DONDERDAG
15 JULI 1909.
91
XI. Benoeming van een Regent van het Geref. Minne- of
Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis.
(Zie Ing. St. n<>. 180).
Wordt benoemd de lieer Mr. H. M. G. Kloppenburg met
22 stemmen, terwijl 6 stemmen zijn uitgebracht op den heer
A. H. Dros.
XII. Voorstel tot bestendiging van Mej. G. C. Kooijker als
tijdelijk leerares in het Hoogduitsch aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes.
(Zie Ing. St. n°. 177).
Benoemd wordt Mej. G. C. Kooijker met 27 stemmen, ter
wijl.één biljet van onwaarde is.
XIII. Voorstel tot bestendiging van Mej. I. M. Oort als tij
delijk leerares in het Hoogduitsch aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes.
(Zie ing. St. n°. 177.)
Benoemd wordt met algemeene (28) stemmen Mej. I. M. Oort
XIV. Verzoek van Mej. B. Alter geb. de Jong om conti
nuatie in de betrekking van stadsvroedvrouw.
(Zie Ing. St. n°. 189).
Benoemd wordt met algemeene (28) stemmen Mej. B. Alter
geb. de Jong.
De Voorzitter. Er zijn op dit oogenblik geen benoemingen
meer te doen. Ik dank de heeren leden van het stembureau
voor de in deze genomen moeite.
XV. Verzoek van H. G. A. Verkaart om eervol ontslag als
onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de Jongensschool
2e klasse.
(Zie Ing. St. n°. 184.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming eervol
verleend.
XVI. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1908, van het
H.G. of Arme Wees- en Kinderhuis.
(Zie Ing. St. n°. 170.)
wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
XVII. Staat van af- en overschrijving op de begrooting,
dienst 1908, van het H. G. of Arme en Kinderhuis.
(Zie Irig. St. n°. 176.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming geed-
gekeurd.
XVIII. Verzoek van de Chr. Gymnastiek- en Scherm-
vereeniging »Door Oefening Sterk" om het gebruik van het
gymnastieklokaal der school 3e klasse n°. 4.
(Zie Ing. St. ri°. 186.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming conform
het praeadvies besloten.
XIX. Verzoek van C. de Bink en Zn. om den boom vóór
hun perceel aan den Stillen Rijn n°. 9 te dóén rooien.
(Zie Ing. St. n°. 178
De Voorzitter. Hierbij komt in behandeling een nader
adres, dat zooeven-is ingekomen en waarin de Bink verzoekt
dien boom op te snoeien.
Burgemeester en Wethouders stellen voor op het eerste
adres afwijzend te beschikken. Het nadere adres kan worden
gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders ter fine
van afdoening. Indien het mogelijk blijkt om zonder de be
langen van anderen of die van de gemeente te schaden, dien
boom op te snoeien, dan zal aan dien wensch van adressant
wel worden voldaan.
Op het verzoek wordt hierop zonder beraadslaging of hoofde
lijke stemming afwijzend beschikt.
Het nader adres wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
ter afdoening.
XX. Voorstel tot aankoop van het perceel 4e Binnenvest
gracht 66 en tot beschikbaarstelling van de voor dien aankoop
benoodigde gelden.
(Zie Ing. St. n°. 179 en 183.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXI. Verzoek van het Collegium van het Leidsch Studenten
corps om het gebruik van het weiland aan den Zoeterwoud-
schen Singel en van een gedeelte van het Plantsoen, ten
behoeve van de viering der lustrumfeesten in Juni 1910.
(Zie Ing. St. n°. 89, 109 en 188.)
De heer Hartevelt. M. d. V. Vergun mij een kort woord
ter uiteenzetting van mijn standpunt in deze zaak. Mogelijk
kan het nog van eenig nut zijn. Hoewel ik uitermate be
treur, dat de aandeelhouders der sociëteit Musis Sacrum
geen termen hebben gevonden om het voorstel der leden in
zijn geheel over te nemen, omdat zij daardoor naar mijn
bescheiden oordeel de voordeeligste oplossing van het feestter
rein-vraagstuk onmogelijk hebben gemaakt, en ik geen
oogenblik zou terugdeinzen voor de verantwoordelijkheid om
het loopende contract op te zeggen, komt het mij met de
meerderheid van Burgemeester en Wethouders gevvenscht
voor, waar de studenten thans de zekerheid moeten hebben
tijdig over een bepaald terrein te kunnen beschikken, daar
voor het land aan den Zoeterwoudschen Singel te bestemmen.
En daartoe vind ik te eer aanleiding, waar Burgemeester en
Wethouders in hun praeadvies thans zwart op wit schrijven,
dat de voor terreinophooging benoodigde f 6500 slechts is
de vervroegde betaling van een uitgaaf, welke latei' toch
zal moeten geschieden Intusschen zou ik in dezen gedach-
tengang Burgemeester en Wethouders wel willen vragen,
waar dit geld toch het terrein later ten goede zal komen, of
zij of de Raad, indien dit tot zijn competentie behoort, dit
geld niet uit geldleening zouden kunnen vinden en daarvoor
het terrein als waardeverhooging belasten. Die gelden drukken
dan niet op het heden en voor het terrein dat voor vele ja
ren tegen billijken prijs is gekocht, kan een som van f 6500
geen bovenmatige belasting genoemd worden. Ofschoon ik
erken, dat tegen deze handelwijze verschillende bezwaren in
het midden kunnen worden gebracht, zou het kunnen we
zen, dat zij in dit speciale geval genade bij den Raad zou
vinden.
De heer Wildeboer. M d. V. Ik wensch te beginnen met
Burgemeester en Wethouders dank te zeggen voor de aan
dacht. welke -zij aan mijn voorstel hebben geschonken. Zoo
als de heeren zich, zullen herinneren, had ik met dat voorstel
een tweeledige bedoelingvooreerst om te bezuinigen en in
de tweede plaats om te gemoet te komen aan de bezwaren,
welke waren geopperd door de bewoners van het Plantsoen,
den Zoeterwoudschen Singel en de omliggende buurten.
Ik ging uit van een gewoonte, mij uit mijn studententijd
bekend, n.l. dat aan het Leidsche Studentencorps voor feest
terrein de Ruïne werd aangeboden, welke destijds met het
oog op het aanzien, dat zij had, h&ar naam nog met meer
recht droeg dan thans en dat de studenten het terrein door
beplanting verfraaiden. Nu weet ik wel, dat de tijdeq, helaas
ook voor het Leidsche Studenten-corps, veranderd zijn en toen
ilc dan ook het terrein aan den ZoSterwoudschen Singel nog
eens bezag, kreeg ik den indruk, dat, wanneer men aan mijn
denkbeeld gevolg gaf en alleen het weiland tot feestterrein
inrichtte zonder een gedeelte van het Plantsoen er bij, het
feestterrein wel wat te veel open zou liggen, terwijl de Ruïne
beschermd is door de bebouwde kom van de gemeente. Ik* zou
er bij nader inzien dan ook geen bezwaar in zien een gedeelte
van het Plantsoen er bij te geven, maar ik heb mij het volgende
afgevraagd: de Ruïne is volgens opmeting op de kaart 4
Hectare groot en volgens het voorstel van Burgemeester en
Wethouders zouden wij aan de studenten 1 Hectare weiland
plus een gedeelte van het Plantsoen geven, zou nu het
Collegium van het Leidsche Studenten-corps niet tevreden
zijn met een gecfeelte van het Plantsoen en een kleiner gedeelte
van het weijand Ik ben door het praeadvies van Burge
meester en Wethouders bevestigd in mijn meening omtrent
het prijsverschil, want er wordt gezegd, dat de beplanting
van 2 Hectaren f 4000 zou kosten. De beplanting van 1
Hectare zou dus f 2000 kosten.
En wanneer men nu een minder groot gedeelte gaf, hetzij
beplant, hetzij onbeplant, dan zou dat inderdaad een voordeel
zijn voor de gemeente. Ik wensch niet misverstaan te worden
ik geloof dat de gemeente Leiden wel degelijk aan de Leid
sche studenten iets verschuldigd is, speciaal aan deze stu
denten, die dit vragen, want dat zijn de studenten, die in de
sta-d wonen en hier hun geld verteren, en wanneer ik alleen
mijn hart liet spreken zou ik hun de feesttent er wel bij
willen aanbieden. Maar wij moeten hier vragen, wat ons te
doen staat als vertegenwoordigers van de burgerij, die zoo
luide mogelijk klaagt over de hooge belasting. En waar men
nu vroeger genoeg had aan 1 Hectare Ruïne, waarom moet
men dan nu hebben 1 Hectare land plus een gedeelte van het
Plantsoen? Krijgt'men dat gedeelte van het Plantsoen, dan
geloof ik dat men het wel met minder van het andere terrein
kan doen. Waar verder in het praeadvies van Burgemeester
en Wethouders gesproken wordt van een vervroegde uitgaaf,
kan dit alleen slaan op de ophooging, maar niet op de be
planting, tenzij men van plan is van dat terrein later plantsoen
te maken.
Ik heb wel eens gevraagd, waarvoor dat terrein was ge
kocht en ben dat niet te weten kunnen komen, en als het
nu alleen wordt opgehoogd kan het later dienen óf voor