2
DONDERDAG 13 JANUARI 1910.
en vernieuwingsfonds der Electriciteitsfabriek en de aan de
vereeniging »Openbare Leeszaal en Bibliotheek" toegekende
subsidie.
7°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot verhooging der begrooting, dienst
1909, ten behoeve van de kosten van overwulving van het
Kort Rapenburg en de vernieuwing van de Blauwpoortsbrug.
8°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde verordening van 16 December j.l. regelende de uit-
keering van wedde aan onderwijzers bij verlof.
9°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten tot verhuring van het grasgewas
langs het Plantsoen, het Park. enz aan J. Belttot verhuring
van de bouwmanswoning »Endegeest" aan Jac de Groot; tot
verhuring van perceel 1 van het Raamland aart de vereeni
ging »Volksspeeltuinen" en tot verkoop van een gedeelte berm
langs den Haarlemmertrekvaartweg aan H. Oostdam Ezn.
10°. Mededeeling van H. Bolt dat hij de benoeming tot
onderwijzer aan de school 3e klasse No. 1 aanneemt.
11°. Mededeeling van Mej. M. van Heuven dat zij de be
noeming tot onderwijzeres aan de school 3e klasse N°. 1 aanneemt.
12°. Mededeeling van H. F. du Pon dat hij de benoeming
tot onderwijzer aan de school 3e klasse No 6 aanneemt.
Al deze missives worden voor kennisgeving aangenomen.
13°. Mededeeling van Dr. J. M. van Bemmelen dat hij
ontslag neemt als lid der Plaatselijke Schoolcommissie.
Dit stuk luidt als volgt:
Leiden, 1909.
Tot mijn leedwezen moet ik U mededeelen, dat mijn hooge
leeftijd en de staat mijner gezondheid mij nopen, om mijne
betrekking van het lidmaatschap der plaatselijke School
commissie te Leiden neder te leggen en weder in uwe handen
te stellen, onder dankzegging voor het vertrouwen, hetgeen
mij door U en door uwe voorgangers, gedurende drie en
dertig jaren geschonken is.
J. M. van Bemmelen.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
De Voorzitter. Ik geloof dat wij bij het verleenen van
dit ontslag daaraan wel mogen toevoegen een woord van
hartelijken dank van den Raad voor hetgeen de heer van
Bemmelen 33 jaren lang in het belang van het onderwijs
hier ter stede heeft verricht.
(Teekenen van instemming.)
De mededeeling wordt hierop voor kennisgeving aangenomen.
14°. Mededeeling van Mevrouw de Wed. Punt van het over
lijden van haar echtgenoot, in leven rector van het Gymnasium.
De Voorzitter. Het is zeker voor de gemeente en voor
de instelling waaraan de heer Punt verscheidene jaren als
hoog gewaardeerd leeraar en rector is verbonden geweest
een groot verlies. Ik hoop dat de Raad er mede zal instemmen,
wanneer Burgemeester en Wethouders aan de weduwe van
den heer Punt een brief van rouwbeklag doen toekomen.
Aldus wordt besloten.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van D. van Lith om zijne aanvrage tot subsi-
dieëring eener zweminrichting als niet gedaan te beschouwen.
Wordt besloten de aanvrage als niet gedaan te beschouwen.
2°. Verzoek van den Leidschen Bestuurdersbond om zoo
spoedig mogelijk over te gaan tot het uitvoeren van die werken,
die in den winter uitgevoerd kunnen worden en om te be
palen, dat daarbij bij voorkeur Leidsche werkkrachten in dienst
zullen worden genomen.
3°. Verzoek van N. Rosenbaum e.a. om handhaving van
het besluit tot verhooging der staanplaatsen op de Veëmarkt.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
4°. Voorstel van Dr. C. F. Th. J. Meuleman in zake de
verpleging van armlastige lijders aan chronische ziekten.
De Voorzitter. De heer Meuleman is niet tegenwoordig,
anders zou ik hem gevraagd hebben, of hij er prijs op stelde
dat zijn voorstel werd voorgelezen; ik zou niet gaarne den
indruk vestigen, alsof wij in beleefdheid tegenover hem te
kort zouden willen schieten. Het voorstel komt neer op voor
ziening in de verpleging ,van armlastige lijders aan chroni
sche ziekten. Burgemeester en Wethouders zullen hieromtrent
een praeadvies uitbrengen.
Het voorstel wordt hierop gesteld in handen van Burg.
en Weth.
5°. Verzoek van H. J. Jesse en W. Fontein om vergunning
tot oprichting van een houten feesttent op het terrein aan
den Zoeterwoudschen Singel Sectie M Nis. 765 en 766.
6°. Verzoek van A. Kist om bestendiging in de betrekking
van stadsgeneesheer.
7°. Verzoek van P. H. de Mooy om eervol ontslag als
onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de school 3e
klasse No 3.
8°. Verzoek van den Bond van Patroons in het Timmervak
te Leiden, om het verzoek van de aid. Leiden van den Ned.
R.K. Volksbond in zake de toepassing van art. 1638 c en d
van het Burgerlijk Wetboek, niet in te willigen, of althans het
daaruit voortvloeiend risico voor rekening der gemeente te
nemen.
9°. Adhaesiebetuiging van de afd. Leiden van den Nederl.
Aannemersbond aan het verzoek van den Bond van Patroons
in het Timmervak te Leiden.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
10°. Verzoek van Mej. N. Klaassen, leerares aan de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes, om vergunning tot gelijktijdige
waarneming der betrekking van leerares aan de Middelbare
Meisjesschool te Haarlem.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan de Raad der gemeente Leiden.
Ondergeteekende leerares in Natuur- en Scheikunde aan
de H. B. S. voor Meisjes, medebenoemd tot leerares in Wis
kunde aan de Meisjesschool voor middelbaar onderwijs te
Haarlem, verzoekt beleefd toestemming om die betrekking
te aanvaarden.
Hetwelk doende enz.
N. Klaassen.
Leiden, 4 Jan. '10.
De Voorzitter. Bij dit stuk is eenige spoed en ik stel dus
voor het dadelijk te behandelen.
Aldus wordt besloten.
De Voorzitter. Mag ik dan den heer Secretaris verzoeken
het ter zake uitgebrachte rapport van de Commissie van
Toezicht op het Middelbaar Onderwijs voor te lezen
Dit stuk luidt als volgt:
Leiden, 12 Januari 1910.
Onder terugzending van nevensgaand verzoekschrift van
Mejuffrouw N. Klaassen, leerares in de Natuur- en Schei
kunde aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes alhier strek
kende om nevens deze betrekking te mogen waarnemen de
betrekking van Leerares in de Wiskunde aan de Meisjesschool
voor Middelbaar Onderwijs te Haarlem hebben wij dé eer U in
overweging te geven gunstig op dit verzoekschrift te beschikken,
daar het aantal uren, dat Mej. Klaassen te Haarlem zal geven,
slechts acht bedraagt en zonder eenig bezwaar ook naar
het oordeel der Directrice der Meisjesschool alhier met de
reeds door haar bekleedde betrekking kan worden gecombineerd.
De Commissie van Toezicht
op het Middelbaar Onderwijs
P. Zeeman Gz., Voorzitter.
H. M. A. Coebergh, Secretaris.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders
van Leiden.
De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders stellen voor
overeenkomstig dit advies het verzoek in te willigen.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt hierop
dienovereenkomstig besloten.
De Voorzitter deelt alsnog mede:
1°. dat aan de navolgende personen pensioen is toegekend:
a. aan Mevr. C. H. A. van Petersom—Ramring, weduwe
van Mr. N. de Ridder, in leven Burgemeester van Leiden,
ad ƒ690, met ingang van 21 November 1909;
b. aan de eervol ontslagen leerares in de Gymnastiek Mej.
A. Risseeuw, ad f 788;
c. aan den eervol ontslagen metselaar aan de Stedelijke
fabrieken van gas en electriciteit H. Fles ad ƒ470;
d. aan den eervol ontslagen leeraar aan de Hoogere Burger
school voor Jongens C. J. Leendertz, ad. 1190;
allen met ingang van 1 Januari 1910;
e. aan M. A. van der Noll, weduwe van J. M. Secrève, in
leven schrijver bij de politie, ad ƒ172, met ingang van
19 Maart 1910;
2°. dat op 24 December j.l. heeft plaats gehad de opneming dei-
boeken en kas van den Gemeente-ontvanger, waarvan proces
verbaal is opgemaakt, dat in de Leeskamer ter lezing is neder-
gelegd en aan Gedep. Staten medegedeeld