114 DINNSDAG 7 SEPTEMBER 1909. al het mogelijke is en nog zal worden gedaan oin te voor komen, dat de ziekte zich hier zal vertoonen of althans eenige uitbreiding zal krijgen. Het cholera hospitaal is gereed; Prof. van Calcar heeft zich bereid verklaard de noodige bacteriologische onderzoekingen te verrichtenvan alle ver dachte gevallen zal hem onverwijld kennis worden gegeven. Alle geneeskundigen zijn hiermede in kennis gesteld en zij zijn voorts herinnerd aan het doen der aangifte volgens art. 6 der wet. Voorts is aan de stadsgeneesheeren mede gedeeld, dat het cholera hospitaal in- orde is en deze hebben uit hun midden Dr. Timmermans aangewezen, die met de leiding van het hospitaal belast zal zijn. Behalve aan Dr. Timmermans zal dadelijk aan het bureau van Gemeente werken, bij het in gebruik nemen van het hospitaal, worden kennis gegeven, zoodat ook dit gewaarschuwd is. Aan cura toren van de Rijks-Universiteit is gevraagd of wij beschikken mogen over den desinfectieoven van het Ziekenhuis, en curatoren hebben daarop gunstig beschikt; er zijn daaraan wel eenige voorwaarden verbondendoch deze zijn wel na te komen. Het spreekt van zelf dat dit slechts een zeer tijdelijk karakter heeft. Vervolgens is in alle Leidsche dagbladen een advertentie geplaatst waarin gewaarschuwd wordt tegen het gebruik van gracht- en slootwater en waarin voorschriften zijn gegeven omtrent hetgeen men zoo al te laten heeft. Eindelijk wordt er steeds overleg gepleegd met de Gezondheidscommissie, die tal van vergaderingen heeft gehouden en die Burgemeester en Wethouders telkens mededeelingen doen of op het een of ander attent maken, waaraan dan door Burgemeester en Wethouders dadelijk wordt gevolg gegeven. Summa sum marum kan ik constateeren, dat het Gemeentebestuur in elk opzicht diligent is. Aan de orde is alsnu: II. Benoeming van een Wethouder, jaar van aftreding 1911 (aftredend: de heer Mr. J. G. van der Gip). De Voorzitter. Er zijn thans eenige benoemingen te doen. Mag ik de heeren Aalberse, Zwiers, Wildeboeren Vergouwen uitnoodigen, het stembureau uit te maken? Benoemd wordt met 21 stemmen de heer van der Lip. De heer Bosch verkreeg 2 stemmen, de heer Briët 1 stem, terwijl 5 briefjes in blanco waren. De Voorzitter. Is de heer van der Lip bereid de betrekking te aanvaarden? De heer van der Lip. Ik waardeer zeer het vertrouwen, dat de Raad wederom in mij heeft gesteldik betuig daar voor mijn vriendelijken dank en verklaar mij gaarne bereid de betrekking te aanvaarden. III. Benoeming van een Wethouder, jaar van aftreding 1914 (aftredend: de heer J. Korevaar P.Azn). Benoemd wordt met 23 stemmen de heer J. Korevaar P.Azn. De heer A. Mulder verkreeg 2 stemmen, de heer Bosch 1 stem, terwijl 3 briefjes in blanco waren. De Voorzitter. Is de heer Korevaar bereid de benoeming aan te nemen? De heer Korevaar. M. d. V. Ik dank in de eerste plaats de heeren, die door hunne stem op mij uit te brengen tot mijne benoeming hebben medegewerkt, en verklaar mij gaarne bereid de betrekking te aanvaarden. IV. Benoeming van de leden der vaste Commissiën uit den Gemeenteraad, als: a. drie leden van de Commissie van Financiën en uit dezen van den Voorzitter, (aftredende ledende H.H. A. L. Reime- ringer, Voorzitter, J. P. Vergouwen, lid, 1 vacature). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren Reimeringer, met 27 stemmen2 briefjes waren in blanco. Vergouwen, met 27 stemmen, de heer Roem verkreeg 1 stem terwijl 1 briefje in blanco was. Bosch met 16 stemmen, de heer Fokker verkreeg 8 stemmen, de heer Zwiers 2 stemmen, de heeren Bots en Carpentier Alting ieder 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. Tot Voorzitter der Commissie wordt benoemd de heer Reimeringer met 26 stemmen, de heer Vergouwen verkreeg 2 stemmen, terwijl 1 briefje in blanco was. Al de benoemde heeren verklaren zich bereid de benoeming aan te nemen. b. drie leden van de Commissie voor de Huishoudelijke verordeningen en uit dezen van den Voorzitter, (aftredende leden: de H.H. Mr A. van der Eist, Voorzitter, YV. Pera en Mr. P. E- Briët, leden). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: van der Eist met 27 stemmen, 2 briefjes waren in blanco. Pera met 15 stemmen, de heer Sijtsma verkreeg 7, de heer Carpentier Alting 2 stemmen, de heeren Briët en Wil- deboer ieder 1 stem, terwijl 3 briefjes in blanco waren. Briët met 27 stemmen, de heeren Aalberse en Fokker verkregen ieder 1 stem. Tot Voorzitter der Commissie wordt benoemd de heer van der Eist met 25 stemmen; de heer Briët verkreeg 1 stem, terwijl 3 briefjes in blanco waren. Al de benoemde heeren verklaren zich bereid de benoe ming aan te nemen, c. twee leden van de Commissie voor de Strafverordeningen, (aftredende leden: de H.H. Mr. S. J. Fockema Andreae en Mr. A. J. Fokker). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren Fockema Andreae met 28 stemmen, 1 briefje was in blanco. Fokker met 19 stemmen, de heer Carpentier Alting ver kreeg 5 stemmen, terwijl 5 briefjes in blanco waren. De heer Fokker verklaart, zich bereid de benoeming aan te nemen, terwijl den heer Fockema Andreae van zijne be noeming zal worden kennis gegeven. d. twee leden van de Commissie van Fabricage, (aftredend lid de heer J. Roem, 1 vacature). Benoemd wordt de heer Roem met 27 stemmen, de heer A. Mulder verkreeg 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. Voor de benoeming van een tweede lid worden uitge bracht op de heeren Hoogenboom 14, A. Mulder 13 stemmen en Reimeringer 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende, wordt overgegaan tot eene nieuwe vrije stemming. Bij deze stemming verkrijgen de heeren: A. Mulder 14 en Hoogenboom 13 stemmen, terwijl 3 briefjes in blanco waren. De heer Aalberse. M. d. V. Bij het depouillement blijkt, dat er 30 briefjes zijn ingeleverd, terwijl slechts 29 leden aan de stemming hebben deelgenomen. De Voorzitter. Dan stel ik voor om nogmaals een nieuwe vrije stemming te houden. Aldus wordt besloten. Bij deze stemming verkrijgen de heeren: A. Mulder 14 en Hoogenboom 13 stemmen, terwijl 2 briefjes in blanco waren, zoodat gekozen is de heer A. Mulder. De heeren Roem en A. Mulder verklaren zich bereid de benoeming aan te nemen. e. twee leden van de Commissie voor het Openbaar Slacht huis, (aftredende leden: de H.H. Dr. H. J. Zwiers en J. A. Bots). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: Zwiers met 28 stemmen, 1 briefje was in blanco. Bots met 27 stemmen, de heer van der Eist verkreeg '1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was. De Voorzitter. Zijn de heeren Zwiers en Bots bereid de benoeming aan te nemen? De heer Zwiers. Ofschoon na eenige aarzeling verklaar ik mij, na het blijk van vertrouwen dat de Raad in mij heeft gesteld, bereid de betrekking te aanvaarden. De heer Bots verklaart, zich eveneens bereid de benoeming aan te nemen. twee leden van de Commissie voor het Marktwezen, (aftredende leden: de H.H. D. van Gruting en S. de Boer Azn.) Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: van Gruting met 28 stemmen, de heer Sijtsma verkreeg 1 stem. de .Boer met 28 stemmen, 1 briefje was in blanco Beide heeren verklaren zich bereid de benoeming aan te nemen. g twee leden van de Commissie voor het Oud-Archief, (af tredende leden: de H.H. Mr. S. J. Fockema Andreae en Dr. G. Wildeboer). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: Fockema Andreae met 28 stemmen, 1 briefje was in blanco. Wildeboer met 28 stemmen, 1 briefje was in blanco. De heer Wildeboer verklaart zich bereid de benoeming aan te nemen, terwijl den heer Fockema Andreae van zijne benoeming kennis zal worden gegeven. h. twee leden van de Commissie voor de Stedelijke fabrieken van gas en electriciteit, (aftredende leden: de H.H. Mr. P. J. M. Aalberse en J. P. J. Driessen). (Zie Ing. St. n°. 223). Achtereenvolgens worden benoemd de heeren: Aalberse met 25 stemmen, de heeren Driessen, van der Eist en Zwiers verkregen ieder 1 stem, terwijl 1 briefje in blanco was.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1909 | | pagina 2