9 natuurlijk vooraf alle voor- en nadeelige kansen onder de oogen gezien. En tot de laatste behoort zeker ook de moge lijkheid, dat zich middelerwijl een nieuwe attractie op het gebied der kermisvermakelijkheden zou voordoen. Nu dit dan ook inderdaad het geval schijnt te zijn, mee- nen wij dat er geen enkele reden kan bestaan om de nieuwe inrichting enkel in het financieel belang van adressant van de kermis te weren. Mitsdien geven wij U in overweging afwijzend op het ver zoek te beschikken. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Wel Ed. Achtbaren Gemeenteraad te Leiden. Ondergeteekende, Gerard Vincken, wonende te Roermond, oud 44 jaren, stoomcarousselhouder, geeft met verschuldigden eerbied te kennen dat hij in 1908 pachter is geweest voor een standplaats voor een stoomcaroussel voor de jaren 19081909 en 1910 op de kermis te Leiden en daarvoor in begin Januari van ieder jaar zijn pachtsom bij den gemeente ontvanger moet storten, en dit nog niet voor het jaar 1910 heeft voldaan Redenen hiertoe zijn dat ondergeteekende vernomen heeft dat het Ed. Achtbare gemeentebestuur in 1910 vergunning zal geven voor het plaatsen van een Cake-Walk en dit een groote schade voor ondergeteekende zal zijn en hij zoodoende geen kans ziet zijne verplichtingen na te komen en daarom beleefd verzoekt deze inrichting op de aanstaande kermis te willen weren. 't Welk doende Roermond, 5 Januari 1910 G. Vincken. N°. 19. Leiden, 7 Januari 1910. Wij hebben de eer Uwe Vergadering in overweging te geven gunstig te beschikken op bijgaand verzoek van K. H. Buikstra om ontslag uit zijne betrekking van onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de openbare lagere school der 8e klasse No. 2, alhier, en hem dat ontslag eervol te verleenen met ingang van 1 April 1910. Het terzake door het Hoofd der school uitgebracht advies wordt hierbij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 4 Januari 1910. In beleefd antwoord op Uw apostille van heden, N°. 10/5, heb ik de eer, Uw College mede te deelen, dat mijnerzijds geen bezwaar bestaat, den Heer K. H. Buikstra, onderwijzer a/d. Openb. Lagere School der 8e klasse N°. 2, het door hem gevraagde eervol ontslag wegens benoeming elders tegen 1 April a. s. te verleenen. Het Hoofd der O. L. Sch. 3e kl. N°. M. van Wamelen. Aan £den Raad der gemeente Leiden geeft met verschuldigden eerbied te kennen ondergetee kende, dat hij benoemd is tot. onderwijzer in de gemeente Utrecht, reden, waarom hij U verzoekt hem tegen 1 April 1910 te willen ontslaan uit zijn betrekking van onderwijzer aan de O. L. S 3e klasse N°. 2. 't Welk doende, met verschuldigden eerbied Leiden, 3 Januari 1910. K. H. Buikstba. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1909 | | pagina 9