DONDERDAG 21
DECEMBER 1905.
183
Zitting van Donderdag 21 December 1905.
Geopend des namiddags te twee uren.
Voorzitter: de Heer Mr. N. DE RIDDER, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1° Beëediging en installatie van het nieuw benoemde raadslid,
J. C. Zaalberg Jzn.
2° Voorstel tot continuatie ven Mej. J. A. Kits van Heijningen
als tijdelijk leerares in de Natuur- en Scheikunde aan de
Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (289)
3° Verzoek van E. Munting om het gebruik van een lokaal der
school 4e klasse n°. 1, voor het houden van een Zondags
school. (287)
4° Verzoek van G. Riethoven om verhooging van het hem
toegekend pensioen tot 2/s van zijn pensioensgrondslag. (271)
5° Voorstel om de verlengde Hansenstraat tusschen de Groen-
oordstraat en de z.g. Brugstraat, kosteloos in eigendom en
onderhoud bij de gemeente over te nemen. (291)
6° Voorstel tot afschaffing van de overgangsexamens aan het
Gymnasium. (290)
7° Verzoeken van Jac. Bink c.s. en M. H. de Tombe c.s. om
de beerputten, voorgeschreven bij het bouwen van woningen,
van gemeentewege te doen plaatsen en daarentegen van
de huiseigenaren eene recognitie te heffen. (292)
8° a. Voorstel in zake het invoeren van geneeskundig toezicht
op de lagere scholen van on- en minvermogenden:
b. Vaststelling van de verordening, regelende het genees
kundig toezicht op de openbare en bijzondere scholen
voor on- en minvermogenden en den werkkring van
den schoolarts;
c. Benoeming van een schoolarts;
d. Vaststelling van den staat van af- en overschrijving op
de begrooting, dienst 1909. (152 en 293)
Tegenwoordig zijn 24 leden, als de heerenVergouwen, van
der Lip, van der Eist, Driessen, Fockema Andreae, Zwiers,
Witmans, Sijtsma, Bosch, Bots, A. Mulder, de Boer, Hassel-
bach, van Tol, van Gruting, Fokker, Le Poole, Juta, P. J.
Mulder, Korevaar, de Vries, Zaalberg, van Hamel, Meuleman,
alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren: Eerstens wegens ongesteldheid,
de Goeje wegens ambtsbezigheden, Reimeringer en Paul wegens
uitstedigheid, Timp wegens verhindering, Aalberse en van der
Vlugt wegens vergadering der 2e Kamer.
De Voorzitter. Ik stel nu allereerst aan de orde:
Beëediging en installatie van het nieuw benoemde raadslid
J. C. Zaalberg Jzn.
Ik verzoek den Secretaris den Heer Zaalberg binnen te
leiden.
De Heer Zaalberg, binnengeleid zijnde, legt de bij de wet
gevorderde eeden af.
De Voorzitter. Mijnheer Zaalberg, ik wensch U geluk met
het vertrouwen, dat de kiezers in U hebben gesteld en ik heet
U welkom in deze vergadering. Ik verzoek U, den voor U be
stemden zetel in te nemen en aan onze beraadslagingen en
besluiten te willen deelnemen.
De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van 30 November worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1°. Mededeeling van L. G. van Dorp, dat hij de benoeming
tot lid der Commissie tot wering van Schoolverzuim aan
neemt.
2°. Mededeeling van Mr. J. E. Heeres, dat hij de benoeming
tot Regent van het Gereform. Minne- of Arme Oude Mannen-
en Vrouwenhuis aanneemt.
3°. Mededeeling van A. Koppier, dat hij de benoeming tot
lid-werkman van het Bestuur der Arbeidsbeurs aanneemt.
4°. Mededeeling van P. F. C. Marks, dat hij de benoeming
tot lid-werkgever van het Bestuur der Arbeidsbeurs aanneemt.
5E Ontvangstbericht van Gedep. Staten van de Verordening
van 30 November j.ltot wijziging van de verordening op
wegen, lanen, straten enz. en wateringen, en slooten.
6°. Dispositie van Gedep. Staten, ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot wijziging der begrooting, dienst 1905,
voor de terugbetaling van een bedrag van f 758.07 van het
kapitaal der Stads Bank van Leening.
7°. Mededeeling van de firma Guldemond Zn. te Lisse,
dat zij voorloopig afziet van haar verzoek om den wegberm
langs de Haarlemmertrekvaart van Piet Gijzenbrug tot halfweg
Haarlem te mogen koopen.
8°. Mededeeling van H. J. v. Kerkhoff en B. Resink, dat zij
hunne benoeming, respectievelijk tot lid-werkman en plaats
vervangend lid-werkman van het Bestuur der Arbeidsbeurs
aannemen.
9°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goedge
keurde raadsbesluiten
a. tot verhuring van 3 lokalen in het Caecilia-Gasthuis aan
A. J. den Hollander,
b. tot kostelooze overname in eigendom en onderhoud bij
de gemeente van een strook gronds aan den Maresingel,
kad. bekend Sectie K n°. 162 gedeeltelijk,
c. tot aankoop, ten behoeve van de uitbreiding der Veemarkt,
van het perceel 2e Binnenvestgracht 18.
10°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot wijziging van de begrooting, dienst
1905, voor den aankoop van eenige perceelen ten behoeve
van de uitbreiding van de Veemarkt.
11°. Mededeeling van Dr. C. L. Rumke dat hij, wegens ver
trek uit de gemeente, ontslag neemt als lid der Plaatselijke
Schoolcommissie.
12°. Mededeeling van C. Laterveer, dat hij de benoeming
tot plaatsvervangend lid-werkman van het Bestuur der Arbeids
beurs niet aanneemt.
13°. Mededeeling van C. H. Kouvv, dat hij de benoeming
tot lid-werkman van het Bestuur der Arbeidsbeurs aanneemt.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek var, de Leidsche Runder- en Varkensslagers-
vereeniging om in de cantine van het Openbaar Slachthuis
ten dienste van de slagers een telephoontoestel te doen aan
brengen en om den knecht, belast met het wegen van kalveren
enz., te beëedigen, opdat hij het gewicht kan constateeren.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren,
Ondergeteekende, de Leidsche Runder- en Varkensslagers-
vereeniging, goedgekeurd bij Koninkl: Besl: d. d. 10 Juli
1894 Staatsbl. n°. 189, neemt eerbiedig de vrijheid UEd:
Achtbaren te verzoeken:
1°. Ten gebruike van de slagers een telefoontoestel te
willen doen plaatsen in de Cantine van het Openbaar Slacht
huis, en
2°. De knecht belast met het wegen van kalveren en
varkens te willen doen beëedigen, opdat hij tevens bevoegd
zij de wicht te constateeren.
Zij veroorlooft zich op te merken dat nu de Cantine weder
geopend is, het voor de slagers een groot gemak zoude zijn,
evenals vroeger, weder gebruik te kunnen maken van de
telefoon, zonder daarmede, zooals thans het geval is, de
Directie of het personeel te moeten lastig vallen, en dat het
voor snelle en geregelde afdoening der zaken het zeer gewenscht
is, dat de thans met het wegen der kalveren en varkens
belaste knecht, beëedigd worde, opdat hij niet bij iedere
weging een der keurmeesters van hun onderzoek behoeft af
te roepen, om de wicht te komen constateeren.
Zij vermeent dat beide zaken niet alleen in het belang der
slagers zullen blijken te zijn, maar zeer zeker ook in het
belang eener geregelde gang van zaken in het slachthuis,
redenen waarom zij met vrijmoedigheid durft aandringen op
het nemen der door haar gevraagde veranderingen.
Zich vleiende met eene gunstige beschikking
Met verschuldigde Hoogachting
Namens de Vereeniging voornoemd:
Voorzitter
O. J. Leyh.
Secretaris
Leiden, 1 December 1905.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
2°. Verzoek van het Bestuur der vereeniging »Rembrandt
Harmensz. van Rijn", om een subsidie van ƒ2000.— in de
kosten van een in 1906 te houden tentoonstelling, bij gelegen
heid van de herdenking van den geboortedag van Rembrandt.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden
geeft met verschuldigde achting te kennen het bestuur der
Vereeniging Rembrandt Harmensz. van Rijn, te Leiden, waar
van de Statuten zijn goedgekeurd bij K. B. van 6 Februari
1905, N° 8,
C. WlJNNOBEL.
