1
12
een als kasgeld op te nemen bedrag van 150000.
welke som, naar werd vermoed, niet over het volle
jaar noodig zou zijn.
Thans is, in verband met onderscheidene buiten
gewone uitgaven, waarvoor tot dusver geen vaste
leening werd aangegaan, eene som van ƒ305000.
opgenomenterwijl met een som van ƒ350000
voor op te nemen kasgeld moet worden rekening
gehouden voor de te betalen rente- Deze zou bij
den tegenwoordigen rentevoet tot het einde van
1905 eene uitgaaf vorderen van ƒ10050.Het
artikel, dat op ƒ5000.was geraamd, zal daarom
met ƒ5050.moeten worden verhoogd.
Volgn. 197. Kosten van rechtskundig en ander
deskundig onderzoek84.—
Op dit artikel is thans een uitgaaf noodig van
ƒ1058.15. De raming is bij Raadsbesluit van 18 Mei 1.1.
gebracht op 975.Eene aanvulling van den post
met in ronde som 84.— is dientengevolge noodig.
Het totaal der vorenstaande verhoogingen be
draagt 13324.—.
Tot dekking van dit bedrag kan worden beschikt
over de te verwachten hoogere ontvangsten op:
Volgn. 2. Huur van huizenmet487.50
Volgn. 3. Huur of pacht van landerijenmet 577.50
Volgn. iO. Renten van kapitalen, h. wegens op
andere wijze belegde gelden met'1724.
Volgn 29. Ontvangsten ter zake van de Gasfabriek
met5000.
Volgn. 32 Ontvangsten ter zalce van hei Krank
zinnigengesticht Endegeest en het Sanatorium
Rhijngeest, met1000.
Verder over een te verwachten overschot op:
Volgn. 202. Premie, verschuldigd aan de Rijks
verzekeringsbank, ad900.
en door afschrijving van ƒ3645.van den post:
Volgn 205 Onvoorziene Uitgaven3645.—
waarop nog 6639.— beschikbaar is.
Totaal. 13324
Wij geven U in overweging tot de vorenstaande ver
hoogingen te besluiten en den hierbij overgelegden begroo-
tingsstaat, model C, dienst 1905, vast te stellen.
Aan den Gemeenteraad Burg. en Weth. van Leiden.
K°. 211. Leiden12 September 1905.
Bij nevensgaand schrijven van 5 December 1904 werd door
de schoolcommissie onze aandacht gevestigd op het gebrek
aan plaatsruimte dat zich sinds den bouw der school 3de klasse
n3. 6 langzamerhand weder op de lagere scholen der 3de en
4de klasse hier ter stede deed gevoelen. Tevens werd ons
verzocht maatregelen te willen nemen welke zouden kunnen
leiden tot de stichting van een nieuwe school der 3de klasse
en tot het maken van de school 3de klasse n°. 2, aan de
van der Werfstraat, tot een gemengde school 3de en 4de
klasse.
Twee redenen waren er, waarom door ons niet aanstonds
aan dat verzoek werd gevolg gegeven.
In de eerste plaats waren wij niet ten volle overtuigd dat
de bouw, reeds thans, van een nieuwe school 3de klasse, niet
over een paar jaren zou kunnen blijken voorbarig te zijn
geweest.
In de tweede plaats miste de gemeente ten eenenmale de
beschikking over terreinen welke voor den bouw dier nieuwe
school geschikt konden worden geacht.
Wat het eerste punt betreft was in den boezem van ons
college twijfel gerezen of niet de wijzigingen, onlangs in de
wet op het Lager onderwijs gebracht, ten gevolge zouden
kunnen hebben dat het gebrek aan plaatsruimte op de open
bare scholen in de eerstvolgende jaren in stede van toe te
nemen, eer zou verminderen. Immers ons was medegedeeld,
dat plannen bestonden omzoodra de wijzigingen der wet
op het Lager onderwijs kracht van wet zouden hebben ge
kregen tot den bouw van eene bijzondere Roomseh-Katho-
lieke school over te gaan. Bedacht men nu dat onze lagere
scholen der 3de en 4de klasse door niet minder dan wel
haast 600 Roomsch Katholieke leerlingen werden bezocht,
dan was het geenszins onmogelijk, dat juist wanneer de
nieuwe school gereed zou zijnalle of althans vele dier leer
lingen de openbare school zouden verlaten om tot de nieuwe
school over te gaan. Bovendien vernamen wij bij geruchte
dat ook van andere zijde pogingen werden aangewend om de
stichting van een nieuwe bijzondere school tot stand te bren
gen. Het gevaar mocht dus geenszins denkbeeldig worden ge
acht, dat juist wanneer de nieuwe school zou zijn voltooid,
het aantal leerlingen dat zich voor plaatsing op de openbare
scholen zou aanmeldeneer minder dan meer zou zijn dan
thans het geval is.
En wat de plaats betreft, zoo waren herhaalde pogingen,
door ons aangewend om beslag te leggen op een open ter
rein, uitnemend gelegen juist in dat deel der gemeente waar
aan de nieuwe school het meest behoefte zou bestaan en
uitermate voor schoolbouw geschikt, afgestuit op de onge
neigdheid van den eigenaar om den eigendom van dat terrein
ook tegen zeer voldoenden prijs aan de gemeente af te staan.
Beide bezwaren zijn intusschen thans uit den weg geruimd.
Wij hebben goede gronden om te meenen dat aan de plan
nen tot de stichting van bijzondere scholen althans voorals
nog geen uitvoering zal worden gegeven.
En voorts zijn wij er in geslaagd, nagenoeg in hetzelfde
deel der gemeentewaar het boven besproken terrein gelegen
is, beslag te leggen op een stuk open grond met daaromheen
gelegen huiszencomplexdatna afbraak der huisjes, al weinig
minder geschikt voor den bouw der nieuwe school zal zijn,
als dat waarop aanvankelijk ons oog was gevestigd. l)it
terrein is gelegen aan den Zuidsingel, in de zoogenaamde
kous, het bouwblok, dat begrepen is tusschen dien Singel
en de Kijfgracht, de Haven en de Kalvermarkt. Het bevat,
behalve open grond, elf huizen en diverse pakhuizen en is
in het geheel groot 13 A. en 60 c.A. Na afbraak der huisjes
zal het door een 8 Meter breeden toegang van den Zuidsingel
te bereiken zijn en biedt het voldoende ruimte aan om
daarop een school te bouwen die aan alle zijden door een
speelplaats kan worden omgeven. De koopsom bedraagt 8600
en is dus ongeveer even hoog als die welke in 1902 voor het
terrein van de Paul Krugerschool werd betaald. Neemt men
nu in aanmerking, dat de samenstelling van de bevolking
der scholen 3de klasse leert, dat juist in het stadsgedeelte,
begrepen tusschen de Haven, de Heerengracht, de Nieuwe
Rijn en den Zijlsingel, een nieuwe school het meest noodig
is, dan meenen wij dat de gemeente zich gelukkig kan reke
nen, dat wij er in geslaagd zijn voor niet te hoogen prijs
op genoemd terrein beslag te leggen.
En wat ten slotte de vraag betreft, die wij anders in
de eerste plaats zouden hebben onder de oogen gezien,
of inderdaad de bevolking van de scholen 3de en 4de
klasse in de laatste jaren dermate is toegenomen en nog
toeneemt, dat wederom aan een nieuwe school behoefte
bestaatdit behoeft na de klemmende uiteenzetting van de
plaatselijke schoolcommissie, in nevensgaand schrijven vervat
wel geen nader betoog. Wij kunnen ons met deze uiteen
zetting dan ook ten volle vereenigen. Indien wij daarop iets
moesten afdingen, dan zou bet alleen dit kunnen zijn, dat
wij kinderen, die eigenlijk op scholen 4de klasse thuis be
hoorden, tegen betaling van schoolgeld op de scholen 3de
klasse zouden hebben gebracht, »ten gevolge van een met
het oog op het gebrek aan plaatsruimte op de scholen 4de
klasse misschien wel wat al te strenge beoordeeling der
vraag, of hunne ouders het schoolgeld konden betalen". Dit
nu mogen wij niet zoo maar toegeven. Trouwens ook de
commissie zelve laat iets verder recht wedervaren aan »het ern
stig en degelijk onderzoek, dat van wege uw (ons) college
ingesteld wordt naar de draagkracht der ouders der leerlin
gen." Volkomen waar is intusschen dat meermalen leerlingen
die op 4e klasse scholen thuis behooren, door ons zonder
schoolgeld te betalen op 3de klasse scholen moesten worden
toegelaten.
Bleek dus uit het rapport der schoolcommissie reeds dui
delijk, dat wederom aan den bouw van een nieuwe school
3de klasse behoefte bestaat, dit neemt niet weg dat ook
onzerzijds nog bij den aanvang van den nieuwen cursus in
April van dit jaar een opzettelijk onderzoek deswege werd
ingesteld. En toen bleek dat op tal van scholen in verschil
lende klassen meer leerlingen zijn geplaatst dan eigenlijk
zitplaatsen aanwezig zijn, zonder dat hieraan door een'ge
wijzigde school wij kindeeling kan worden tegemoetgekomen.
Maar bovendien, ook indien men alle 7 scholen der 3de
klasse tezamen nam, dan nog bleek het totaal aantal leerlin
gen in de 1ste, de 2de en de 5de klasse grooter te zijn dan het
aantal beschikbare zitplaatsenterwijl in de 4de klasse dat
aantal nagenoeg was bereikt.
Het is duidelijk dat onder deze omstandigheden geen oogen-
blik langer met den bouw eener nieuwe school mag worden
gewacht, wil niet het onderwijs in een volgend jaar ernstige stoor
nis door het steeds toenemende aantal leerlingen ondervinden.
Mitsdien geven wij U in overweging
'1°. in afwachting van de nader door ons ter zake van den
bouw in te dienen plannen, te besluiten tot de oprichting
van een 7de (8ste) openbare lagere school der 3e klasse,
bestemd voor 600 leerlingen
2°. ten behoeve dier school te besluiten tot den aankoop
van de perceelen, gelegen achter de Kalvermarkt en den Zuid
singel, zijnde elf huizen, diverse pakhuizen en open terrein,
kadastraal bekend onder Sectie C n" 135, 136, 137, 138,