GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
123
IN6ÜKOIIES STUKKEN.
N°. 202. Leiden, 24 Juli 1911.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen,
dat zij geen bedenking heeft tegen de navolgende in hare
handen gestelde voordrachten:
1°. tot beschikbaarstelling van een bedrag van f 800.
uit den post voor Onvoorziene Uitgaven tot het opmaken van
eene betrouwbare woningstatistiek (Ing. St. No. 183);
2°. tot betaling uit den post voor Onvoorziene Uitgaven
van een bedrag van f 127.47, tot voldoening van eene nota,
wegens in 1908 geleverde natuurkundige instrumenten ten
behoeve van het Gymnasium (Ing. St. No. 182);
3°. tot vinding van de gelden, benoodigd tot bestrijding
der kosten van de verbouwing der Meisjesschool le klasse,
(Trig. St. No. 181), indien n.l. de Raad tot de voorgestelde
verbouwing besluit.
Zij stelt U derhalve voor, overeenkomstig de sub 1°. en 2°.
bedoelde voordrachten te besluiten en den bij sub 3°. behooren
den begrootingsstaat, Model C, vast te stellen.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 203.
Leiden, 26 Juli 1911.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen,
dat zij geen bedenking heeft tegen de navolgende in hare
handen gestelde voordrachten
1°. tot beschikbaarstelling van gelden:
a. voor de electrische installatie in het laboratorium en de
verbouwing van de hydraulische lilt, beide in Rhijn-
geest (Ing. St. No. 196)
b. voor het aanbrengen van een persgas- en een spoel
water-installatie in het waschhuis van Endegeest (Ing.
St. No. 197);
2°. tot overbrenging op het dienstjaar 1911 van de be-
noodigde gelden voor voldoening van onbetaald gebleven vor
deringen betreffende den dienst 1910 (Ing. St. No. '195).
Zij adviseert U derhalve, overeenkomstig de betrekkelijke
voordrachten te besluiten en de daarbij overgelegde begrootings-
staten, model C, en den staat, model A, vast te stellen.
Evenmin heeft de Commissie bezwaar tegen de door Burge
meester en Wethouders voorgestelde overneming van het laatst
bebouwde gedeelte.van de Thorbeckestraat met het kruispunt
van deze straat met de Rodenburgerstraat (Ing. St. No. 198).
Aan den Gemeenteraad.
De Commissie van Financiën.
N°. 204. Leiden, 28 Juli 1911.
Bij besluit van Uwe Vergadering van den 6en September
1910 werd de heer H. J. Ilartwijk voor den tijd van één jaar
benoemd tot leeraar in de algebra aan de Afdeeling A der
Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen alhier.
Met verwijzing naar het voorstel van den Directeur en het
advies van den Districts-schoolopziener, beide in de Leeskamer
ter inzage nedergelegd, geven wij U thans in overweging,
den heer Hartwijk weder voor den tijd van een jaar in deze
betrekking te bestendigen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 205. Leiden, 1 Augustus 1911.
In de Raadszitting van den 6en Juli 1911 werd aan Mej.
1. A. Thomése, met ingang van 1 September a. s., eervol
ontslag verleend als tijdelijk leerares in het Duitsch aan de
Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier.
Op voorstel van de Commissie van Toezicht en na ingewon
nen advies van den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs,
hebben wij de eer U, voor de vervulling dier vacant komende
betrekking, ter benoeming voor te dragen den heer J. M. N.
Kapteijn, die onlangs benoemd werd tot leeraar in het Duitsch
aan het Gymnasium alhier en aan wien bij zijne benoeming
de verplichting werd opgelegd om eventueel ook eenige uren
per week onderwijs te geven aan de Hoogere Burgerschool
voor Jongens.
Wij stellen U tevens, overeenkomstig het advies van de
Commissie van Toezicht, voor, de benoeming voorloopig voor
den tijd van één jaar te doen, terwijl wij U in overweging
geven om de bezoldiging van den te benoemen tijdelijken
leeraar, aan wien 4 lesuren per week zullen worden opgedra
gen, vast te stellen op 400.'sjaars.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 206. Leiden, 1 Augustus 1911.
Krachtens Raadsbesluit van den 21en Juni 1906 werd een
aan de gemeente Leiden toebehoorend stuk grond aan de
Rembrandstraat, begrepen tusschen die straat, den zijgevel
van het perceel Rembrandstraat No. 27 en eene in het ver
lengde van dien gevel getrokken lijn naar de Witte-Singel-
gracht, de Witte-Singelgracbt en de Groenhazengracht, ter
grootte van ongeveer 80 c.A., verhuurd aan G. J. Couvée,
destijds eigenaar van het perceel Rembrandstraat No. 27, tot
22 Augustus 1911, tegen een huurprijs van f 20.per jaar.
De naamlooze vennootschap «Nationaal Grondbezit'welke
thans eigenares van bedoeld perceel is, verzoekt bij het hierbij
overgelegd adres het voormelde stuk grond wederom op de
bestaande voorwaarden en tegen denzelfden huurprijs voor
den tijd van 5 jaren in huur te mogen bekomen.
Aangezien tegen de inwilliging van dit verzoek bij ons
College geene bedenking bestaat, geven wij U in overweging
te besluiten, het bedoelde stuk grond voor den tijd van 5 jaren,
ingaande 23 Augustus 1911, te verhuren aan de naamlooze
vennootschap «Nationaal Grondbezit", tegen den huurprijs van
f 20.pei' jaar en verder onder de bestaande voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 207. Leiden, 1 Augustus 1911.
Bij nevensgaand request, dd. 13 Juli j. 1., verklaart de naam
looze vennootschap «Nationaal Grondbezit'gevestigd te 's-Gra-
venhage, zich bereid, twee straatgedeelten en wel voor
eerst het Zuidelijk deel van de Oranjestraat met een deel
der Nassaustraatkadastraal bekend sectie K, n° 1527 (ge
deeltelijk), en in de tweede plaats een klein stuk van de
Oranjestraat, kadastraal bekend sectie K, n°. 2133 (gedeel
telijk), gelegen in het Noorden dier straat en onmiddellijk
grenzende aan de Sophiastraat, op de in de Leeskamer ter
visie liggende teekening beide in rood aangegeven, in eigen
dom en onderhoud aan de gemeente over te dragen.
Het laatstgenoemde perceeltje is het eenige gedeelte van
de Noordzijde der Oranjestraat, dat nog niet in eigendom en
onderhoud bij de gemeente is overgenomen; iti Uwe zitting
van 20 April j.l. werden wel alle andere perceelen, waaruit
deze helft dei' Oranjestraat samengesteld was, van de particuliere
eigenaren overgenomen, doch alleen dit smalle strookje grond
was onder die overneming niet begrepen. Het verkrijgen van
de beschikking ook over deze strook gronds is echter hierom
voor onze gemeente van direct belang, omdat zij den over
gang vormt tot de Sophiastraat, en het is daarom wen-
schelijk, dat ook dit strookje straat, dat den toegang van
de eene tot de andere openbare straat zou onderbreken, uit
den particulieren eigendom overga in handen onzer gemeente.
Daar het aanbod van de naamlooze vennootschap ten aanzien
van dit kleine straatgedeelte om die reden min of meer door
ons College is uitgelokt, komt het ons billijk voor, dat de
gemeente in dit bijzondere geval de geringe overdrachtskosten
voor hare rekening neme.
De eerstgenoemde grootere straatgedeelten omvatten het
Zuidelijk deel der Oranjestraat en een gedeelte der Nassau
straat. :;oewel in dit deel der Oranjestraat geene eigenlijke
rioleering bestaat, kan, in verband met de geringe definitieve
breedte der straat, met de bestaande kolkloozing genoegen
genomen worden. Bij ons College bestaat dan ook geen be
zwaar, om deze ter overneming aangeboden gedeelten straat
kosteloos te aanvaarden.
Wij geven derhalve op grond van het bovenstaande Uwen
Raad in overweging, te besluiten tot het overnemen in eigen
dom en onderhoud bij de gemeente van twee gedeelten van
de Oranjestraat en een gedeelte van de Nassaustraat, op de
ter visie liggende teekening in roode kleur aangegeven, zon
der kosten voor de gemeente, met uitzondering van die,
welke verbonden zijn aan de overdracht van het Noordelijk
strookje straat, grenzende aan de Sophiastraat, welke kosten
behooren te komen ten laste van de gemeente.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden
geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergetee-
kende Naamlooze Vennootschap «Nationaal Grondbezit", ge
vestigd te 's-Gravenhage, Boekhorststraat 5ia;
dat zij eigenares is van het gedeelte straat Oranjestraat te
Leiden, Sectie K, No. 1527, gelegen ten Zuiden van de Nassau
straat, en van het perceeltje Sectie K, No. 2133, gelegen in
het Noorden van de Oranjestraat, onmiddellijk grenzende aan
de Sophiastraat;
dat zij bereid is deze perceelen grond gratis aan Uwe Ge
meente af te staan, onder voorwaarde, dat, voor zoover het
laatste perceel betreft, de kosten van overdracht en ten name
stelling voor rekening Uwer Gemeente komen;
dat het haar aangenaam zal zijn van UEdelAchtbaren te
mogen vernemen of de Gemeente deze overgave aanvaardt.
't Welk doende enz.
Naamlooze Vennootschap «Nationaal Grondbezit".
's-Gravenhage, 13 Juli 1911.
