65
buiten rekening gelaten, een hoogere opbrengst te putten dan
f325.000.Het bedrag, genoemd in art. 1 dier verordening
zal dus andermaal moeten worden verhoogd. Met een verhoo
ging van f 35000.noodig om de gemeente in staat te stel
len het bij de begrooting geraamde bedrag van f360.000.
te betten, zal echter niet kunnen worden volstaan. Sedert het
vaststellen der begrooting toch werden verschillende nieuwe
uitgaven gevoteerd, waarvoor de middelen tot dekking nog
niet konden worden aangewezen, zoodat ook deze, tenzij de
inkomsten mochten meêvallen, uit de opbrengst der plaatse
lijke directe belasting zullen moeten worden gevonden.
Zoo zou de nieuwe salarisregeling voor de ambtenaren ter
Secretarie en op het kantoor van den Gemeente-ontvanger,
volgens ons voorstel (zie n°. 305 der Ingek. Stukken van
1907) een hoogere uitgave meebrengen van ƒ1665.Dit
bedrag moet echter worden verhoogd met 200.wegens
de aanneming van een amendement tot verhooging van het
salaris van den commies-redacteur, en met ƒ1400.—, wegens
het salaris over 9| maand van den nieuwbenoemden controleur
van de Gemeente-belastingenzoodat de geheele verhooging
wordt 3265.—.
Voor het bijwerken van den staat van eigendommen werd
ons tegelijkertijd een crediet verleend van 1000.
De gewijzigde salarisregeling voor de ambtenaren op het
Bureau van Gemeentewerken zal blijkens onze voordracht,
opgenomen onder n°. 33 der Ingekomen Stukken van dit
jaar, eveneens een hoogere uitgave meebrengen van 1000.
De uitbreiding van het politiecorps met twee adjunct
inspecteurs van politie, waartoe besloten werd in uwe ver
gadering van 9 Januari 1.1. (zie Ingek. St. n°. 5) zal een
meerdere uitgave vereischen van ƒ1700.
Eindelijk zouden de wijzigingen in de salarisregeling van
het onderwijzend personeelindien ons voorstel, opgenomen
onder n°. 60 der Ingekomen Stukkenongewijzigd ware
aangenomeneen hoogere uitgave van ƒ9075.hebben mee
gebracht. Ook dit bedrag echter is door de aanneming van
verschillende amendementen niet onbelangrijk gestegen.
Zoo zal het amendement om ook aan de onderwijzeressen
na 15 jaren dienst een verhooging van ƒ100.toe te kennen,
een uitgave meebrengen van ƒ1875.—, dat om den onderwij
zers na 20 jaren dienst een laatste verhooging van f 100—
toe te kennen, eene van 2800.—, en eindelijk dat tot ver-
hooging van de salarissen van de onderwijzeressen in de hand
werken, eene van 200.—, of in totaal 4875 Dit bedrag
gevoegd bij de bovenvermelde som van 9075.— doet het
totaal-bedrag van de verhoogingen der onderwijzers wedden
stijgen tot 13950.
In het geheel zal dus alsnog moeten worden voorzien in
een uitgave van ƒ3265.1-1000.(-ƒ1000.(-ƒ1700.—
13950.—, dat is ƒ20915.—
Hiertegenover staat echter een hoogere subsidie van het
Rijk in de kosten van het Lager Onderwijs, welke verhooging,
gebaseerd op de laatste gegevens, thans blijkt te bedragen
11975.of 2000.meer, dan door ons, volgens eene op
de aan de begrooting ten grondslag liggende cijfers gebaseerde
berekening, in onze voordracht van 8 Februari j.l. werd op
gegeven.
Voorts mag, na de laatstelijk plaats gehad hebbende her
ziening van de belastbare opbrengst der gebouwde eigendommen,
van de 40 opcenten op die belasting een hoogere opbrengst
worden verwacht van 1780.
De inkomsten zullen dus stijgen met f 13755, en aangezien
de uitgaven een verhooging van f20915 zullen ondergaan,
zal dus de opbrengst der plaatselijke directe belasting met
f7160.— moeten worden verhoogd en alzoo, de suppletoire
kohieren niet medegerekend, moeten worden gebracht on
f367160.-.
Ten einde nu eventueel tot de heffing van dit be
drag te kunnen overgaan, zal ook het bedrag genoemd in
art. 1 der verordening van 18 November 97 B[ No>5)
27 Januari 98
laatstelijk gewijzigd bij de verordening van 6 December 1906
(Gem. BI. No. 31) met ruim f40.000.moeten worden ver
hoogd.
Wij stellen u voor dit bedrag thans te bepalen op 375000.
en mitsdien in art. 1 der verordening, in plaats van ƒ325000.—
te lezen 375000
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
