GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 51 I5GEKOMEÜT STUKKEN. N°. 68. Leiden, 11 Maart 1912. In Uwe Vergadering van 21 December 1911 werd overeen komstig advies van onze Commissie ingetrokken Uw oor spronkelijk besluit d.d. 9 November 1911 en werden opnieuw vastgesteld twee verordeningen, eene ex litt. c. d. en e. en eene andere ex litt. f van art. 37 der Pandhuiswet 1910. (Stbl. 321.) Tot deze splitsing werd overgegaan, opdat de in werking- treding van de zeer wenschelijke bepalingen in zake het rente-maximum, de sluitingsuren, en de niet-, of niet-zonder- vergunning-toelaatbare bedrijven, niet zou worden vertraagd en opdat nader overleg met het College van Gedeputeerde Staten zou kunnen worden gepleegd, omtrent de wettigheid der strafbepalingen ter wering van verspreiding van besmet telijke ziekten door de panden. Inmiddels heeft dit nader overleg het meeningsverschil dat tusschen Gedeputeerde Staten eenerzijds en Uwe Vergadering en onze Commissie anderzijds op dit stuk bestond, niet uit den weg vermogen te ruimen, en is thans ingekomen een Besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 27/29 Februari j.l., waarbij aan Uwe verordening van 21 Dec. 1911, houdende voorschriften inge volge art. 37, litt. f. der Pandhuiswet 1910 (Stbl. 321) hunne goedkeuring wordt onthouden. Waar onze Commissie van meening blijft, dat voor het door Uwen Raad ingenomen standpunt zeer ernstige argu menten kunnen worden aangevoerd, gelijk die in den breede zijn uiteengezet in de Ingekomen Stukken over 1911 Nos. 273 en 314; waar bovendien ook door andere gemeenteraden (o. a. van Utrecht) dezelfde leer wordt voorgestaan en deze zelfs door Gedeputeerde Staten van Utrecht werd gesanctioneerd, zoodat er in de interpretatie van de Pandhuiswet 1910 geen vastheid heerscht, daar acht zij het oogenblik gekomen tegen de weige ring van Gedeputeerde Staten eene hoogere voorziening in te roepen. Wij hebben mitsdien de eer U voor te stellen tot Hare Majesteit de Koningin het verzoek te richten het besluit van Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland d.d. 27/29 Februari j.l. wegens strijd met de wet te vernietigen. De Commissie voor de Strafverordeningen. Aan den Gemeenteraad. N°. 69. Leiden, 12 Maart 1912. Voor de benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de Openbare School der 4e klasse No. 2, ter vervulling van de vacature, welke zal ontstaan door het met ingang van 1 Mei a s. verleend eervol ontslag aan den heer W. J. Beumer, hebben wij de eer U hierbij de volgende voordracht aan te bieden 1°. P. J. VAN DE RIJDT, onderwijzer te Blerick 2°. H. J. VAN ZON, onderwijzer te Kampen; 3°. C. KU1K, onderwijzer te Wormerveer. Onder mededeeling, dat het advies van den Arrondissements- Schoolopziener en het bericht van het Hoofd der school in de Leeskamer ter inzage liggen, verzoeken wij U thans tot de benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 70. Leiden, 12 Maart 1912. Op 1 Mei a.s. eindigt de huur van het stukje grond aan de Boommarkt, laatstelijk krachtens Raadsbesluit van 25 Februari 19U9 voor 3 jaren verhuurd aan H. Ij. Speel, voor het daarop hebben van een kiosk, tegen den huurprijs van f 125.per jaar. Aangezien de huurder den wensch heeft te kennen gege ven het bedoelde stukje grond, groot 23 M2., weder voor 3 jaren in te huren, waartegen bij ons College geen be zwaar bestaat, geven wij U in overweging, te besluiten, het stukje grond aan de Boommarkt, groot 23 M2., voor den tijd van 3 jaren, ingaande 1 Mei 1912, weder te verhuren aan H. L. Speel alhier, voor de som van f 125.per jaar en verder onder de bestaande voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 71. Leiden, 12 Maart 1912. Op 14 April a. s. eindigt de huur van het perceel Lok horststraat n°. 18, laatstelijk krachtens Raadsbesluit van 20 April 1911 voor één jaar verhuurd aan C. M. van Halderen, voor f 130.per jaar. Bij Raadsbesluit van denzelfden datum werd het perceel Oude Singel n°. 34 voor den tijd van één jaar verhuurd aan J. N. M. Hartwijk, voor f 198.per jaar, welke huur op 30 April a.s. ten einde loopt. Aangezien beide huurders contractueel weder voor één jaar gebonden zijn, doordien zij de huur niet resp. vóór 14 Decem ber en 1 Januari j 1. hebben opgezegd en ook bij ons College tegen de verlenging der huur voor één jaar geen bezwaar bestaat, geven wij U in overweging te besluiten 1°. het perceel Lokhorststraat n°. 18 weder voor den tijd van 1 jaar, ingaande 14 April 1912, te verhuren aan C. M. van Halderen, voor 130.per jaar; 2°. het perceel Oude Singel n°. 34 weder voor den tijd van 1 jaar, ingaande 1 Mei 1912, te verhuren aan J. N. M. Hartwijk, voor f 198.per jaar. Een en ander overigens onder de bestaande voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 72. Leiden, 15 Maart 1912. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van A. Troost wijk bestaat bij ons college geenerlei bezwaar. Wij geven Uwe Vergadering derhalve in overweging aan adressant vergunning te verleenen tot het bouwen, overeen komstig de overgelegde teekening, van een houten loods, bestemd tot het bergen van hout, op het terrein aan den Maredijk No. 127, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie L, No. 1041. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan het College Gemeenteraad van Leiden. Neemt ondergeteekende de vrijheid UwEds. College ver gunning te vragen om op het terrein Maredijk No. 127 Kads. Sectie L, No. 1041, Gemeente Leiden, te mogen bouwen een houtloods volgens bijgaande teekeningen in duplo. Met verschuldigde eerbied en Hoogachting UwEd. Dw. dienaar Andries Troostwijk. N°. 73. J^eiden, 15 Maart 1912. Bij nevensgaand adres verzoekt Mej. M. C. A. Koeman, leerares in de gymnastiek aan de openbare lagere scholen te en 2e klasse in deze gemeente, haar, ingevolge artikel 8 der verordening van den 30en Juni 1910 (Gemeenteblad No. 14), toestemming te willen verleenen tot het geven van onderwijs aan de leden van eene onder hare leiding staande gymnastiekclub in het gymnastieklokaal der openbare school 2e klasse aan de Oude Vest. Tegen inwilliging van dat verzoek bestaat bij ons college geen bezwaar, mits de gewone voorwaarden, waaronder het gebruik van gymnastieklokalen wordt toegestaan, aan de te verleenen vergunning worden verbonden. Wij geven u derhalve in overweging aan Mej. M. C. A. Koeman tot wederopzeggens vergunning te verleenen tot het geven van onderwijs aan de leden van eene onder hare leiding staande gymnastiekclub in het gymnastieklokaal der openbare school 2e klasse aan de Oude Vest, des Donderdags middags van 4 tot 5 uren, tegen betaling van f 10 's jaars, voor het gebruik van dat lokaal, en van de kosten van vuur, licht, schoonhouden en bediening en onder voorwaarde, dat de kosten van herstel van aan het gebouw of meubilair eventueel toegebrachte schade door adressante worden vergoed en dat alle ter zake van het gebruik door ons te geven voorschriften worden nagekomen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 8 Maart 1912. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Edelachtbare Heeren Ondergeteekende, M. C. A. Koeman, Leerares Gymnastiek M. O., leidster eener Dames-Gymnastiekclub, verzoekt UEdel- achtb. beleefd haar tegen de gewone voorwaarden in huur te -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 1