104
visser (305) met f2.45; L. A. Veltkamp (219) met f 0.14; H. C. J.
M. Verhaaff (123) met f 4.09; J. Verhaar (291) met f 3.27
J. C. Verhoeven (282) met f 2.46; J. A. Verhoog (200) met
f 8.18; J. van Vliet (101) met f 8.18; J. de Wagenaar ("288)
met f 1 64; J. van Weeren (297) met f4.09; H. J. Welling
(169) met f 8.18; N. van Weizen (324) met f 1.64; Wed. R.
de WildeTom (251) met f 16.36; J. Wilhelm}7 Damsté(41)
met f 65.44; A. de Wolf (286) met f 4.91; J. H. G. van
Wulftten (224) met f2.04; N. Zaalberg (274) met f2.45;
en te roleeren de aanslagen van:
W. F. Drechsel (58); P. de Gunst (95); J. de Kier (107);
P. P. Leendertz (85); Th. Van Malde (56); A. de Ru (247);
W. Segaar (32); J. H. Smidt van Gelder (54).
Het totaal bedrag der verminderingen bedraagt 1440.88.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 327. Leiden, 21 December 1906.
Omtrent de beslissing welke op het hierbij aan Uwe Ver
gadering overgelegd verzoek van de heeren van Waverenc.s.,
allen officieren der d.d. Schutterij, alhier, behoort te worden
genomen, bestaat in ons college geen eenstemmigheid. Ter
wijl toch de meerderheid van meening is, dat afwijzend op
het verzoek behoort te worden beschikt, zou de minderheid
het voortbestaan! van het tegenwoordige muziekcorps dei-
schutterij als stedelijk muziekcorps gaarne verzekerd zien.
De meerderheid acht een jaarlijksche uitgave van 4000.
ten behoeve van een corps, welks praestaties op muzikaal
gebied inderdaad hoogst middelmatig zijnniet voldoende
gemotiveerd. Meent de gemeente, dat zij na de opheffing van
de schutterij over een stedelijk muziekcorps moet zullen kun
nen beschikken, dan zal dat corps ook goed voor den dag
moeten kunnen komen en zal de gemeente daaraan zonder
schroom den naam van stedelijk muziekcorps moeten kunnen
geven. Maar dan zal ook zonder twijfel de jaarlijks daaraan
te verleenen subsidie belangrijk hooger moeten zijn dan
f 4000.Immers uit een door ons ingesteld onderzoek bleek,
dat aan het stedelijk muziekcorps te Haarlem, dat alom gun
stig bekend staat en welks exploitatiekosten dan ook jaar
lijks ongeveer 32000.bedragen, door de gemeente een
jaarlijksche subsidie wordt verleend van 10.000.Ook de
stedelijke muziekcorpsen te 's Hertogenbosch en te Kampen
kosten aan die gemeenten jaarlijks meer dan f 4000.Er
is dan ook alle reden om te verwachtendat indien thans een
bijdrage van 4000werd verleend, deze al spoedig hooger
zou moeten worden. Maar ook al ware dit niet zoo, dan nog
meent de meerderheiddat niet op het verzoek behoort te
worden ingegaan. Want niet alleen, dat een jaarlijksche uit
gave van f 4000.voor een muziekcorps, dat niet hooger
staat dan en samengesteld is als het tegenwoordig mu
ziekcorps der schutterij, niet te verdedigen zou zijnmaar
aan een tweede muziekcorps bestaat in onze gemeente, die
over het uitstekende muziekcorps van het 4e regiment infan
terie kan beschikken, ook geen behoefte. In die enkele geval
len waarin dit niet mogelijk is, kan zeer goed door een corps
van buiten worden voorzien.
Daartegenover wil de minderheid het verzoek uitsluitend
beschouwd zienzooals het gedaan wordt. Men vraagt hand
having van het corps op den legenwoordigen voet en daarvoor,
het is uitdrukkelijk door de beide eerstondergeteekenden ver
klaard, is een gemeentelijke subsidie van f 4000.voldoende.
Het gaat dan ook volgens de minderheid niet aan tegen de
inwilliging van het verzoek aan te voeren, dat het corps in
de toekomst aan de gemeente meer zal kosten.
Daarbij wijst de minderheid op de vele goede diensten door
het muziekcorps der schutterij thans aan de gemeente be
wezen, op de volksconcerten in het Park, op de muziekuit
voeringen in «Musis Sacrum", en op de uitvoeringen op na
tionale en andere feestdagen hetzij in dienst van de gemeente,
hetzij in die van verschillende vereenigingen gegeven. In vele
dier gevallen zou over het muziekcorps van het 4e Regiment
infanterie niet kunnen worden beschikt, omdat dit dan mili
taire plichten te vervullen heeft Bovendien wijst de minder
heid op het geldelijk nadeel, dat uit de opheffing van het
muziekcorps, in de eerste plaats voor den kapelmeester, maar
verder ook voor vele andere ingezetenen der gemeente, zou
voortvloeien. Het zou velen hunner zwaar vallen hun ver
dienste als musicus te moeten missen.
En eindelijk vraagt de minderheid, wat, indien de gemeente
het muziekcorps der infanterie eens kwam te verliezen 1 De
gemeente zou dan geheel zonder muziekcorps zijn. Zij zou dit
echter niet kunnen missen en dus tot de oprichting Van een
stedelijk muziekcorps moeten overgaan. Maar dan zou die op
richting ongetwijfeld met belangrijk hoogere uitgaven moeten
gepaard gaan, dan het betrekkelijk gering bedragwaarvoor
thans het bestaande corps kan worden in stand gehouden.
Voor de meerderheid zijn deze argumenten echter niet over
tuigend. Ook haar zou het leed doen, indien enkele inge
zetenen tengevolge van de opheffing van de schutterij muziek
eenige bijverdienste moesten missen. Maar zij wijst er opdat
hier dan toch alleen maar van bij vei diensten sprake kan zijn.
Bij onderzoek bleek haar dat de tractementeri door de ver
schillende muzikanten genoten, uiteenloopen van f 25.tot
150.En nu gaat het toch niet aan te zeggen, dat deze,
die allen een of ander beroep uitoefenen en wier lidmaat
schap van het muziekcorps der schutterij dus slechts als een
nevenbetrekking moet worden beschouwd, daardoor uit hun
brood zouden worden gestooten. Alleen de kapelmeester zou
ernstiger worden getroffen. Maar mag nu de gemeente ter
wille van één persoon een muziekcorps in stand houden,
indien zij daartoe overigens geen termen aanwezig zou achten?
En ook het argument dat de gemeente bij een eventueel
verlies van het muziekcorps der infanterie, over geen enkel
muziekcorps zou kunnen beschikken, heeft voor de meerder
heid geen beteekenis. Integendeelindien de gemeente tot de
oprichting van een stedelijk muziekcorps zou moeten over
gaan, dan zou het h. i. verre de voorkeur verdienen om geheel
vrij te staan, dan verplicht te zijn op eenmaal bestaande
ondeugdelijke grondslagen te moeten voortbouwen. De meer
derheid is dan ook van meening dat een uitgave van jaar
lijks f '10.000.voor een goed muziekcorps misschien gemo
tiveerd zou zijn; niet eene van f 4000.voor de instand
houding van een corps, dat men, zooals het is, voor de dien
sten die het thans praesteert wellicht voldoende, maar als
stedelijk muziekcorps bepaald ontoereikend acht.
En waar eindelijk de minderheid er nog op wijst, dat men
niet altijd over de diensten van het muziekcorps der infanterie
zal kunnen beschikken, welnu in deze enkele gevallen zal
men zich met muziekcorpsen van elders moeten helpen. Maar
in het algemeen wordt door dat muziekcorps op zeker
alleszins voldoende wijze in de hier bestaande behoefte voor
zien. Twee muziekcorpsen heeft Leiden inderdaad niet noodig.
Ons college geeft u dan ook in overweging afwijzend op
het verzoek te beschikken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
De ondergeteekenden allen Officieren der dd. Schutterij te
Leiden, opkomende voor de belangen van het Muziek-Corps
dier Schutterij en daaromzoo mogelijkeen einde wenschende
te maken aan de onzekerheid waarin de leden van dit Corps
omtrent hun toekomst verkeeren, naar aanleiding van het
besluit genomen in de zitting van den gemeenteraad van 31
October 1906 betreffende de Subsidie aan dit Corps, noodigen
den gemeenteraad beleefd doch dringend uit, dat hij zich
indien eenigszins mogelijk vóór 1 Januari 1907 uitspreke of
het in de bedoeling van den Raad ligt het Muziek-Corps
met ingang van 2 Augustus 1907 als een Stedelijk Muziek-
Corps te doen voortbestaan.
De datum van 1 Januari wordt hier aangegeven orndat in
den regel de sluiting der Contracten tot het geven van Con
certen voor een volgend Seizoen in de maand Januari plaats
heeft; dat reeds nu eene aanvraag is ingekomen; en, daar
de Concerten tot in September voortduren, het sluiten van
Contracten met een Corps, welks bestaan na 1 Augustus
niet verzekerd is, groote moeielijkheden zal opleveren, zoo
niet onmogelijk zal zijn. De ondergeteekenden vertrouwen dat
de Raad wel tot een voortbestaan zal besluiten, omdat:
1°. door de opheffing van het Corps met 1 Augustus een
enkele broodeloos zal zijn en velen een grooter of kleiner deel
van hun inkomen zullen moeten missen;
2°. dat door de opheffing der Schutterij de gemeente uit
gaven jaarlijks reeds met een niet onbelangrijk bedrag worden
ontlast, terwijl de Subsidie voor het Muziek-Corps en de
aanschaffing voor instrumenten thans ƒ4000'sjaars bedragende,
niet zal behoeven te worden verhoogdindien het Muziek-
Corps op denzelfden voet als thans worde in stand gehouden en
beheerd(zie bijl. 1
3°. dat het voor een gemeente als Leiden wel haast nood
zakelijk genoemd 'mag worden een dergelijk Corps te bezitten
dat toch jaarlijks zulke goede diensten aan de gemeente
bewijst; noemen wij slechts de volksconcerten oorspronkelijk
op 10 bepaald, thans reeds vrijwillig tot 20 vermeerderd; de
uitvoeringen op verjaardagen van de leden van het Vorstelijk
huis, op welke dagen toch het uiterst moeilijk is Corpsen van
buiten te verkrijgen, gezwegen nog van de kosten; dat de
3 Octobervereeniging, de Vereeniging tot Bev. van liet
Vreemd, verkeer, de Vereeniging voor de Volksbijeenkomsten,
enz. bij hunne voor de Gemeentenaren te geven feesten steeds
op de hulp van Zoo'n Corps kunnen rekenen.
Redenen waarom zij hopen dat hun boven uitgesproken
vertrouwendoor den Raad niet zal worden beschaamd.
1t welk doende, enz.
Van Waveren,
Majoor.
(Volgen de namen van nog 7 adressanten.)
Leiden, den 23 November 1906.