DONDERDAG 17 FEBRUARI 1910. 35 Kitting van Donderdag 17 Februari 191©. Geopend des namiddags te twee uur. Voorzitter: de heer J. A. VAN HAMEL, Wethouder, Loco-Burgemeester. Te behandelen onderwerpen 1° Benoeming van een lid der Plaatselijke Schoolcommissie. (38) 2° Verzoek van Dr. A. C. Hartevelt om ontslag als lid der commissie voor het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (61) 3° Voorstel om de Gehoorzaal kosteloos beschikbaar te stellen ten behoeve van een tentoonstelling van het Nederlandsch Schoolmuseum. (60) 4° Voorstel tot het geven van een naam aan de straat, uit- loopende op de Waardstraat, bij den Zijlsingel. (62) 5° Verzoek van het Ned. Verbond van Vakvereenigingen om wijziging der verordening, regelende den door de gemeente te verleenen steun ter bevordering van de verzekering tegen de geldelijke gevolgen van werkloosheid. (44) 6° Voorstel tot onderhandsche verpachting van de bediening der buffetten in de Stadsgehoorzaal aan Th. J. Heins. (45) 7° Verzoek van den Bond van Nederl. Gemeentewerklieden om terug te komen op de afwijzende beschikking op het ver zoek van de afd. Leiden van dien bond, inzake de wijzi ging van het werkliedenreglement en de pensioenver ordening, subsidiair om te besluiten tot verhooging van de loonen der gemeentewerklieden. (58) 8° Verzoek van H. Fles om toekenning van een hooger pen sioen dan hem werd verleend. (59) 9° Voorstel: a. tot goedkeuring van het contract inzake de levering van electriciteit aan eene combinatie van particulieren te Noord wijk; b. tot het aangaan van een overeenkomst met de gemeente Noordwijk waarbij vergunning wordt verleend tot het leggen, hebben en onderhouden van een kabelnet te Noordwijk en de voorwaarden worden vastgesteld voor de levering van electriciteit aan particulieren te Noordwijk c. tot aanvulling van het uitbreidings- en vernieuwings fonds der Stedelijke Electriciteitsfabriek met een bedrag van f 42000; d. tot vaststelling van den desbetreffenden begrootingsstaat. (54 en 56) 10° Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst *1909. (53) Tegenwoordig zijn 26 leden, als de heeren: Timp, Bots, de Boer, Reimeringer, Bosch, van Hoeken, Vergouwen, AMulder, van Tol, van der Eist, Carpentier Alting, Driessen, van Gruting, Hoogenboom, Briët, P. J. Mulder, de Vries, van Hamel, Eerstens, Korevaar, Fockema Andreae, Zwiers Pera, Corts, Meuleman en Sijtsma. Afwezig zijn de heeren: Wildeboer en van der Lip, wegens uitstedigheid, Aalberse, wegens ambtsbezigheden, Fokker en Roem, wegens ongesteldheid. De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering van 10 Februari 1910 worden goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen: 1°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed gekeurde raadsbesluiten tot wijziging der begrooting, dienst 1909, ten behoeve van de uitkeering door het Werkloozenfonds over 1909 en tot wijziging der begrooting, dienst 1910, ten behoeve van het verhoogd subsidie aan dat fonds over 1910 en de aanvulling van het uitbreidings- en vernieuwingsfonds der Stedelijke Gasfabriek. 2°. Missive van den Minister van Binnenlandsche Zaken houdende goedkeuring van de verordening van 27 Januari j.l., tot wijziging der verordening regelende de jaarwedden van de leeraren van het Gymnasium. 3°. Dankbetuiging van den Directeur der Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen, namens leeraren en leeraressen dier inrichting, voor de op 10 Februari j.l. vastgestelde nieuwe regeling der jaarwedden. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Adres van het Bestuur der 3 Octobervereeriiging naar aanleiding van het gesprokene in de raadszitting van 28 October 1909. Dit stuk luidt als volgt: Leiden, 12 Februari, 1910. Aan den Edel achtbaren Raad der Gemeente Leiden. Wij nemen de vrijheid ons tot U te richten naar aanlei ding van het gesprokene in Uwe zitting van 28 October 1909. Voor de oprichting onzer Vereeniging was er van de vie ring van den 3den Octoberfeestdag eigenlijk geen sprake. Wel werden somtijds de schoolkinderen onthaald, doch eene algemeene feestviering, waaraan de geheele bevolking deel neemt, waarbij van heinde en verre vreemdelingen komen waar dus werkelijk feest gevierd wordt, kan slechts sedert de oprichting onzer vereeniging in 1886 geconstateerd worden. Dat echter ook in vroeger jaren behoefte gevoeld werd den dag van Leidens ontzet feestelijk te herdenken, moge blijken uit het feit, dat, toen in 1823 de Raad der Gemeente be sloten had het feest niet te vieren, Heeren studenten het be sluit namen de feestviering voor hunne rekening te nemen, zoodat in dat jaar: »des morgens te elf uur een groote rae- »nigte behoeftigen voor de Studenten Sociëteit samenvloeide, «om daar op vaderlandsche wijze, eenvoudig doch gul orit- »haald te worden. Haring en brood was voor elk ten beste, «uitgereikt door vier Jongelingen uit de Protestantsche en «Roomsch-Cathol. Weeshuizen, onder opzicht en hulp van «Commissarissen.' Wij blijven dus der traditie getrouw, wanneer wij aan diegenen, die zich er voor aanmelden, kleine versnaperingen uitreiken en men kan hier niet spreken van eene eigenlijke bedeeling, daar de uitgereikte levens- en genotmiddelen te gering in waarde zijn en door een ieder als /eesfgave worden beschouwd. Ook waakt ons bestuur tegen misbruik door zelf de bons uit te reiken en te bezorgen. Wat de hulp van gemeentewerklieden betreft, deze wordt niet meer verstrekt, vroeger was dit wel het geval, doch sedert tal van jaren worden alle werkzaamheden voor onze rekening uitgevoerd. Zoo bijv. werd in 1907 aan de Ge meente betaald voor het opsnoeien der boomen langs den weg voor den optocht aangewezen de som van Fl. 122,79. De jaarlijksche subsidie van 1000 gulden kan door ons helaas nog niet gemist worden, daar de onkosten verbonden aan het organiseeren van een dergelijk feest zoo groot zijn, dat zij niet door de geringe contributie van één gulden per lid kunnen bestreden worden. Wij komen nu tot het reserveeren van de Stadszaat voor onze Vereeniging op den feestdag en zouden gaarne zien, dat in de eventueele pachtvoorwaarden, die den pachter worden opgelegd, het principe blijft gehandhaafd, dat op den feestdag van 3 October slechts een lichaam en wel natuurlijk onze Vereeniging in staat worde gesteld die zaal te bekomen, hetzij gratis of tegen billijke huur. Dikwijls is door ons reeds van die zaal gebruik gemaakt en er kunnen zich omstandigheden voordoen, dat wij de zaal plotseling noodig hebben. Elke concurrentie op dezen feestdag, van welke andere zijde ook, zoude de feestviering verbrok kelen ten nadeele van het geheel. De Schouwburgcommissie begrijpt dit ook en sluit op 3 October steeds haar gebouw. De 3 October Vereeniging is de offtcieele zuiver Leidsche vereeniging en mag noch kan met een andere vereeniging vergeleken worden. De Oranje Vereeniging, waarover eenige leden van Uw College het woord voerden, is niet speciaal Leidsch; in elke andere gemeente kan zulk eene vereeniging ook bestaan. Haar feestdagen dienen in betrekking te staan tot het huis van Oranje, waartoe in den loop van een jaar zich herhaaldelijk gelegenheid voordoet. Dat dan ook de derde October blijve speciaal Leidsche feestdag en dat men onze Vereeniging in staat stelle dien feestdag te vieren zooals zij tot nu toe heeft gedaan, en waarbij alle verdeeldheid wordt buitengesloten. Wij vertrouwen, dat bovenstaande beschouwingen bij U instemming zullen vinden en teekenen Hoogachtend Het Bestuur der 3 October Vereeniging N. Brouwer, Voorzitter. Fel. Driessen, Secretaris. Zal worden behandeld bij punt 6 der agenda. 2°. Motie van orde van den heer W. Pera, naar aanleiding van de verklaring van een deel der onderwijzers bij het open baar onderwijs, dat zij bij het onderwijs volstrekte neutraliteit wenschen te betrachten. Deze motie luidt als volgt: «De Raad der gemeente Leiden, kennis genomen hebbende van de verklaring van een deel der Onderwijzers aan de openbare scholen, dat zij bij het onderwijs een absolute neutraliteit wenschen te betrachten, wat zeggen wil:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1910 | | pagina 1