GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 77 IKGEK»HES STUKKEN. N°. 126. Leiden, 3 Juni 1912. In overleg met den Arrondissements-Schoolopziener en na ingewonnen bericht van de Hoofden der betrokken scholen, hebben wij de eer Uwe Vergadering de navolgende voor drachten aan te bieden voor de benoeming van eene onder wijzeres aan de openbare school der 3e klasse No. 2, ter ver vulling van de vacature, welke zal ontstaan tengevolge van het met ingang van 15 Juni 1912 verleend ontslag aan Mej. J. Enders, en van eene onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse No. 6, ter vervanging van den onderwijzer H. Vissinga, die in de Raadszitting van 21 Maart 1912 werd benoemd tot onderwijzer met verplichte hoofdakte. School Se klasse No. 2. 1°. Mej. A. M. GESTMAN, werkzaam aan de openbare school der 3e klasse No. 1, te Leiden; 2°. Mej. T. OVERDIEP, tijdelijk onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse No. 5, te Leiden; 3°. Mej. G. L. MOUWEN, tijdelijk onderwijzeres te Noord wij ker hout. School Se klasse No. 6. 1°. Mej. M. H. B. TEEUWEN, tijdelijk onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse No. 6, te Leiden; 2°. Mej. S. M. MEIJER, tijdelijk onderwijzeres aan de openbare school der 2e klasse, aan de Heerenstraat te Leiden; 3°. Mej. CHR. MEIJER, werkzaam aan de openbare school der 2e klasse, aan de Oude Vest te Leiden. Onder mededeeling, dat de desbetreffende stukken in de Leeskamer ter inzage liggen, verzoeken wij U thans tot de benoemingen over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. No. 127. Leiden, 3 Juni 1912. Wij hebben de eer U hierhij over te leggen de 2e lijst van aangeslagenen op het kohier der plaatselijke directe belasting naar het inkomen over 1911, die de gemeente hebben ver laten of overleden zijn. Wij stellen U voor op hunne aanslagen afschrijving te ver- leenen tot de bedragen in kolom 11 van die lijst vermeld. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 128. Leiden, 3 Juni 1912. Wij hebben de eer U mede te deelen, dat de gelegenheid zich voordoet het aan C. A. L. Keuls, wijnkooper alhier, toe- behoorende perceel Burgsteeg No. 6 ten behoeve van de gemeente aan te koopen voor de som van f 6750. Het perceel, dat 148 M2. groot is, grenst aan de aan de ge meente toebehoorende Burcht enGraanbeurs. Blijkt het derhalve met het oog op brandgevaar noodig een nieuwen toegang tot de Graanbeurs te maken, dan is het wel gewenscht, dat de ge meente de beschikking over het perceel heeft. En waar nu overigens ons de gevraagde koopprijs niet bovenmatig hoog voorkomt, daar rneenen wij, dat de gemeente van de aangeboden gelegenheid gebruik moet maken. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging: 1°. te besluiten tot den aankoop, ten behoeve van de gemeente, van het perceel Burgsteeg No. 6 voor de som van f 6750; 2°. over te gaan tot de vaststelling van den hierbij over- gelegden suppletoiren begrootingsstaat, groot met inbegrip van de kosten van overdracht f 6970. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 129. Leiden, 3 Juni 1912. Eenigen tijd geleden deelden de Commissarissen der Ge meentelijke Bank van Leening alhier ons mede, dat het zeer noodzakelijk was verbetering te brengen in den toestand, waarin het hulpkantoor A aan het Utrechtscheveer No. 9 ver keerde. Van de in werking treding der nieuwe Pandhuiswet toch was eene belangrijke vermeerdering van het in den laatsten tijd toch al toegenomen aantal beleeningen aan dat kantoor het gevolg, zoodat de behoefte aan meer lokaliteit zich sterk deed gevoelen. De bergplaatsen voor de panden waren, naar het oordeel van Commissarissen, geheel ongeschikt, terwijl de toegang tot het perceel zeer gebrekkig was. Op drukke dagen moesten dan ook de personen, die van de bank gebruik maakten, menigmaal op de stoep blijven wachten, totdat zij konden worden geholpen en op de Zaterdagavonden en des Maandags morgens moest in den laatsten tijd zelfs de bijstand van de politie worden ingeroepen, teneinde de lossing en de beleening der panden in goede orde te kunnen doen plaats hebben. Afdoende verbetering van het pand achtten Commissarissen ten eenenmale uitgesloten, omdat daardoor toch niet de ver- eischte ruimte beschikbaar zoude komen. Zij vroegen ons College daarom machtiging naar een ander pand te inogen uitzien, teneinde aan den zoowel wegens brandgevaar als uit een oogpunt van hygiëne onhoudbaren toestand een einde te kunnen maken. Aangezien het door heeren Commissarissen opgemerkte ons volkomen juist voorkwam, bestond er bij ons College geen bezwaar hun de gevraagde machtiging te verleenen en verzochten wij hun een nader voorstel in te dienen. Thans berichten Commissarissen ons, dat zij voor den koopprijs van ƒ10.200.—. tot 10 Juni a. s. in koop hebben het perceel Heerengracht No. 25, welk pand naar het oordeel van den Directeur van Gemeentewerken met betrekkelijk niet hooge kosten tot een geschikt hulpkantoor met woning voor den hoofdbeambte kan worden ingericht. De gevraagde prijs komt ons met Commissarissen niet bovenmatig hoog voor en wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging te besluiten: a. tot den aankoop van het perceel Heerengracht No. 25 voor de som van ƒ10.200.—. benevens de kosten van over dracht, ten einde het perceel in te richten tot hulpkantoor der Gemeentelijke Bank van Leening alhier. b. tot vaststelling van bijgaanden suppletoiren begrootings staat, groot ƒ10.506. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 1