118 Commissie van Beheer. De lift, die op dit oogenblik in »Rhijngeest" bestaat, is eene hydraulische en geeft om verschil lende redenen aanleiding tot klachten. Allereerst is het door haar veroorzaakte waterverbruik buitengewoon groot «n zijn dus de exploitatiekosten ervan betrekkelijk hoog. Een onmiddellijk gevolg hiervan is, dat eene zuinige administratie het gebruik van de lift tot het allernoodigste beperkt en dus de verplegings dienst zich verstoken ziet van het nut, dat hij anders van deze lift zou kunnen trekken. Dan vereischt, blijkens eene ervaring van jaren, deze hydraulische lift vrij veel onderhoud, wat weder niet alleen voor de administratie onnoodige zorgen medebrengt, maar vooral ook jaarlijks vrij hooge reparatie kosten vordert. Hiertegenover zou door electrificatie van de bestaande in richting niet alleen het bedrag der exploitatiekosten jaarlijks belangrijk kleiner worden, ook bij een veel ruimer gebruik van de lift, waarover hieronder meer, maar ook slechts een luttel bedrag noodig zijn voor onderhoud. Zoowel financieel als met het oog op den verplegingsdienst in het sanatorium zou ver bouwing een groot voordeel zijn. Wij gevoelen echter, dat al deze overwegingen niet voldoende zouden, zijn, als Uwe Vergadering niet de overtuiging had, dat er eene behoorlijke verhouding bestaan zal tusschen het door de voorgestelde verbeteringen te verkrijgen voordeel en de kosten, eraan besteed. Ook in dit opzicht meenen wij Uwe Vergadering te kunnen verwijzen naar de berekeningen van de aanleg- en exploitatiekosten, in het rapport van den Directeur der Lichtfabrieken gemaakt en in dat der Commissie van Beheer overgenomen, nader gerectificeerd en in vergelijking gebracht met die van de werkelijke uitgaven van den laatsten tijd. Daaruit zal Uwe Vergadering blijken, dat de aanlegkosten van de electrische installatie voor het laboratorium geraamd worden op ƒ1000.terwijl de lift kan verbouwd worden voor ƒ2200,— Berekenen wij nu, zooals dat gebruikelijk is, de rente tegen 4% en de aflossing tegen 2| van het aanleg- kapitaal, dan zal het eerste jaar aan de gemeente aan rente en aflossing moeten worden betaald een bedrag van ƒ208.—, welke som door het steeds afnemen van het bedrag, waarover de rente betaald moet worden, ieder volgend jaar iets minder zal worden. Verder wordt het stroomverbruik voor het laboratorium begroot op ƒ110.per jaar, terwijl de lift bij een vier- of vijfmaal zoo groot gebruik als thans slechts 40.— aan electrischen stroom zal kosten. De nieuwe toestand zal derhalve eene jaarlijksche uitgave vereischen van ƒ358. Tegenwoordig wordt door de lift voor 250.per jaar aan duinwater verbruikt, terwijl de reparatiekosten geregeld 40.— bedragen, maar in jaren als het vorige zelfs wel tot ƒ100.stijgen. De slotsom van de Commissie van Beheer is dan ook, dat het verschil tusschen de jaarlijksche uitgaven voor de toe komstige installaties en de kosten van de thans bestaande lift betrek kelijk zoo gering is, dat deze vermeerdering van de uitgaven, met ƒ05.— a ƒ70.in de voor de tegenwoordige lift gunstigste en met een paar guldens in de dure jaren, niet in den weg mag staan aan de uitvoering van deze plannen, welke zoowel aan de belangen van het psychiatrisch onderwijs als aan die van de verpleging in het sanatorium zoozeer ten goede komen. Nog wijst de Commissie erop, dat bij uitvoering van de door haar voorgestelde plannen ook reeds voor de toekomst gezorgd wordt, daar de thans te bouwen transformator-zuil later eventueel het geheele complex van gebouwen bedienen kan. De nader door de Commisie van Beheer gegeven toelichting, dat feitelijk met geene garantie van stroomverbruik rekening behoeft te worden gehouden, schijnt ons geheel afdoende toe. Zij berust eenerzijds op een nader overleg met den Directeur der Lichtfabrieken, waarbij de vervanging van het in zijn rapport genoemde transformator-huisje door eene goedkoopere transformator-zuil zonder eenig nadeel mogelijk is gebleken, anderzijds op de zeer eenvoudige vergelijking van de getallen ƒ110 -f- 40 (werkelijk verbruik) en ƒ128 (bedrag der garantie). En zelfs deze som is ten slotte weer bestemd om, tengevolge van aansluiting van particulieren in Oegstgeest op bovenge noemde transformatorzuil, te verminderen of te vervallen. Ons College heeft aan het bovenstaande thans niet veel meer toe te voegen. Uwe Vergadering weet, dat wij ons met de voorstellen van de Commissie van Beheer vereenigen, en dat wij U mitsdien in overweging geven, door vaststelling van bijgaanden suppletoiren begrootingsstaat een bedrag van 3200 ter beschikking te stellen van de Commissie van Beheer over Endegeest" en «Rhijngeest" voor den aanleg van eene elec trische installatie ten behoeve van het laboratorium in «Rhijn- geest" en voor de verbouwing van de thans bestaande hydrau lische tot eene electrische lift. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 197. Leiden, 19 Juli 1911. Zooals Uwe Vergadering zich herinneren zal, stelde ons College U bij Ingekomen Stuk No. 74 van dit jaar voor, de levering en opstelling van verschillende machinerieën voor het met het oog op den bouw van de idioten-afdeeling te verbouwen en uit te breiden waschhuis van »Endegeest" ondershands op te dragen aan de Tilburgsche Machinefabriek en Ijzergieterij, voorheen Gebrs. Mercx en Co., met welk voor stel Uwe Vergadering zich indertijd vereenigd heeft. De Commissie van Beheer deelt ons thans in haar in de Leeskamer ter inzage liggend rapport mede, dat tijdens de verbouwing van het waschhuis de wenschelijkheid van twee verbeteringen in de ontworpen installaties gebleken is. De eene verbetering bestaat hierin, dat, in plaats van ge woon gas, persgas wordt aangewend voor de rokken- en schorten-macbine, voor de boorden- en manchetten-machine en voor de strijkbouten, terwijl de andere verbetering beoogt, eene belangrijke besparing te verkrijgen op het duinwater- verbruik in het waschhuis, door het reeds eenmaal gebruikte spoelwater nogmaals aan eenige doeleinden dienstbaar te maken. Voor de technische bijzonderheden naar het rapport der Commissie van Beheer verwijzend, willen wij slechts op den voorgrond stellen, dat beide aangeduide verbeteringen uit financieel oogpunt alleszins aanbeveling verdienen; de eerste der beide wordt bovendien nog op hygiënische gronden nood zakelijk geacht. De kosten van aanleg van de persgas-installatie bedragen blijkens het rapport van de Commissie van Beheer 345. Door den aanleg van deze installatie zal tegemoetgekomen worden aan de bezwaren van den Inspecteur van den Arbeid, die in den tegenwoordigen toestand van de strijkbouten een gevaar zag voor de gezondheid van het personeel. Verder zal hierdoor eene jaarlijksche besparing op het gasverbruik ver kregen worden yan Vs, d. w. z. thans van ongeveer 70.en na de opening van Voorgeest" uit den aard der zaak meer. De spoelwater-installatie zal 645.vereischen, daar het herhaald gebruik van het reeds eenmaal aan de doeleinden der wasscherij dienstbaar gemaakte duinwater niet mogelijk is zonder eene derde afvoerleiding onder elk der drie wasch- trommels en de plaatsing van een nieuw aan te schaffen réservoir. Tot nog toe vloeiden ongeveer 1100 M\ spoelwater onbenut weg, wat, zooals de Commissie nauwkeurig berekent, een bedrag van 150.vertegenwoordigt. Komt de door de Commissie van Beheer op raad van deskundigen aan ons College voorgestelde verbetering in de inrichting van de wasscherij tot stand, dan zal dus jaarlijks een bedrag van 150.— bespaard worden, daar het spoelwater, dat vroeger niet meer benut werd, voortaan nog voor allerlei doeleinden zal kunnen worden gebruikt, voor welke thans steeds schoon duinwater moet worden aangewend. De kosten van aanleg zijn dus tezamen ƒ1000.—, terwijl eene jaarlijksche besparing op gas- en water-verbruik wordt verkregen van 220.welk bedrag natuurlijk nog hooger zou blijken, wanneer, na de opening van de idioten-afdeeling, nogmaals eene vergelijkende becijfering van de kosten van dat verbruik gemaakt werd. Het komt ook ons College voor, dat eene besparing van ten minste 220.— per jaar eene uitgave van 1000.—ineens ten volle rechtvaardigt en dat het voorstel dus geen nadere verdediging meer behoeft. De voor de verbeteringen benoodigde gelden moéten echter door Uwe Vergadering ter beschikking van de Commissie van Beheer worden gesteld. Het is deze immers niet geoorloofd, zon der Uwe medewerking te besluiten tot het doen uitvoeren van nieuwe werken. Kan dus dit bedrag van 1000.niet zonder meer uit de opbrengsten der exploitatie betaald worden, ook uit het indertijd door Uwe Vergadering voor den bouw der idioten-afdeeling toegestane bedrag van 210000.kan deze som niet gevonden worden. Weliswaar is onder dit bedrag de verbouwing van het waschhuis mede inbegrepen, daar zij door den bouw van »Voorgeest" onmiddellijk noodig werd, maar op de thans voorgestelde verbeteringen van de installaties werd indertijd niet gerekend, en bovendien betreffen zij het krankzinnigengesticht zelf; ook zonder den bouw van «Voor geest" zouden de beide nieuw aan te brengen installaties ter wille van eene zuinige exploitatie wenschelijk zijn geweest; de verbouwing van het waschhuis was tot deze voorstellen van de Commissie van Beheer dan ook slechts de aanleiding. Wij stellen mitsdien Uwe Vergadering voor, voor boven omschreven doeleinden een bedrag van ƒ1000.ter beschik king te willen stellen van de Commissie van Beheer over «Endegeest" en «Rhijngeest", en daartoe te willen overgaan tot vaststelling van bijgaanden begrootingsstaat. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1911 | | pagina 4