DONDERDAG 9 MAART 1911. 45 de heffing van schoolgelden aan de openbare scholen voor Lager Onderwijs te Leiden, gelijk deze laatstelijk gewijzigd is bij verordening van 10 December 1903 (Gemeenteblad No. 43). (Zie Ing. St. No. 45). Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem ming vastgesteld. XVI. Verordening, houdende wijziging van de verordening van den 25en Januari 1894 (Gemeenteblad No. 5), regelende de inwendige inrichting der scholen, de toelating en het ont slag der leerlingen, gelijk deze laatstelijk gewijzigd is bij ver ordening van 16 Augustus 1906 (Gemeenteblad No. 29). (Zie Ing. St. No. 45). Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem ming vastgesteld. XVII. Voorstel tot het verleenen van afschrijving van plaat selijke directe Belasting, dienst 1910. (Zie Ing. St. No. 48). Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stem ming aangenomen. XVIII. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1910. (Zie Ing. St. No. 49). Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het praeadvies besloten De heer Vergouwen. M. d. V. Wij hebben Maartdag, ter gelegenheid van het feest van de Koningin, een muziekuit voering gehad op de Korenbeuts, en naar aanleiding daarvan is veel gesproken en is ook al wat geschreven. Ik wilde wel in overweging geven, om bij dergelijke feestelijke gelegen- beden het volk niet meer op één hoop te concentreeren, want, zooals bet nrt Maandag was, ging het, wat het gejoel en den geest van het volk betreft, dat zich rondom de Korenbeurs concentreerde, werkelijk wel een beetje de perken te buiten. Overal heb ik vechtpartijen gezien; de geest onder het vulk was rumoerig, en ik zou dan ook wel in overweging willen geven, om bij viering van dergelijke feestelijkheden bijvoor beeld de muziek een tocht door de stad te laten doen of over het water, zooals ook reeds is voorgesteld, opdat de politie, desnoods geassisteerd door de bereden politie, die over het algemeen meer ontzag heeft, de luidjes beter in bedwang kan houden. Ik heb opgemerkt en u zult die mededeeling misschien ook wel in het politierapport ontvangen hebben, dat een aantal opgeschoten jongens voortdurend trachtte, den boel in het honderd te sturen. Ik heb in dezen geen voorstel te doen, maar geef slechts deze gedachte in overweging. De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders zullen gaarne den wenk, dien de heer Vergouwen heeit gegeveen, in over weging nemen. Ik sluit thans de openbare vergadering en verander deze in eene vergadering met gesloten deuren. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1911 | | pagina 9