DONDERDAG 29 OCTOBER 1908. 209 De volgnrs. 93 tot en met 96 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aan genomen. Beraadslaging over volgn. 97, luidende: Jaarwedde van den Commissaris van Politief 3500 De Voorzitter. Bij dezen post zijn in het verslag enkele opmerkingen gemaakt, die reeds zijn beantwoord.Ik kan den Raad echter nog eene inlichting geven omtrent de ver- bandkisten. Blijkens het verslag wilde men, dat de verhand- kisten beter in orde zouden worden gehouden. Het antwoord luidde, dat de kisten worden aangevuld, zoodra het advies van den politiegeneeskundige daartoe aanleiding geeft. Ook de Gezondheidscommissie heeft dezer dagen daarover eene opmerking gemaakt. Bij iedere verbandkist is een in ventaris, zoodat het niet moeilijk is voor den controleur om na te gaan, of de kist in haar geheel is. Naar aanleiding van de ge maakte opmerkingen heb ik echter nog eenige informatiën inge wonnen. De politiegeneeskundige heeft mij toen medegedeeld, dat de kisten voor de allereerste hulp voldoende zijn, maar dat, zoo men afdoende hulp verlangde, men verbandtrommels moest aanschaffen, kostende per stuk 60 a 80. Deze groote uitgaven achten wij echter niet gemotiveerd, omdat in de politieposthuizen de allereerste hulp reeds nu verleend kan worden. De zaak wordt trouwens wel wat over dreven. Als eene dienstbode met glazenwasschen eene kleine schram krijgt, loopt zij dadelijk naar het posthuis, omdat daar de eerste hulp verleend wordt. Dergelijke wissewasjes komen meer voor. Wordt echter eerste hulp gevraagd op redelijken grond, dan voldoen de verbandkisten aan de eischen. De heer Van Gruting. M. d. V. Ik heb over deze zaak ge sproken in de sectiën en in de Gezondheidscommissie. Ik heb zelf ondervonden, dat op het hoofdbureau niets in orde was. De naalden, waarmede gehecht moest worden, waren verroest. Bovendien hebben andere dokters mij verteld, dat ook andere verbandkisten niet in orde waren. In één politieposthuis is de trommel zelfs niet aanwezig. Ook ik acht een verbandtrommel van f 60 niet noodig. Ik dank u voor de verstrekte inlichtingen. De heer Fokker. M. d V. Wij hebben allen het bericht in de courant gelezen van den man die eene betrekking aan de Hol- landsche Spoor niet kon krijgen, omdat de politie aan de Hol- landsche Spoor inlichtingen had verstrekt, dat hij destijds straf had beloopen. Ik zou u willen vragen, of dergelijke berichten door de politie alhier niet zouden moeten worden gegeven dan onder uwe controle. De Voorzitter. Deze zaak is ook ter sprake gebracht in de Tweede Kamer en er is daar op aangedrongen dat de poli tie in dergelijke zaken geen inlichtingen zou verschaffen. Toen is geantwoord, dat dit moeielijk zou gaan wanneer autoriteiten of Departementen van Algemeen Bestuur inlichtingen aan de politie vragen. Wanneer in deze een voorziening moet worden getroffen, dan moet dit geschieden van hooger hand. Indien het eene veroordeeling betreft, die reeds zeer lang is geleden en de politie mij in eene dergelijke zaak raadpleegt, dan geef ik soms in overweging geen melding te maken. Maar wanneer door Departementen van Algemeen Bestuur inlichtingen wor den gevraagd, mogen die strikt genomen, geloof ik, niet wor den geweigerd. De heer Fokker. Het is ook niet mijne bedoeling, dat de politie zaken zal verzwijgen die gebeurd zijn en wanneer de Hollandsche Spoor een openbare autoriteit was, dan zou het ook wat anders zijn, maar dit is officieel nog niet het geval. En wanneer particulieren dtrgelijke inlichtingen vragen, dan geloof ik, dat het niet gewenscht is dergelijke vragen te beant woorden, tenzij in ieder bijzonder geval met uwe toestemming als Hoofd der Politie. De Voorzitter. Ik zal de zaak overwegen en zien wat er aan te doen is; eene bepaalde toezegging echter kan ik niet geven. De heer Zaalberg. Met betrekking tot de verbandtrommels zou ik nog willen vragen, of er onder het politiepersoneel eenige agenten zijn, die bekend zijn met het verleenen van eerste hulp bij ongelukken, en of daarin onderricht wordt ge geven. Ik acht dit van groot belang, want al zijn er verband trommels aanwezig en er is niemand onder het personeel die èen voorloopig verband kan aanleggen, dan heeft men aan die trommels toch niet veel, de politiegeneesheer is niet altijd aanwezig. De Voorzitter. Er zijn Inspecteurs, die zeer ervaren zijn in het aanleggen van een eerste verband en in elk politiepost- huis bevindt zich meestal een agent die bekend is met de toe passing van eerste hulp bij ongelukken. De heer Zaalberg. Dank u, mijnheer de Voorzitter. De heer Vergouwen. M. d. V. Het heeft mijne aandacht getrokken, dat Afdeeling I van Hoofdstuk III heel weinig is verhoogd; de verhoogingen betreffen alleen de salarissen der verschillende politieambtenaren, als een gevolg van de nieuwe salarisregeling en eene kleine verhooging voor uitrusting en kleeding. Overigens zijn de kosten gelijk en meerdere man schappen zijn niet aangesteld. Nu wensch ik in verband met hetgeen daar straks door mij is gezegd, nog eens de aandacht te vestigen op de rijwielen. Ik geloof dat die rijwielen bij. de politie belangrijke diensten kunnen bewijzen, vooral des nachts en op Zondag. Door mid del van de rijwielen kan een grootere uitgestrektheid wovden bewaakt dan anders het geval is. Het verwondert mij daarom, dat er zoo weinig gebruik van wordt gemaakt. Er worden tegenwoordig rijwielen gebruikt, maar wij zien zelden of nooit een agent in uniform op een rijwiel. Dit is het ware, wordt gezegdmaar een agent in politiek kan wel eene overtreding constateeren, doch minder voorkomen. Daar is een agent in uniform meer toe in staat. Als zoodanig heeft de uniform groote waarde. Misschien rijden er in andere gemeenten ook agenten in politiek rond, maar zeer zeker zien wij er daar ook veel in uniform op het rijwiel. Ik zou daarom volgnommer 102 verhoogd willen zien om de politie ten deze wat meer vrijheid te geven. De Voorzitter. Van hetgeen de heer Vergouwen ons in deze aanbiedt, behoeft geloof ik geen gebruik gemaakt te worden. Het aantal rijwielen is op het oogenblik, ook naar het oordeel van den Commissaris van politie, voldoende; wij hebben zes beambten die ze voortdurend gebruikenwaarvan er vier tegelijk zijn in de surveillance, terwijl er twee in nacht dienst zijn. Daar de stad voor dezen dienst in vier secties is verdeeld, zijn meerdere rijwielen vooreerst niet noodig. Men moet bovendien niet vergeten, dat de mannen, die op het rijwiel zitten, ten aanzien van overtredingen hoofdzakelijk repressief optreden,.om ze te constateeren, al moeten ze ook, waar mogelijk, preventief handelen. Zij zijn niet in uniform, omdat deze belet gemakkelijk te rijden, vooral met het oog op de sabel. Ook de rijksveldwachters maken gebruik van het rijwiel, maar het meest als zij in politiek zijn. In uniform gebruiken zij het rijwiel om van de eene plaats naar de andere plaats te komen. Voor de eigen lijke surveillance, waarbij men in volle uniform is gekleed, zijn de rijwielen niet doeltreffend. De sabel zit in den weg en de helm dreigt af te vallen. De uitbreiding van het aantal bereden manschappen ver dient daarom voorshands geen aanbeveling. De beraadslaging wordt gesloten en volgn. 97 zonder stem ming aangenomen. Beraadslaging over volgn. 98, luidende: vBelooning van de inspecteursdienaars en verdere beambten van politie, mits gaders van de veldwachtersf 68003'''' De heer Fockema Andreae. M. d. V. Ten aanzien van po litiehonden wordt in het verslag opgemerkt door Burgemees ter en Wethouders, dat de noodzakelijkheid om een politiehond aan te schaffen nog niet gebleken is. Goed, maar als die nood zakelijkheid blijkt is er reeds een geval, waarin men den hond mist. Wij hebben vroeger gehoord, dat de Commissaris er niet veel voor gevoelt, maar ik geef toch in overweging niet te lang met de aanschaffing te wachten. De Voorzitter. De ervaring, welke onlangs met politie honden is opgedaan, is niet geschikt om ons aan te moedigen tot de aanschaffing daarvan over te gaan. Ik herinner er aan, dat zij bij de opsporing van Frans Rosier niets hebben kun nen uitrichten en het spoor bijster zijn geraakt. Daaruit volgt, dat zij niet in alle gevallen doeltreffend werken. Zij zouden het meest doel treffen, als men een ernstig misdadiger wilde vervolgen, maar gelukkig komen die hier heel weinig voor. En ook om een politieambtenaar in de buitenwijken te ver gezellen. Er is iets daarvoor te zeggen, maar tegen de aanschaffing pleiten de geringe resultaten er mede bereikt, althans in ons land. De Commissaris van Politie is er in het algemeen niet voor, maar wij houden de zaak in overweging; wanneer het nader blijkt, dat de honden van veel nut zijn, zullen wij niet aar zelen om ook tot de aanschaffing over te gaan. De heer Zwiers. M. d. V. Als Hoofd der Politie zou ik u eene enkele vraag willen doen, naar aanleiding van het adres, dat onlangs is ingekomen van de politieagenten en waarin wordt aangedrongen op eenigen steun voor hun vakcursus, op meer vrije uren en meer vrije dagen. Ik zou gaarne zien, dat spoedig daaromtrent een praeadvies werd uitgebracht. Wan neer ter bereiking van het doel misschien meer personeel noodig is, zou ik niet aarzelen de gelden daarvoor toe te staan. De Voorzitter. In eene vorige vergadering heb ik reeds medegedeeld, dat het praeadvies zoo spoedig mogelijk zal wor den uitgebracht; die toezegging kan ik nu slechts herhalen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1908 | | pagina 13