DONDERDAG 27 JUNI '1912. 89 De Voorzitter. Zou ik de heeren P. J. Mulder, Carpentier Alting, Hoogeuboom en van Tol mogen verzoeken, het stem bureau uit te maken? Benoemd wordt op de door Burgemeester en Wethouders voorgestelde voorwaarden de heer R. van Ammers, met 20 stemmen, terwijl 8 stemmen zijn uitgebracht op den heer H. H. Ehrenburg. De Voorzitter. Ik dank de heeren leden van het stembureau voor de genomen moeite. II. Rekening, dienst 1911, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. (Zie Ing. St. No. 134). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. III. Rekening, dienst 1911, van de Gezondheidscommissie. (Zie Ing. St. No. 133). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. (De heeren Kruimel en van Gruting hadden tijdens de be handeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten.) IV. Rekening, dienst 1911, van de gestichten «Endegeest- Voorgeest-Rhijngeest". (Zie Ing. St. No. 144.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Reimeringer. M. de V. Ik zou een enkele vraag wenschen te stellenhet betreft echter niet de rekening zelve. Ik zou wenschen te vragen wat met het saldo van f 3722.41 zal worden aangevangen. Welke bestemming heeft men daar aan gegeven? Wordt dat gewoon als bate in de gemeentekas geworpen De Voorzitter. Dat gebeurt net als ieder jaar. De heer Reimeringer. M. de V. Ik zou in overweging willen geven om dat niet te doen. Wij hebben pas een tegenvaller gehad van f 3500.voor het bouwen van een woning aldaar. Het zou mij beter voorkomen, om waar hier een winst is gemaakt, die te gebruiken, om af te schrijven. Ik vind de afschrijving van „Endegeest" nu niet zoo groot. De Voorzitter. Er wordt dit jaar reeds extra afgeschreven. Dat is dus geen bezwaar. De heer Reimeringer. Dank u, M. d. V. De beraadslaging wordt gesloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het praeadvies besloten. (De heeren Pera, van der Eist, Roem en Bots hadden tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten. V. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1911, van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie Ing. St. No. 135.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. VI. Rekening, dienst 1911, van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie Ing St. No. 135.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. (De heer Heeres had tijdens de behandeling van dit punt tijdelijk de vergadering verlaten.) VII. Verzoek van de Leidsche Gymnastiek- en Scherm- vereeniging «Hercules" om het kosteloos gebruik van het gym nastieklokaal aan de Pieterskerkgracht. (Zie Ing. St. No. 140). De beraadslaging wordt geopend. De heer van der Pot. M. d. V. Ik zou gaarne een enkel woord willen zeggen naar aanleiding van het praeadvies van Burgemeester en Wethouders op dit punt van de agenda en op het volgende punt. Het is zeker wel toegestaan om beide punten tegelijk te behandelen, nu dit ook in het praeadvies is geschied en dan wil ik beginnen te zeggen, dat ik met weinig genoegen dit praeadvies heb gelezen. Het besluit, dat hier in Maart is genomen, om het verzoek van den Leidschen Turn bond, om op iets voordeeliger conditiën de gemeentelijke lokalen in gebruik te mogen hebben, in te willigen, scheen mij toe, een bescheiden stap op den goeden weg te zijn, in zooverre daaruit bleek, dat nu ook door de gemeente Leiden op voorbeeld, van wat reeds in zoovele andere gemeenten in ons land is geschied iets meer zou worden gedaan op dit gebied, m. a. w. dat men zich hier ook meer dan tot dusver zou laten gelegen liggen aan de stelselmatige lichamelijke oefening van jongens en mannen, in het algemeen van per sonen boven den schoolleeftijd. M. d. V., ik noem het een bescheiden stap, vooral als ik denk, wat al in andere plaatsen is gedaan. Ook in Duitschland genie ten dergelijke vereenigingen wat trouwens algemeen bekend is in veel sterkere mate de ^bescherming van de Overheid. Hier werd slechts besloten, dat de Turnbond het lokaal zou krijgen op conditie, dat vergoed zouden worden de kosten voor licht, vuur, schoonhouden en bediening en iedere bescha diging, die zou voorkomen. Alleen dus zou van die vereeni ging niet gevraagd worden de anders gebruikelijke retributie van ƒ10.— of 15.— per wekelijksch lesuur. Nu dat besluit genomen is, doet het mij leed, dat in deze richting blijkbaar elke volgende stap zal uitblijven. Burgemeester en Wethouders zeggen nu: Bij dat eene besluit moet het maar blijven en van eenige royaliteit ten aanzien van een dergelijke vereeniging kan niets komen. Nu krijgen wij het verzoek van een ver eeniging, die zich volkomen hetzelfde ten doel stelt als de Turnbond, n.l. de vereeniging Hercules. Deze stelt zich ook ten doel, de leden op te leiden voor het diploma, vereischt bij art. 70 van de nieuwe Militiewet. Die vereeniging beoogt dus geheel hetzelfde, zij vraagt de gemeente ook hetzelfde, n.l. het ge bruik van een lokaal op dezelfde conditiën als waarop dit aan den Leidschen Turnbond wordt afgestaan. Doch nu stellen Burge meester en Wethouders voor, dat verzoek af te wijzen. Op welke gronden stellen Burgemeester en Wethouders dat voor? Daarom trent vindt men in het praeadvies van Burgemeester en Wethou ders het volgende. Vooreerst de overweging dat de Leidsche Turnbond bestaat uit clubs en Hercules een gewone vereeniging is, die bestaat uit individueele leden. In die omstandigheid op zich zelf kan ik niet voldoende reden vinden, om een geheel andere beslissing te nemen ten aanzien van Hercules als van den Turnbond. Ik ken geen enkel lid van Hercules; ik weet ook niet, waarom Hercules niet is aangesloten bij den Turn bond, maar als de reden deze is, dat de vereeniging Hercules meent, dat zij bij het houden van hare oefeningen als club alleen, met 20 of 30 leden, meer resultaten verkrijgt, dat die oefeningen intensiever en doeltreffender zijn, dan wanneer zij plaats hebben in vereeniging met 14 andere clubs, die gezamen lijk oefenen iri één lokaal, dan kan ik voor een dergelijken grond wel iets voelen. In alle geval ligt in het feit, dat die vereeniging afwijkt van den regel en zich niet aansluit bij den Turnbond, m. i. geen reden, om die vereeniging anders te behandelen dan den Turnbond. De tweede grond, dien Burgemeester en Wethouders aan voeren, schijnt voor hen de voornaamste te zijn, want er wordt in het voorstel met cursieve letters de aandacht op gevestigd. Het is deze, dat de Turnbond zijn leden in de ge legenheid stelt, het onderwijs kosteloos te ontvangen. Dat ligt echter voor de hand. De leden van andere vereenigingen betalen een zekere contributie, die noodig is, want daarvoor moeten zij de toestellen aanschaffen. Waar de Turnbond bestaat uit andere vereenigingen, ligt het voor de hand, dat men niet nog eens toestellen heeft aan te schaffen, daar de toestellen van de daarbij aangesloten vereenigingen gebruikt zullen kunnen worden. Ook waar Hercules tot dusver ver goeding moet geven voor het gebruik van lokalenligt daarin een grond, om contributie van hare leden te vorderen. Het is zeer goed mogelijk, dat die contributie verlaagd zal worden, wanneer aan Hercules het gebruik van het lokaal wordt toe gestaan op den voet, als nu gevraagd wordt. De derde grunddien Burgemeester en Wethouders aan voeren, is, dat, wanneer het verzoek van Hercules wordt toegestaan, de vereenigingendie zich thans bij den Turnbond hebben aangesloten, zich daarvan zullen afscheiden. »Het gevolg", zeggen Burgemeester en Wethouders, «voor de ge meente zou zijn, dat zij in plaats van éénmaal per week hare zalen 14 maal per week kosteloos zou kunnen afstaan, met al de daaraan voor haar verbonden nadeelen." Ook hieruit blijkt, dat Burgemeester en Wethouders zich niet hebben afgevraagd, of een oefening in 14 clubs niet doel treffender, intensiever zal zijn, dan een gezamenlijke oefe ning. Voor Burgemeester en Wethouders komt het blijk baar alleen neer op een dubbeltjeskwestiezij stellen liever éénmaal dan 14 keer per week het lokaal open, omdat zij van dat laatste groote nadeelen vreezen voor de gemeente. Wat zijn dan toch die groote nadeelen voor de gemeente? Aan de gemeente wordt terugbetaald, wat vereischt wordt voor vuur, licht, bediening, zelfs de vuile voeten worden voor rekening van de vereeniging weggewischt. Het eenige nadeel is de slijtage aan de toestellen en den vloer van de gymnastiekzaal. Is dat nu een zóó groot bezwaar, dat de gemeente daarom van die vereenigingen een vrij aanzienlijke retributie moet vragen? Ik kan dat niet inzien en meen dat er belangrijke voordeelen tegenover staan. Wat de vereeniging Excelsior betreft, ik lees in het adres, dat die vereeniging bestaat uit mannen en jongens uit de arbeidersklasse. Ik wil wel zeggen, dat ik er respect voor gevoel, dat mannen en jongens, die, zoo niet allen, dan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 5