64
tot photographisch atelier, in den tuin van het perceel
Heerenstraat n°. 52, kadastraal bekend gemeente Leiden,
Sectie M n°. 670.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden 2 April 1908
Aan de Raad der gemeente Leiden
De ondergeteekende W. P. Demmenie verzoekt beleefd
vergunning tot het plaatsen van een houten gebouwtje dienende
tot photografisch Atelier in den tuin Van het perceel Heeren
straat n° 52 kad. Sectie M. n 670 volgens bij gaande teekeningen
Met verschuldigen hoogachting
W. P. DemmeNie.
N°. 96. Leiden, 7 April 1908.
De Commissie van Financiën heeft de eer U te berichten,
dat zij tegen den in hare handen gestelden staat van af- en
overschrijving op de begrooting van het Gereformeerde Minne-
of arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis en de rekening dier
instelling, beide het dienstjaar 1907 betreffende, geene be
denkingen heeft.
Zij stelt U voor dien staat en die rekening goed te keuren,
wat de laatste betreft:
in ontvangst op f 10859.97
in uitgaaf op 10233.25®
sluitende met een batig saldo van 626.71®
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 97. Leiden, 7 April 1908.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen
dat zij geene bedenking heeft tegen de door Burgemeester
en Wethouders voorgestelde verhooging van volgn. 91c der
begrooting voor 1908, ten behoeve van de aanschaffing van
het vereischte materiëel voor de invoering van het kaarten-
stelsel bij de werkzaamheden voor het opmaken der kohieren
van de plaatselijke directe belasting.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 98. Leiden, 3 April 1908.
Het bestuur van de Vereeniging »de Practiscbe Ambachts
school" alhier heeft de eer U te berichten dat zijn medelid
de Heer G. van Driel in den loop van dit jaar volgens rooster
aftreedt en niet direct herkiesbaar is.
Ter voorziening in deze vacature heeft de laatstelijk gehouden
ledenvergadering de volgende voordracht opgemaakt:
1. de Heer P. A. WERN1NK,
2. de Heer A. DE KOSTER Jr.,
waaruit U, overeenkomstig artikel 5 der statuten, eene keuze
gelieve te doen.
Het bestuur voornoemd
G. van Driel, Voorzitter.
B. J. H. Haitink, Secretaris.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
N°. 99. Leiden, 7 April 1908.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen
dat zij, indien de Raad besluit dat de gemeente zal toetreden
tot de «Vereeniging van Nederlandsche Arbeidsbeurzen", geene
bedenking heeft tegen den bij de betrekkelijke vooriracht
van Burgemeester en Wethouders gevoegden begrootingsstaat,
waarbij de gelden tot voldoening van de verschuldigde contri
butie over het loopende jaar worden beschikbaar gesteld.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 100. Leiden, 7 April 1908.
Wij hebben de eer U te berichten dat blijkens de door
Mr. J. H. Goudsmit bij ons ingediende declaratie, in de Lees
kamer ter inzage neergelegd, de kosten van de onteigening
van de drie perceelen in de Paardensteeg, met inbegrip van
het Mr. Goudsmit toekomend honorarium, hebben bedragen
f 2981.91®.
Ten einde ons tot de voldoening dier declaratie in staat
te stellen, geven wij C in overweging tot de vaststelling van
nevensgaanden suppletoiren begrootingsstaat over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N». 101. Leiden, 8 April 1908.
Wij hebben de eer U hierbij over te leggen onze adviezen
op de reclames, ingediend tegen aanslagen in de plaatselijke
directe belasting, voorkomende op de suppletoire kohieren
van den dienst 1907 en stellen voor overeenkomstig die
adviezen:
te handhaven de aanslagen van:
J. H. de Beir (370); H. Bijlsma (375); J. M. Ehrmann
(376); A. L. Fori tij n (377); S. Huisman (378); A. Knijff (379);
R. van Kooy (380); H. Koster (381); J. Lewis (384); J. A.
Coenraads Nederveen (388); J. H. J. Sinnige (392); J. G.
Solleveld (393); S. J. Verploegh Chassé (397);
te verminderen de aanslagen van:
H. Bey (369) met f3.10; H. Borgerding (371) met f7.095;
E. G. van den Bovenkamp (372) met f10 63; J. van Broek
(373) met f2 13; S. A. Broerse (374) met f6.25; J. P. Kuenen
(382) met f5.735; H. H. E. A. Lange (383) met f5.665; J. L.
Mehler (385) met f7.09; H. Mouw (387) met f 14.17; H. W.
van Nieuwenhuizen (389) met f3.125; H. W. C. van der
Reijden (390) met f3.545; W. H. Sierat (391) met f 1.06J.
W. van Staden (394) met fl.68; H. H. N. Tetterode (396)
met f4.225; H. L. Warnier (398) met fl.065;
te roieeren de aanslagen van
W. Middendorp (386); N. Th. Tendeloo (395).
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 102. Leiden, 9 April 1908.
Aan de vergunning tot het dempen van een gedeelte sloot
langs den Lagen Rijndijk, op de hierbij overgelegde situatie-
teekening met donker bruine kleur aangegeven, welke ver
gunning, aangezien het hier een particuliere sloot gold, door
ons college kon worden gegevenwas o. a. de voorwaarde
verbondendat zoowel de door demping verkregen grond, als
de daaraan grenzende grond tot de rooilijnen der geprojec
teerde bouwblokkenalsmede de berm langs de keibestrating
van den Lagen Rijndijk, behoorlijk bestraat kosteloos aan de
gemeente zouden worden overgedragen, ten einde tot open
baren weg te worden bestemd.
Die vergunning werd verleend bij ons besluit van 18 Sep
tember 1905. De demping heeft inmiddels plaats gehad en
straten en voetpaden zijn geheel overeenkomstig de dezerzijds
gegeven voorschriften aangelegd. De overdracht van den grond
had evenwel nog niet plaats, aangezien een besluit van Uwe
Vergadering tot overneming van den grond daaraan behoort
vooraf te gaan.
Ten einde dus nu die overdracht mogelijk te maken, geven
wij U in overweging te besluiten het op de situatieteekening
met bruine kleur aangegeven gedeelte van den Lagen Rijn
dijk, kadastraal bekend onder Sectie K nos. 1758—1761,
1622—1625, alle gedeeltelijk, en no. 1916, geheel, kosteloos in
eigendom en onderhoud bij de gemeente over te nemen, ten
einde aan den openbaren weg te worden toegevoegd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 103. Leiden, 9 April 1908.
Naar de raming, opgenomen onder volgnr. 35 der loopende
begrooting, moet uit den hoofdelijken omslag in dit jaar wor
den gevonden een bedrag van f364.500.zoodat, wanneer
men de opbrengst van de suppletoire kohieren schat op
4500.die van het primitief kohier zou moeten bedra
gen f 360.000.—.
Nu laat evenwel de verordening, regelende de heffing van
een plaatselijke directe belasting te Leiden, gelijk die laat
stelijk werd gewijzigd bij besluit van 6 December 1906 (Gem.
BI. No. 31) niet toe uit die belasting, de suppletoire kohieren