GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
457
i\<;i:it<iu i:\ stekken.
N°. 354. Leiden, 3 December 4910.
De heer A. C. Kriest heeft ons ontheffing verzocht van de
verdere huur van het perceel Nieuwe Rijn No. 21. Na inge
steld onderzoek komt het ons voor, dat er wel termen zijn
om dit verzoek in te willigen.
Ons bleek toch, dat de huurder volstrekt onvermogend is
om voor het verdere gedeelte van den huurtijd aan zijn ver
plichtingen te voldoen. Dat de gemeente de huurpenningen
over het op 31 October 1.1 verschenen kwartaal nog heeft
mogen ontvangen, is dan ook alleen te danken aan de hulp
van vrienden, die hem in zijn benarde financieële omstan
digheden zijn tegemoet gekomen.
Intusschen waar het verzoek eerst op 24 November 1.1. in
kwam, kan de ontheffing naar wij meenen niet ingaan voor
den 4en December. De huur over de maand November zal dus
alsnog moeten worden ingevor derd. Voor het restant van het
loopende huurjaar zal dan zoo spoedig mogelijk een andere
huurder moeten worden gezocht.
Mitsdien geven wij U in overweging te besluiten A. C.
Kriest te ontslaan van de verdere huur van het perceel Nieuwe
Rijn No. 21, d i. over de maand December van dit jaar en
de maanden Januari tot en met April van het volgende jaar.
De huurprijs bedraagt 700'sjaars.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden,
No. 355.
Leiden, 6 December 4910.
Gedep. Staten dezer provincie hebben ons bericht, dat de
erfgenamen van Wouter Beyer en van diens mede overleden
echtgerioute zich bereid hebben verklaard den Rijnsburger weg
aan de gemeente üegstgeest voor den aangeboden koopprijs
van 12000.over te dragen en dat het passeeren van de
acte van overdracht nog in den loop dezer maand kan worden
tegemoet gezien. Thans zal dus ook de betaling van de door
T! bij Raadsbesluit van 14 April 11. (Zie Ingek. Stukk. no. I'll)
toegezegde bijdrage in de kosten van aankoop, bedragende
1ï gedeelte van het kostenbedrag, tot een maximum van
ƒ8000.—, weldra moeten plaats hebben. En waar die kosten,
met inbegrip van de kosten van overdracht, meer dan ƒ12000.—
zullen bedragen en bijdragen van andere belanghebbenden
niet zijn ingekomen, zal dus de bijdrage der gemeente Leiden
tot het toegezegde maximum van 8000 moeten worden
uitgekeerd.
Wij stellen U thans voor die som te betalen uit het bedrag
van f 12943.82, dat ingevolge uw besluit van 17 November
II. (Ingek. Stukk. No. 333) van de aflossingen der electrische
centrale op de «gewone ontvangsten" der gemeenterekening
over het loopend jaar zou worden verantwoord. Met het res-
teerende bedrag van f 4943.82 kan dan de post voor Onvoor
ziene Uitgaven worden verhoogd.
Wij geven U mitsdien in overweging tot de vaststelling
van den hierbij overgelegden begrootingsstaat, Model C, over
te gaan, waarbij de bovengenoemde som van f 12943.82 van
de buitengewone Ontvangsten en Uitgaven wordt afgevoerd,
om onder de gewone Ontvangsten van Volgn. 29 der Begrooting
te worden opgenomen, van waar zij dan weer haar weg zal
vinden naar de gewone Uitgaven, t. w. voor een bedrag van
f 8000,naar een nieuwen post 209a «Bijdrage aan de
gemeente üegstgeest in de kosten van aankoop van een
gedeelte van den Rijnsburgerweg" en voor het resteerende
bedrag van f4943.82 naar Volgn. 210 «Onvoorziene Uitgaven."
Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Gemeenteraad.
N°. 356.
Leiden, 7 December 1910
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen
dat, indien de Raad besluit tot uitbreiding van het onderwijs
aan spraakgebrekkige kinderen tot de scholen der 3e kl. nis.
5, 6, 7, en 4e kl no. 1, (Ing. St. No. 342), zij geene bedenking
heeft tegen den daarbij overgelegden begrootingsstaat, tot be
schikbaarstelling van de daarvoor benoodigde gelden ten
bedrage van ƒ350
Evenmin heeft de Commissie bedenking tegen de door
Burgemeester en Wethouders voorgestelde uitgaaf van 140.
voor den aanleg eener gasleiding aan het Zijlhek en de Span-
jaardsbrug (Ing. St. No. 346), noch tegen de voorgestelde
overneming van het nog niet aan de gemeente toebehoorende
gedeelte der Lobsenstraat (Tng. St. No. 347), met beschik
baarstelling van de benoodigde gelden voor het verleenen
eener bijdrage in de kosten van straten-aanleg, ten bedrage
van ƒ475.
Aan den Gemeenteraad.
De Commissie van Financiën.
N°. 357. Leiden, 8 December 1910.
De Commissie van Financiën heeft de eer U te berichten,
dat zij geene bedenking heeft tegen den begrootingsstaat,
door Burgemeester en Wethouders overgelegd bij hun voor
stel tot uitkeering aan de gemeente Üegstgeest van een be
drag van 8000. als bijdrage in de kosten van aankoop
van den Rijnsburgerweg, ingevolge raadsbesluit van 14
April j.l.
Zij adviseert U derhalve tot vaststelling van den staat
model C te besluiten.
Aan den Gemeenteraad.
De Commissie van Financiën.
N°. 358.
Leiden, 5 December 1910.
Krachtens de Raadsbesluiten van 29 April en 11 November
van het vorige jaar en 13 October van dit jaar werden ten
behoeve van den bouw van nieuwe kantoren voor de stede
lijke fabrieken van gas en electriciteit achtereenvolgens aan
gekocht, de perceelen aan de Langegracht, kadastraal bekend
onder Sectie B nia 1701 en 1702, de huisjes in de Lange
Vrouwenkerksteeg nis 9, 11, 13 en 15 en de huisjes aan de
Langegracht en de Speksteeg, kad. bekend onder Sectie B,
nis 531535.
Dientengevolge beschikt de gemeente thans over voldoend
terrein om tot den bouw der nieuwe kantoren over te gaan.
Dat die uitbreiding volstrekt noodig is en op eenigszins ruime
schaal behoort plaats te hebben, wordt in het in de Leeskamer
liggende rapport van commissarissen der fabrieken van G. en
E. op duidelijke wijze aangetoond. Wij meenen daarom hier met
een korte samenvatting der aangevoerde motieven gevoegelijk
te kunnen volstaan. Commissarissen dan wijzen er op dat thans
in één en hetzelfde lokaal de quitanties worden geschreven,
klachten en bestellingen worden aangenomen, 2| centstukken
worden ingewisseld, alle betalingen, ook die der arbeidsloonen,
plaats hebben, geld wordt geteld en drie maal daags de uit-
gitte van het werk aan de fitters plaats heeft. En dat lokaal
heeft een oppervlakte van slechts 60 M.2. Bedenkt men nu
dat wanneer de quitanties worden uitgeschreven, 15 perso
nen in dat vertrek plaats moeten vinden en dat de fitters
met de inspecteurs tezamen 16 a 18 personen tellen, terwijl
eindelijk ook datzellde vertrek als wachtkamer voor de be
zoekers moet dienst doen, dan is het wel duidelijk dat die
toestand niet langer kan voortduren.
Bovendien is de administratie langzamerhand zoo uitge
breid geworden, dat tot een scheiding van de verschillende
diensten zal moeten worden overgegaan. Het schrijfwerk, het
geld tellen en de uitdeeling van het werk zal in het vervolg
in afzonderlijke vertrekken moeten geschieden.
Dientengevolge zal tot den bouw wan een nieuw adminis
tratiegebouw op de aangekochte terreinen moeten worden
overgegaan, waarvan de kosten van op- en inrichting door
de Directie worden geraamd op 61.500.De plannen
liggen in de Leeskamer ter inzage.
In verband met deze plannen zal thans ook aan het krach
tens raadsbesluit van 24 Februari 1.1. aangekochte perceel
aan de Hooigracht zijn bestemming kunnen worden gegeven.
Voor verbouwing bleek dit perceel echter niet vatbaar. En
ook hier zal dus tot de stichting van een geheel nieuw ge
bouw moeten worden overgegaan. In dit gebouw, dat zooals
u bekend is, tot winkel en kantoor en bergplaats van gas
kachels, enz. zal moeten dienen, zullen dan tevens klachten
en bestellingen worden in ontvangst genomen en 2f cent
stukken kunnen worden ingewisseld, terwijl daar ook de
lantaarnopstekers zullen tezamen komen. De kosten van ver
bouwing worden geraamd op 35000.
In de derde plaats wijzen commissarissen er op, dat in den
loop van dit jaar uit het Uitbreidings- en Vernieuwingsfonds
de bouw van een nieuw magazijn voor de beide fabrieken is
bekostigd. Thans zal echter voor het aanbrengen van een lift,
kasten, meubileering, enz. nog een bedrag van 14.500.—
noodig zijn. Ook met deze som zal dus het Uitbreidings- en
Vernieuwingsfonds van de fabrieken moeten worden aangevuld.
In het geheel zal dus voor den bouw van een administratie
gebouw, den bouw van een winkelhuis met kantoor, en de