DONDERDAG 26 OCTOBER 1905.
143
Zitting van Donderdag 26 October 1005.
Geopend des namiddags te één uur.
Voorzitter: de heer Mr. N. DE RIDDER, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1° Verzoek- van Dr. J. C. J. Bierens de Haan om ontslag
als lid der Commissie van Toezicht op het Middelbaar
Onderwijs. (243)
2° Benoeming van een lid der Commissie van Toezicht op
het Middelbaar Onderwijs. (243)
3° Benoeming van een onderwijzer aan de school in de
Ileerenstraat. (246)
4° Benoeming van een onderwijzeres aan de school in de
Heerenstraat. (246)
5° Benoeming van een 4e onderwijzeres in de handwerken
aan de school der 4e klasse No. 1. (244)
6° Verzoek van Mej. M. G. de Bruyn om eervol ontslag als
onderwijzeres aan de school der 3e klasse No. 6. (247)
7° Rekening, dienst 1904, van het H. G. of Arme Wees- en
Kinderhuis. (245)
8° Rekening, dienst 1904, van de vereeniging tot bevordering
van den bouw van werkmanswoningen. (248)
9° Eerste suppletoir kohier der plaatselijke directe belasting,
dienst 1905. (249) x
10° a. Herstemming over art. 1 der verordening, regelende de
heffing eener belasting op openbare vermakelijkheden
te Leiden. (27 en 179).
b. c. q. Voortzetting van de behandeling der verordening
regelende de heffing en behandeling van die regelende
de invordering dier belasting. (27 en 179)
11° Begrooting van inkomsten eri uitgaven der gemeente voor
den dienst 1906. (239 en 240)
12° Voorstel:
a. tot oprichting van een gemeentelijke arbeidsbeurs;
b..tot vaststelling van de verordening tot regeling van
de arbeidsbeurs der gemeente Leiden. (176, 185 en 208).
13° Vaststelling van de verordening, houdende wijziging van
de artt. 45 en 63 der verordening op de Straatpolitie van
den lea April 1897 (Gem. blad n°. 6), laatstelijk gewijzigd
bij de verordening van den 29en December 1904. (Gem.
blad n°. 34) (228)
14° Vaststelling van de verordening, houdende aanvulling van
de verordening op de straatpolitie van den len Aprif 1897
(Gem. blad n°. 6), laatstelijk gewijzigd bij de verordening
van den 29e° December 1905. (Gem. blad n°. 34). (229)
Tegenwoordig zijn 28 leden, als de heeren: Fokker, Bosch,
Sijtsma, Bots, de Boer, van der Eist, de Goeje. Le Poole,
Hasselbach, Fockema Andreae, van der Lip, van Gruting,
P. J. Mulder, Zwiers, Vergouwen, Paul. Driessen, Witmans
van der Vlugt, Timp, van Tol, Aalbersevan Hamel,
Korevaar, Juta, de Vries, Meuleman en A. Mulder, alsmede
de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren: Reimeringer wegens uitstedigheid
en Kerstens wegens ongesteldheid.
Er is 1 vacature.
De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van 12 October worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Mededeeling van den heer H. M. Sasse, dat hij de be
noeming tot lid der Commissie tot wering van Schoolverzuim
niet aanneemt.
2°. Mededeeling van den heer H. Paul, dat hij de benoeming
tot Commissaris der gemeente bij de Leidsche Duinwater
maatschappij aanneemt.
3°. Dispositie van Gedeputeerde Staten ten geleide van het
goedgekeurd raadsbesluit tot aanwijzing van de plaats van
oprichting van een 8e school der 3e klasse.
4°. Dankbetuiging van het Bestuur van het genootschap
«Mathesis Scientiarum Genitrix voor de toegekende verhoo
ging van subsidie.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van J. van der Spek e.a. om de verordening
van 3 Maart 1904 (Gemeenteblad n°. 4), zoodanig te wijzigen,
dat het openingsuur van de Veemarkt gedurende de maanden
December tot Maart op 6 uur wordt gesteld.
Dit stuk luidt als volgt
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigde eerbied te kennende onderge-
teekenden, allen hotelhouders, aan de Veemarkt wonende:
dat zij, door de laatste wijziging in de verordening regelende
het openen van den markt gedurende de wintermaanden,
zeer ernstig in hun bedrijf worden geschaad, voornamelijk
dat door de bepaling dat van af 1 December tot 1 Maart
eerst ten zeven ure, toegang tot den markt wordt gegeven;
dat het toch sedert onheuglijke jaren is, de opening
van den Veemarkt vroeger was gesteld en den handel ook
daarmede was gebaat:
dat zich nu, door de gewraakte bepaling het verschijnsel
voordoetdat zij zoo goed als geen loge's meer hebbenals
een gevolg hiervan dat de kooplieden thans met de eerste
treinen nog Leiden kunnen bereiken, voor dat de handel
begint;
dat uit een algemeen oogpunt bezien het niet bepaald
wenschelijk is dat in genoemde maanden de markt eerst ten
zeven ure aanvangt:
dat zelfs de handel in kalveren, ook geen beletsel kan zijn,
aangezien zelfs wanneer het noodig wordt geacht, kalveren
bij kunstlicht in stallen worden bekeken en gekocht;
dat zij met het oog op hunne lasten die zij te dragen
hebben, zoowel aan het Rijk als de Gemeente, de vrij
heid nemen Uwen Raad eerbiedig te verzoeken, alsnog in
overweging te willen nemen de wijziging van de verordening
van 3 Maart 1904, n°. 4 in dien zin dat gedurende de maan
den DecemberMaart ook de markt ten zes ure wordt aan
gevangen.
't Welk doende
met verschuldigde hoogachting,
J. van der Spek.
J. Fr. Feltkamp.
M. J. Wervelman.
A. N. Beijersbergen.
Wed. J. H. H. Borgerding.
N. Gordijn.
N. Rosenbaum.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
2°. Verzoek van dé firma Guldemond Zn. te Lisse om
een gedeelte wegberm van de Haarlemmertrekvaart te mogen
koopen.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
3°. Begrooting, dienst 1906, van het H.G. of Arme Wees-
en Kinderhuis. .'II
4°. Rekening, dienst 1904, van het R,-Kath. Wees- en Üude-
liedenhuis.
Worden gesteld in handen van de Commissie van Financiën.
5°. Bezwaarschriften van verschillende personen tegen hun
nen aanslag in de plaatselijke directe belasting, dienst 1905.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
6°. Verzoek van de Vereeniging «Jacob Cats" om de veror
dening op de heffing van een belasting op openbare verma
kelijkheden zoodanig te wijzigen, dat hare uitvoeringen niet
belast worden.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Edelachtbaren Raad der gemeente Leiden.
Geven met verschuldigden eerbied te kennenG. W. Zand-
voort Jr. en P. J. Konings respectievelijk voorzitter en
Secretaris der Leidsche Tooneelvereeniging «Jacob Cats"
(opgericht 10 Nov. 1874),
dat zij in het jongste Gemeenteraads Verslag, tot hunne
groote teleurstelling hebben gezien, dat bij aanneming van
art. I der verordeningregelende de belasting op de openbare
vermakelijkheden, waarover in de zitting van 12 Octoberj.l.
de stemmen hebben gestaakt, ook de uitvoeringen van
genoemde Vereeniging zullen worden getroffen:
dat zij, geheel onderschrijvende, hetgeen waarop elders
(Leidsch Dagblad van 19 Sept. j.l.) door een ingezonden stuk
reeds gewezen is, dat de opbrengst dezer verordening, hoe
zuinig de controle ook worde ingerichtvan geen beteekenis
zal zijn, en dat deze voor verschillende Vereenigingendie
doorgaans toch reeds met financieele moeielijkheden hebben
te kampeneen algeheelen ondergang zal ten gevolge hebben
dat zij niet kunnen aannemen, dit de bedoeling uwer
vergadering kan zijn, te minder, daar tooneeluitvoeringen
en meer in 't bijzonder die van liefhebberij gezelschappen
(in sqmmige'r oog een twijfelachtig genoegen) ook bij hen,
die niet geheel onbekend zijn, met doel en werken eener
Tooneelvereeniging, het toch vast staat, dat van de repetitiën
en uitvoeringeninzonder voor hendie daaraan een werkend
deel nemen, opvoedende kracht uitgaat;
dat zij zichverder aansluitende bij de woorden van Mr.
S. J. Fockema Andreae, die in bovenbedoelde Gemeente
raadszitting o. a. wees, op de onbillijkheden, waaronder
b. v. de Toonkunst Concerten en de Uitvoeringen van «Jacob