152
DONDERDAG
18 JULI 1907.
XXII. Voorste] tot uitgifte van permissiën voor het jagen
op waterwild op de Vroonwateren.
(Zie Ing. St. n°. 207).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXIII. Voorstel tot continuatie van de huur van het lokaal
boven de Waag.
(Zie Ing. St. n°. 211).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXIV. Voorstel tot verhooging van het op de begrooting,
dienst 1907, uitgetrokken bedrag ter voorziening in de be
hoefte aan kasgeld.
(Zie Ing. St. n°. 212).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXV. Voorstel tot overbrenging van het jaar 1906 op dat
van 1907 van de niet verwerkte gelden voor eenige bouw
werken en tot voldoening uit den post «Onvoorziene Uitgaven"
op de begrooting van 1907 van in 1906 onbetaald gebleven
vorderingen.
(Zie Ing. St. n°. 218).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXVI. Voorstel om Burg. en Weth. te machtigen tot het
sluiten van eene overeenkomst met het Rijk betreffende de
overname in beheer en onderhoud bij de gemeente van den
Hoogen Rijndijk, voor zoover binnen de gemeente gelegen.
(Zie Ing. St. N°. 202).
De heer Sytsma. M. d. V. Ik wensch gaarne mede te werken tot
overneming van dit deel van den Hoogen Rijndijk, omdat
ook naar mijne meening de gemeente heer en meester moet
zijn op eigen gebied. Maar daar staat tegenover, dat het der
gemeente heel wat zal kosten De gemeente neemt financieele
lasten op zich en het Rijk wordt daarvan ontlast. De opper
vlakte van dit gedeelte straat zal ongeveer 3500 a 4000 M.
beslaan. Nu zeggen B. en W. dat de straat op hetoogenblik
in een behoorlijken staat verkeert, maar over eenige jaren,
bijv. over 20 jaar, zal de straat moeten worden vernieuwd,
en dan moet de gemeente dit betalen en niet het Rijk. Het
zou daarom rationeel zijn, wanneer de gemeente beproefde
te verkrijgen dat een zeker grondkapitaal werd afgestaan uit
de rente, waarvan het onderhoud der straat kon worden be
taald. Wij nemen toch ook nog op ons het gewone onder
houd, waarvan het Rijk nu wordt ontheven, en daarom zou
ik gaarne Burg. en Weth. willen op het hart drukken, om bij
het sluiten der overeenkomst van het Rijk te verkrijgendat
wij daartegenover ook eene zekere vergoeding ontvangen.
De heer Korevaar. M. d. V. Het is waar, wat de heer
Sytsma zegt, dat, wanneer deze overeenkomst wordt gesloten,
de gemeente de lasten op zich neemt van het onderhoud
van den weg, die tot nu toe door den Staat werden gedragen,
maar op de geheele oppervlakte straat waarvoor de gemeente
onderhoudsplichtig isis deze vermeerdering maar zeer gering.
Doch vele kleintjes maken een groote en wanneer de moge
lijkheid bestond om voor den nieuwen onderhoudslast eene ver
goeding te verkrijgen, zou ik de eerste zijn om daartoe eene
poging te doen. Maar dat is absoluut onmogelijk. Wij moeten
de overeenkomst aannemen, zooals zij hier voor ons ligt, of
in het geheel niet; het Rijk wil van geene vergoeding weten.
Men moet niet vergeten, dat niet het Rijk de overneming
heeft aangeboden, maar, dat wij dit zelf hebben gevraagd in
het belang van onze ingezetenen, die zich tot den Raad
hebben gewend om daar ter plaatse een beteren toestand te
verkrijgen. De weg was daar altijd vuil, maar de gemeente
kon er niets aan doen; wanneer wij zelf de handen aan den
ploeg sloegen en een paar straatvegers aan het werk stelden
werden zij door het Waterstaatsbestuur weer weggezonden.
Wij willen nu den weg in eigendom hebben voor de gemeente,
en daarom hebben wij ons tot de Regeering gewend om dien
eigendom te verkrijgen. Nu ligt het voor de hand, dat wij
bij eene dergelijke transactie wat moeten toegeven. Bovendien
kan ik den heer Sytsma antwoorden, dat, wat hij wenscht,
reeds is beproefd. Er hebben besprekingen plaats gehad
tusschen den Burgemeester en den Ingenieur van den Water
staat, en deze laatste beeft pertinent verklaard, dat er geen
sprake van kan zijn, dat het Rijk iets zal toegeven. De
Minister is bereid een voorstel te doen om de straat aan de
gemeente over te geven en hij heeft daarbij de toezegging
gegevendatzoolang de onderhandelingen duren en er nog
geen wet is, de straat zoo goed mogelijk zal worden onder
houden en evenals tot nu toe in onderhoud en beheer zal
blijven bij den Waterstaat. Dus van het iets toegeven van de
zijde van het Rijk kan in het geheel geen sprake zijn.
De heer Fokker. M. d. V. Als ik den heer Korevaar goed
heb begrependan krijgen wij den weg in eigendommaar
in het contract lees ik, dat het Rijk alleen het beheer en
onderhoud aan de gemeente overdraagt. Wanneer het de
bedoeling is, dat wij het stuk weg koopen en in eigendom
krijgen, dan moet dit toch in het contract uitgedrukt staan.
De heer Korevaar. M. d. V. Ik heb mij niet juist uitge
drukt. De weg is reeds eigendom van de gemeente, maar wij
mogen daaraan niets doen, omdat hij in beheer en onderhoud
is bij het Rijk. Om nu de volle beschikking over den weg te
krijgen, trachten wij ook het beheer en onderhoud bij de ge
meente te krijgen.
De heer Sytsma. De prijs, waarvoor wij het stuk weg in
eigendom zullen krijgen is mij niet te duur, in aanmerking
genomen dat de gemeente meesteres wordt. Had ik geweten
dat er reeds onderhandelingen waren gevoerd met het doel
voor de gemeente iets toe te krijgen tusschen onzen Voor
zitter en den Ingenieur van den Waterstaat als gemachtigde
van het Rijk, dan zou ik natuurlijk niet hebben gevraagd om
daarover onderhandelingen aan te knoopen. Dit bleek echter
niet uit de ingekomen stukken en daarom meende ik in over
weging te moeten geven alsnog te beproeven dit: voordeel
voor de gemeente te verkrijgen. Waar is gebleken dat het
Rijk daartoe niet is te bewegen, zou ik de overdracht daarop
ook niet willen laten afstuiten.
De heer Vergouwen. Ik wil met een enkel woord mijne
voldoening uitspreken over het indienen van deze voordracht.
Verscheidene malen is door bewoners van den Hoogen Rijndijk
gerequestreerd om beter onderhoud en ik geloof, dat de
eenige weg om daartoe te geraken de thans gevolgde is. Ik neem
dan ook deze gelegenheid te baat om mijne voldoening daar
over uit te spreken.
De Voorzitter. Ik geloof ook, dat wij met voldoening
kunnen terugzien op het resultaat van onze onderhandelingen,
waardoor gevolg is gegeven aan het verzoek van de ingezetenen
daar ter plaatse. YVat de heer Korevaar heeft medegedeeld
omtrent de onderhandelingen tusschen mij en een Hoofd
ambtenaar van den Waterstaat is juist. Wij hebben getracht
eene kleine tegemoetkoming in het onderhoud van het Rijk
te verkrijgen, maar er werd mij pertinent medegedeeld, dat
wij daaraan niet behoefden te beginnen en daarom hebben
wij dit punt in de stukken ook niet verder besproken.
De beraadslaging wordt gesloten en het voorstel zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
XXVII. Verzoek van de Leidsche Duinwatermaatschappij
om toestemming tot het sluiten van een geldleening, groot
ƒ150000
(Zie Ing. St. n°. 216.)
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
conform het praeadvies besloten.
XXVIII. Voorstel tot verhooging van de jaarwedde van den
2den geneesheer van het gesticht «Endegeest".
(Zie Ing St. n°. 203.)
De heer Zwiers. M. d. V. Ik zou even wilen vragen, of
het de bedoeling is om den heer Janssens, dien ik gaarne
aan de inrichting verbonden zie blijven, persoonlijk die ver
hooging toe te kennen, dan wel, of het nu zal worden eene
blijvende verhooging van de jaarwedde van den 2en geneesheer
met ƒ500? Ik vind dit niet duidelijk uitgedrukt in de stukken.
De Voorzitter. Bij de verordening is geen traktements
regeling opgenomen; bij de begrooting wordt telkens zelf
standig de post voor traktementen uitgetrokken. Om tijdig
gereed te zijn is dit voorstel riu al ingediend, om vóór de
begrooting reeds de toestemming tot verhooging van het
traktement te verkrijgen. Wanneer er echter een nieuwe
geneesheer komt, zijn wij met de regeling van zijn trakte
ment geheel vrij.
De beraadslaging wordt gesloten en het voorstel zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
XXIX. Verzoeken van de vereeniging «Leiden's Belang"
e. a. betreffende het aanwijzen van een gemeenschappelijke
staanplaats voor de boden en vrachtrijders.
(Zie Ing. St. n°. 201.)
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
conform het praeadvies besloten.
XXX. Voorstel;
a. om het onderwijs aan de school 2e klasse voor jongens
en meisjes, met ingang van den cursus 1908/9, met een 7e
klasse uit te breiden;
b. tot toevoeging aan die school van 4 leerlokalen en een
gymnastieklokaal.
(Zie Ing. St. n°. 206).
De heer Sytsma. Hét is mij natuurlijk eene voldoening dat
Burg. en Weth. in overeenstemming met hetgeen ik hier