138
zoodanige gratificatie toe te kennen, dat door hem over den
tijd der waarneming (met inbegrip van zijn eigen wedde) de
bezoldiging van het Hoofd der school werd genoten.
Het komt ons voor dat hiervoor thans ook weder alleszins
reden bestaat.
Wij geven u daarom in overweging aan den heer J. Yerweij
de Winter, ter belooning van de door hem als onderwijzer-
plaatsvervangend hoofd bewezen buitengewone diensten, een
gratificatie voor eens toe te kennen, ten bedrage van ƒ214.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 321. Leiden, 20 October 1910.
Wij hebben de eer U hierbij ter vaststelling aan te bieden
het forensenkohier der plaatselijke directe belasting dienst 1910,
met een belastbaar inkomen van ƒ350677.tegen 233069.
in 1909.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 322. Leiden, 22 October 1910.
Het onderwijzend personeel der Openbare School 3® klasse
N°. 8 bestaat thans uit vijf onderwijzers en twee onderwijze
ressen, waarvan, behalve het plaatsvervangend hoofd, twee
onderwijzers met verplichte hoofdakte. De beide onderwijze
ressen geven les aan de leerlingen der 1® en 2® klasse, terwijl
de vijf onderwijzers de tien overige klassen voor hunne rekening
moeten nemen.
Het komt ons met de Schoolcommissie voor, dat tot uit
breiding van dit personeel met een onderwijzer met ver
plichte hoofdakte behoort te worden overgegaan. Immers in
de beide hoogste klassen zitten thans, sedert den aanvang van
den nieuwen cursus, te zamen 43 leerlingen, en mag een der
gelijk aantal leerlingen, in één klasse geplaatst, voor één
onderwijzer reeds rijkelijk hoog worden geacht, wanneer dat
aantal nog bovendien over twee klassen verdeeld is, dan kan
het onderwijs van dien eenen onderwijzer moeilijk dè ge-
wenschte resultaten opleveren. En een onderwijzer met ver
plichte hoofdakte acht de schoolcommissie noodig, omdat
wanneer de te benoemen onderwijzer hetzij dadelijk, hetzij
later in twee klassen tegelijk les zou moeten geven, hij over
wat meer ervaring moet kunnen beschikken.
Wij stellen U mitsdien voor tot de uitbreiding van het
personeel aan de school 3e klasse no. 8 met een onderwijzer
met verplichte hoofdakte over te gaan en bieden U daartoe
de navolgende voordracht aan, opgemaakt in overleg met
den Arrondissements-Schoolopziener, na ingewonnen bericht
van het Hoofd der school:
1°. M. J. PRIEMS, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse No. 7, te Leiden;
2°. J. WANINK, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse No. 5, te Leiden;
3°. G. VAN DER ZANDEN, hoofd der openbare school te
Loenen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 323. Leiden, 22 October 1910.
Voor de benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofd
akte aan de Openbare school der 3e klasse No. 1, ter vervulling
van de vacature ontstaan door de overplaatsing van den onder
wijzer P. C. Schreuder naar de school 2e klasse voor jongens
en meisjes, hebben wij de eer U hierbij, na ingewonnen be
richt van het Hoofd der school en in overleg met den Arron
dissements-Schoolopziener de volgende voordracht aan te
bieden
1°. J. WANINK, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse No. 5, te Leiden
2°. M. J. PRIEMS, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse No. 7, te Leiden;
3°. G. VAN DER ZANDEN, hoofd der openbare school te
Loenen.
Onder mededeeling, dat de ter zake gewisselde stukken in
de Leeskamer ter inzage liggen, verzoeken wij U thans tot
de benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.