104 50 50 0.4 0.20 0.20 100 50 0.5 0.25 0.45 150 50 0.6 0.30 0.75 250 100 07 0.70 1.45 350 100 0.8 0.80 2 25 450 100 0.9 0.90 3.15 550 100 1.— 1.— 4.15 700 150 1.— 1.50 5.65 900 200 1.— 2. 7.65 1100 200 1 2!- 9.65 1300 200 1.— 2.— 11.65 1500 200 1.— 2.— 13.65 1700 200 1.— 2.— 15.65 1900 200 1.— 2 17.65 2100 200 1.- 2.— 19.65 2300 200 1.— 2.— 21.65 2500 200 1.— 2.- 23.65 2750 250 1 2.50 26.15 3050 300 1.— 3 29.15 3350 300 1.— 3.— 32.15 3700 350 1.— 3.50 35.65 4100 400 1.— 4.— 39.65 4550 450 1.— 4.50 44.15 5050 500 1. 5.— 49.15 5600 550 1. 5.50 54.65 6200 600 1.— 6.— 60.65 6850 650 1.— 6.50 67.15 7550 700 1.- 7.— 74.15 8300 750 1.— 7.50 81.65 9150 850 8.50 90.15 10100 950 1.— 9.50 99.65 11100 1000 1.— 10.- 109.65 12100 1000 1.— 10 119.65 13100 1000 1.- 10.- 129.65 14100 1000 1.- 10.— 139.65 15100 1000 1 10.- 149.65 16100 1000 1.— 10.— 159.65 17100 1000 1.— 10.- 169.65 18100 1000 1. - 10- 179.65 19100 1000 1.— 10.— 189.65 20100 1000 1 10.— 199.65 21100 1000 1.— 10.- 209.65 22100 1000 1.— 10.— 219.65 23100 1000 l.~ 10.- 229.65 24100 1000 1.— 10.- 239.65 25100 1000 1.— 10 249.65 26100 1000 1.— 10.— 259.65 27100 1000 1 10.- 269.65 28100 1000 1.— 10 279.65 29100 1000 1.— 10.- 289.65 30600 1500 1.— 15.— 304.65 32600 2000 20.- 324.65 Elke f 2000 belastbaar inkomen boven f 32600 vormt een nieuwe toeneming in den zin dezer verordening, terwijl het percentage voor die toeneming blijft 1. Art. 9. Jaarlijks wordt door den Raad vastgesteld het vermenig- vuldigingscijfer, dat noodig is teneinde een opbrengst te verkrijgen gelijk aan het bedrag dat uit hoofde dezer belasting op de begrooting voor het loopende dienstjaar werd geraamd. Art. 10. Vermeerdering of vermindering van inkomen gedurende den loop van het belastingjaar of van het getal leden van het gezin, brengt geene verandering in den aanslag. Art. 11. Het dienstjaar vangt aan 1 Januari en eindigt op 31 De cember van elk jaar. Art. 12. In den loop der maand Januari worden de beschrijvings biljetten voor deze belasting uitgereikt en teruggehaald. Hij die een beschrijvingsbiljet heeft ontvangen, is verplicht de daarin vermelde vragen in gemoede, naar waarheid en zonder eenig voorbehoud te beantwoorden en die beantwoor ding met zijne handteekening te bevestigen. Hij die later belastingplichtig of als zoodanig bekend wordt, is bij ontvangst van een beschrijvingsbiljet tot gelijke beant woording dier vragen verplicht. Moot hen, die niet kunnen schrijven, zal de ambtenaar, belast met de ophaling der beschrijvingsbiljetten, desgevraagd de invulling namens hen verrichten en na voorafgaande voor lezing onderteekenen. Art. 13. Die geen biljet heeft ontvangen of bij wien het niet is teruggehaald, zal vóór of op den 15en Februari de gevorderde aangifte ter Secretarie moeten inleveren. Zijdie in den loop des jaars belastingschuldig worden, zijn verplicht binnen eene maand gelijke aangifte in te leveren. Art. 14. Bij onvoldoende of te lage aangifte, ter beoordeeling van Burgemeester en Wethouders, of bij het niet inleveren van de beschrijvingsbiljetten, worden de belanghebbenden ambts halve aangeslagen, na door of namens Burgemeester en Wethouders, wanneer zulks door hen noodig wordt geacht, te zijn gehoord of opgeroepen. Art. 15. De Raad benoemt uit zijn midden jaarlijks een commissie, bestaande uit drie leden en drie plaatsvervangende leden, die alle bij den Raad ingekomen bezwaarschriften onderzoekt en daarover advies uitbrengt. De Commissie kan zich bij dat onderzoek doen bijstaan door den Controleur der gemeentebelastingen, aan wien zij zoodanig gedeelte van het onderzoek opdraagt, als zij wen- schelijk oordeelt. De Commissie brengt haar advies niet uit, dan na den belastingschuldige, die daartoe zijn verlangen te kennen geeft, in de gelegenheid te hebben gesteld, zijn bezwaren mondeling toe te lichten of te doen toelichten. Van het aanhooren der toelichtingen en van het geven van advies moeten de leden der commissie zich onthouden in de gevallen bedoeld bij art. 46 der gemeentewet. Art. 16. Deze verordening treedt in werking den len Januari 1912. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Belastbaar inkomen. Toe- neming. Percentage van de toeneming. Belasting van de toeneming. Bedrag der belasting bij het vermenigvuldi- gingscijfer 1.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1911 | | pagina 4