Aug. L. Reimeringer. 116 1 Mej. G. VAN BEMMELleerares in het teekenen te Utrecht 2°. Mej. J. C. Th. COENEN, leerares in het teekenen te 's-Gra- venhage; 3°. Mej. H. A. KRAS, leerares in het teekenen te 's-Graven- hage. Met verwijzing naar de door de betrokken schoolautoriteiten uitgebrachte adviezen, welke met de berichten van de hoofden der beide scholen en de overige op deze zaak betrekking hebbende stukken, in de Leeskamer ter inzage zijn nederge- legdverzoeken wij U thans tot de benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 193. Leiden, 20 Juli 1911. Ten gevolge van het aan den heer S. Douma verleend eervol ontslag uit zijne betrekking van keurings-veearts, tevens adjunct directeur van het Openbaar Slachthuis, is de vervul ling van deze vacature noodig geworden. Onder overlegging van het advies van de Commissie voor het Openbaar Slacht huis en de desbetreffende sollicitatiestukken, hebben wij de eer, aan Uwe Vergadering de volgende voordracht aan te bieden ter benoeming van een keuringsveearts, tevens adjunct-direc teur van het Openbaar Slachthuis: 1°. Dr. J. EGGINK, l^e luitenant-paardenarts, te Utrecht; 2°. E. VLEMING, Rijksveearts, te Rotterdam. Wij geven Uwe Vergadering in overweging thans tot de benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 194. Leiden, 3 Juli 1911. De Commissie van Financiën heeft de eer, U naar aan leiding der in hare handen gestelde rekening der Vereeniging tot bevordering van den bouw van werkmanswoningen, anno 1910, het navolgende te rapporteeren. Na lange besprekingen heeft de meerderheid der Commissie besloten uwen Raad te adviseeren, deze rekening goed te keuren. De minderheid daarentegen meende, dat er een post in deze rekening voor komt, welke nadere bespreking eischt. De aan de Vereeniging behoorende terreinen aan de »Kooi" staan in de boeken genoteerd voor totaal kosten a ƒ84105.456. Ingevolge art. 15 van de statuten der Vereeniging worden van dit bedrag jaarlijks afgeschreven 4% voor de rente en aflossing; de 4% van de hoofdsom wordt verminderd met 372% voor rente van het nog niet afgeloste gedeelte, en het daarna overblijvende bedrag dient voor afschrijving. Het afgeschreven bedrag is bestemd voor aflossing. Deze wijze van boeking is steeds gevolgd en dientengevolge was de balans- waarde op 31 December 1909 79246.33. Op den 17den Februari 1910 deelde de Vereeniging aan den Raad mede, dat zij, ingevolge machtiging van Burgemeester en Wethouders, eene overeenkomst had aangegaan met de Elec- trische Spoorwegmaatschappij en met de Nederduitsch-H er- vormde Gemeente te Leiden, betreffende de haar behoorende terreinen aan de »Kooi", waardoor ƒ4500.in de kas der Vereeniging was gevloeid,'en verzocht goedkeuring om dit be drag extra te mogen afschrijven. Zij motiveerde dit door te wijzen op de nog vrij aanzienlijke balanswaarde dezer terreinen. Op 22 Februari d. a. v. adviseerden Burgemeester en Wet houders toestemmend op 24 Maart 1910 stond de Raad dit verzoek toe en werd dus de balanswaarde op 31 December 1909 verminderd tot op 74746.33. Deze extra-afschrijving heeft tengevolge, dat ook de af schrijving voor 1910 met ƒ157.50 wordt verhoogd. Immers 4% van ƒ84105.456 min 37a van 79246.33 is 590.60 4 84105.456 372 °/0 74746.33 748.10 geeft een verschil van 157.50. Deze hoogere afschrijving blijft doorgaan, tot het bedrag van 60% volgens bovenbedoeld artikel 15 zal zijn bereikt; alleen zal dit bedrag eenige jaren vroeger bereikt worden dan oorspronkelijk was bedoeld. De gemeente wordt dus hierdoor genoopt haar bijdrage in het verlies der Vereeniging te ver- hoogen, om daardoor mede te werken tot vervroegde aflossing. Wanneer echter de afschrijving niet alleen van de balans waarde was geboekt, maar ook van de totaalkosten, zouden de afschrijvingen naar de oorspronkelijke bedoeling zijn ge bleven. Deze wijze van boeking wordt niet in strijd geacht met den inhoud van art. 15 b. g. In dat artikel wordt toch gesproken van de totaalkosten der perceelen, en waar nu door het leggen van een servituut op het terrein enz., ten behoeve van derden, de Vereeniging een zeker bedrag ontvangt voor waardevermindering, is het alleszins juist, dit bedrag niet alleen van de balanswaarde af te schrijven, maar ook van de totaalkosten. Bovendien zou ook voor de Vereeniging zelve deze wijze van boeking aanbeveling verdienen. Wordt toch op de totaal kosten het bedrag verminderd tot 79605.456, dan mag zij, zonder nadere goedkeuring van den Raad, de balanswaarde afschrijven tot op 31842.18, terwijl volgens de nu gevolgde boeking dit bedrag niet lager mag worden dan 33642.18. De minderheid geeft dus in overweging, met de Vereeniging tot bevordering van den bouw van werkmanswoningen in nader overleg te treden omtrent de boeking van dezen post. J. P. Vergouwen. J. Bosch. Aan den Gemeenteraad. N°. 195. Leiden, 15 Juli 1911. Eij het sluiten van het dienstjaar 1910 op 30 Juni j.l. zijn op de onderstaande begrootingsposten van dat jaar de daarbij vermelde bedragen onbetaald gebleven, hetzij doordien over de vorderingen nog niet kon worden beschikt, hetzij omdat de werken, waarop de posten betrekking hebben, nog niet waren afgeloopen. Opdat met de geregelde afdoening dier vorderingen kunne worden voortgegaan, moeten deze, ingevolge de administr atieve voorschriften, worden overgebracht ten laste van den dienst 1911. De bedoelde begrootingsposten zijn: 1°. Volgn. 78. Kosten van het Archief 100. (Onbetaald gebleven schrijfloon van wijlen P. J. Groen.) 2°. Volgn. 85. Bijdrage der gemeente in de kosten van uitgifte van een adresboek der gemeente Leiden 200. (Tot de uitgifte wordt eerst in dit jaar overge gaan.) 3°. Volgn. 137. Uitgaven voor de Bank van Leening860.15 (Hel geraamd nadeelig slot der rekening van deze instelling over 1910, waarvan de uitbetaling wacht op de goedkeuring der rekening door Uwe Vergadering.) 4°. Volgn. 170. Kosten der Gemeente-apotheek: c. Geneesmiddelen en verdere uitgaven 15. (Een onbetaald gebleven rekening wegens ge leverde gipsbedden voor behoeftige personen.) 5°. Volgn. 174. Onderstand aan behoeftigen 50. (Een nog niet uitgekeerde bijdrage in ver- plegingskosten.) b°. Volgn. 192. Benten van geldleeningen 78.50 (Nog niet aangeboden coupons in de geld leeningen der gemeente over 1910). 7°. Volgn. 207. Bentegarantie verleend aan de Vereeniging tot bevordering van den bouw van Werkmanswoningen2400.176 (De door de gemeente verschuldigde uitkeering over 1910, waarvan de uitbetaling eerst na goed keuring van de rekening dezer Vereeniging kan plaats hebben.) 8°. Volgn. 210. Onvoorziene uitgaven 75. (De laatste betalingstermijn van een uit de rekening van 1909 op die van 1910 overgebracht gedeelte der kosten van aansluiting van het Openb. Slachthuis aan de Electrische Centrale.) 9°. Volgn. 217. Kosten van de vernieuwing der Piet-Gij zenbrug2202.04 (De afrekening van de aannemingssom van dit werk heeft nog niet plaats gehad.) 10°. Volgn. 218. Aanvulling van het Uitbreidings- en vernieuwingsfonds der Sted. Gasfabriek 89000. (De Gasfabriek heeft van de in 1910 te harer beschikking gestelde gelden nog 89000.te vorderen.) 11°. Volgn. 219. Aanvulling van het Uitbrei- dings- en vernieuwingsfonds der Electriciteits- fabriek37000.— (Een bedrag van ƒ37000.— van de in 1910 te harer beschikking gestelde gelden heeft de Electr.- fabriek nog niet opgevorderd 12°. Volgn. 224. Kosten van de op- en inrich ting van een idiotenafdeeling bij het krank zinnigengesticht nEndegeest88690.456 (Van de op- en inrichtingskosten, op ƒ210000. uitgetrokken, is in 1910een bedrag van ƒ121309.546 uitbetaald) 13°. Volgn. 225. Kosten van de op- en inrichting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1911 | | pagina 2