, voor een bedrag van ƒ171.75; het kinderfeest op 31 Augustus vorderde dit jaar, in tegenstelling met vorige jaren toen de kosten beneden de raming bleven, tengevolge van uitstel van een deel der feestelijkheden, een hoogere uitgaaf van ƒ30.515; de overige uitgaven voor de viering van verjaardagen in het Koninklijk Huis en op 3 October, eischten een hoogere uit gaaf van ƒ489.725; te zamen ƒ950.79. Met het oog op nog niet ingeleverde rekeningen, waarvan het bedag derhalve niet met juistheid bekend is, wordt voor gesteld het artikel in ronde som met ƒ1000.te verhoogen. Volgn. 175. Kosten van het onderwijs aan spraakgebrek- kige kinderenf 43.— De uitbreiding van dit onderwijs in den loop van 1912, over de scholen 3e kl. n°. 1 (Plantsoen) en no. 4 (Langebrug), maakt eene verhooging van de op dit artikel geraamde kosten met 43.noodig. Volgn. 196. Grondlasten en personeele lasten408. De verschuldigde grondbelasting voor tal van huisjes in de omgeving van de Gasfabriek en de huizen Burgsteeg 6 en Heerengracht 15, alle aangekocht in den loop van 1912, ver oorzaakt een tekort op dezen post van in ronde som ƒ408. Volgn. 205. Rente van tijdelijk ter voorziening in de be hoefte aan kasgeld opgenomen gelden2633. Het tot dusver opgenomen kasgeld vordert tot 31 December as. een rentebedrag van 17632.45, d. i. 2632,45 meer dan bij de vaststelling der begrooting geraamd werd. Het is niet onwaarschijnlijk dat in het laatst van dit jaar nog tot opneming van gelden moet worden overgegaan, doch zoowel het tijdstip van opneming als het bedrag hangen van verschillende niet te voorziene omstandigheden af. Wij stellen U daarom voor den rentepost voorloopig met 2633.te verhoogen, terwijl voor eene eventueele latere kasgeldopneming de rentepost opnieuw zal kunnen worden geregeld. Volgn. 219. Onvoorziene Uitgaveni800. Blijkens, het medegedeelde aan het slot van onze voor dracht, opgenomen onder n°. 267 der Ingekomen Stukken van dit jaar, is op den post voor Onvoorziene Uitgaven na de inmiddels door U aangenomen afschrijving van 600. voor het trottoir aan de Hoogewoerd, nog slechts een bedrag van 191.beschikbaar. Dit bedrag is met het oog op niet voorziene uitgaven welke zich voor het einde van 1912 nog kunnen voordoen, zoomede voor eventueel noodige aanvulling van andere begrootings- posten, stellig onvoldoende. Wij stellen U daarom voor dezen post met 1800.te verhoogen, zoodat daarop weder een bedrag van 1991. beschikbaar komt. Het totaal bedrag dezer verhoogingen is 6536. Dit bedrag kan worden gevonden uit de overschotten welke de navolgende begrootingsposten zullen opleveren Volgn. 97. Uitkeering aan het Rijk van het aandeel in de kwade posten der directe belastingen426. Na de afschrijving van ƒ360.vermeld in de voordracht opgenomen onder n°. 273 der Ing. St., blijft op dezen post nog eene som van 426. beschikbaar. Volgn. 141. Jaarwedden der Onderwijzers, lager onderwijs3010.—. De uitgaven zullen zeker met dit bedrag be neden de raming blijven. Volgn. 210. Bijdrage aan het Pensioenfonds voor weduwen en kinderen van Gemeente- Ambtenaren3100. Zooals U bekend is, kan blijkens de uitkomsten van de 2e wetenschappelijke balans, loopend over de jaren 19071911, de bijdrage der ge meente, voor 1912 nog geraamd op ƒ5100.tot 2000.worden verminderd. Dientengevolge zal voor 1912 op dezen post een overschot blij ven van ƒ3100. Te 'zamen 6536. Wij geven U thans in overweging tot de bovenstaande ver hoogingen te besluiten, door vaststelling van den hierbij over- gelegden staat van af- en overschrijving. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. No. 290. Leiden, 6 December 1912. Wij hebben de eer U hierbij over te leggen een lijst van aangeslagenen op het kohier der plaatselijke directe belasting naar het inkomen over 1912, die de gemeente hebben verlaten of overleden zijn. Wij stellen U voor op hunne aanslagen afschrijving te verleenen tot de bedragen in kolom 11 van die lijst vermeld. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 11