58
de meerderheid van ons college weigert vooralsnog te gelooven
dat dit inderdaad het geval zal zijn wanneer de veilingen
en de markt op dezelfde plaats behouden blijven. Veeleer
gelooft zij dat de gewenschte verbetering geleidelijk zal tot
stand komen; dat de animositeit eenerzijds, het verzet ander
zijds geleidelijk zullen verminderen, wanneer beide partijen
begrijpen, dat zij slechts één en hetzelfde belang hebben, en
dat één groote, bloeiende markt ten slotte allen verkoopers moet
ten goede komen. Immers het kan der meerderheid van de com
missie geen ernst zijn, waar deze zegt, dat de «marleters"
zich met lagere prijzen tevreden stellen, alleen om de veilingen
tegen te werken. Ook de marleters zijn kooplieden en iedere
koopman tracht den hoogsten prijs van zijn product te maken.
Kan hij hetzij door aan de veilingen deel te nemen, hetzij
op de markt betere prijzen bedingen, hij zal zich alleen uit
zucht tot tegenwerking niet met een geringeren tevreden
stellen. Tijdelijk moge dit het geval zijn, op den duur zou
hij daarvan zelf de dupe worden en eigenbelang zal hem van
zelf nopen op den rechten weg terug te keeren.
Overigens gaat het niet aan er den markters een grief van te
maken, dat zij van het vertier dat de veilingen in het leven
roepen, trachten profijt te trekken om zelf betere prijzen te
maken. Dit is hun volle recht, en wij zouden er haast aan
toevoegen juist datgene wat met een markt wordt beoogd.
Iedere markt bedoelt immers juist koopers en verkoopers van
dezelfde waren zooveel mogelijk bij elkander te brengen.
Deiden hebben daarvan voordeel. Ten slotte zullen de beste
waren toch altijd den hoogsten prijs bedingen.
Alles te zamen genomen komt het ons dan ook voor dat
in de tegenwoordige regeling, althans voorloopig, nog geene
verandering behoort te worden gebracht en dat het adres van
de Leidsche Tuinders-Patroons-vereeniging ons tot dusver
allerminst aanleiding kan geven om de kooplieden, die niet
bij die vereeniging zijn aangeslotennaar het oude marktterrein
terug te brengen, waar uit de vele ingekomen adressen ten
duidelijkste blijkt hoezeer zij in het belang van hunnen handel
met de tegenwoordige zooveel gunstiger gelegen marktplaats
zijn ingenomen.
Bij de behandeling van de andere punten kunnen wij
kort zijn.
Aan het tweede gedeelte van het verzoek wordt reeds
thans voldaan. En in het veilingslokaal èn op het marktterrein
wordt reeds thans door daarvoor speciaal aangewezen politie
agenten toezicht gehouden, zoodat verstoring der orde niet
meer kan voorkomen.
Dat het derde, verzoek evenmin als het eerste voor inwilli
ging vatbaar is, daaromtrent bestaat zoowel bij de commissie
als bij ons college volkomen eenstemmigheid. Het gaat niet aan
op- de dagen, waarop de vereeniging hare veilingen houdt, van
2 tot 8 uur des namiddags het water, het terrein en den
walkant, van de veilingloods tot de Kippenbrug, te reser
veeren voor de schuiten van hen, die hun producten laten
Veilen bij de vereeniging. Ook daardoor zou het vrije markt
verkeer te zeer worden aan banden gelegd. De marktmeester
de adjunct-marktmeester en de politiebeambten zijn daarom
krachtens de hun bij de artt. 4 en 7 van de verordening op
de markten van 26 Mei 1898 (Gem. BI. n°. 10) en Art. 4
van het Reglement op het gebruik van de veilingloods van
28 Maart 1904 (Gem. BI. n°. 9) te waken dat de goede orde
niet: wordt verstoord. Het spreekt van zelf, dat niet kan wor
den toegestaan dat de goede gang der veilingen door kwaad
willigen zou worden belemmerd.
Eindelijk bestaat geen bezwaar om aan het vierde verzoek te
voldoen, mits men dit slechts niet zoo opvatte dat het aan
de Leidsche Tuinders Patroons-Vereeniging vrij zou staan,
ieder die haar niet welkom is, van de veilingen te weren.
Terecht zegt de commissie in haar rapport: ȟe vereeniging
is, als ieder ander, die zijn waren veilt, volkomen vrij deze
niet te gunnen aan een persoon, die haar niet aanstaat, doch
het staat niet te harer beoordeeling wie al dan niet zullen binnen
komen in de openbare aan de gemeente toebehoorende veiling
loods, die zij niet gehuurd heeft." Dit neemt intusschen niet
weg, dat er geen bezwaar kan bestaan om zooveel mogelijk
personen, welke in het geheel niets met de veilingen van
noode hebben, van het terrein te weren. Ook hier geldt het
feitelijk weer een quaestie van politietoezicht dat bij art. 4
van het Reglement op het veilingslokaal aan den marktmeester
en diens adjunct is opgedragen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan Den Wel.E Achtbare Heere Burgemeester Wethouders
en Gemeenteraad van Gemeente Leiden.
Met Deze Geeft Salomon Kukler fruithandelaar Wonende
Klarensteeg No. 36 te Leiden
Met verschuldigde Eerbied te kenne dat ik vernomen heeft
dat er door de Tuinders patroons vereeniging Een verzoek
is ingedient om de middagen van bovengenoemde Vereeni
ging hun Groente vijlen Wij als Vruithandelaars dan niet
zoude Mogen Vijlen. Hoewel ik niet Gelooft dat uw. Edele
Achtbaren Daar in toe zal stemme. Want dit zou gelijk
staan. Om de Ene Winkelier toe te staan zijn Winkel in
't Volle Licht te doen brande en voor den Ander Een ver
ordening in te stelle te sluiten en Geen licht te brande. Daar
om verzoek ik u Vriendelijk om op dit Verzoek afwijzent te
beschikke.
Ook Hoor ik spreken om de Markt te verplaatsen altijd in
dien vorm al die Geene die niet behoore tot de Tuinders
patroon Vereeniging. Op een ander Gedeelte der Stad. Ook
Hierop zal ik niet veel behoeven te Weeren. Want wie uwer
zal het in t' Hoofd Om met een voorstel in de Raad te
komen Om des Zaterdags als het wat druk loopt in de Waag
te Markten en Zig te plaatsen Op een ander Deel der Stad.
Zoo iets kan ik niet Verwachten van uw dat is gebleken
dat de Raad Heel Goed begrijpt dat de Markt bij Elkaar
behoort aan de Aanstaande Nieuwe Veemarkt. Nu kom ik
niet tot uw Met het Verzoek Geef ons als Vruithandelaars
ook een Loods zoo als bovengenoemde Vereeniging hoewel
ik ook een half percent betaalt net zoo Goed als de Veree
niging En Wij onze pakhuizen onderhouden Moeten tot
Berging van zakke en Ledige Mande. Zoo is Mijn Vriende
lijk verzoek om de tegenwoordige Markt die voor ons zoo
uitnemend Geschikt is te doen behouden en niet de Markt
te verdeelen Want het spreek Woord zegt. Waar het volk
is is de Neering dit is hier ook van toepassing en hoop dat
uw Edel. Achtbaren het Goed Mogen in zien dat het Hoofd
doel is om ons het uit ons brood te stooten Als het die
weg op Moest gaan, Redene waarop Ondergeteekende met
Vriendelijk verzoek tot uw komt
Schijd Geen Markt in tweëen En onneemt ons niet de
Handel Door de Vereeniging voor Gesteld En Daar Wijle
ook in Deze Stad Onze Burgervader v. d. Werff niet in Ging
op het zoet Gevluit van den Spaanse Bevelhebber. Zoo
Hoop en Vertrouw ik stellig dat Onze Burgervader en Ver
dere Raadsleden er niet op in zulle Gaan En de Geheele
Markt te Laaten zoo hij is En Waar Hij Heden is
't Welk doende
de Ondergeschikte Dienaar
Leiden 5 April 1905 S. Kukler.
Aan Edele achtbaare heere Burgemeester wed-
houders en Raadsleden der gemeente leiden.
Edele achtbaare Heere,
Geeft met verschuldigden eerbied te kenne lzaac Pardon.
Haarlemmerstraat 202 Commissionar en Koopman in Hollansche
en Spaansche fruit te Leiden.
Vernomen te hebben dat door de Tuinderspatroons vereeniging
een verzoek is ingedient om door hun de vreien beschikking
is aan gevraagt van de tans bestaande markt, als zij hun
groente veilen.
Dus als ik het goed begrijpt de middag als zij veilen, mogen
wij niet veilen dit zou toch een groot onrecht zijn als burgers
en ook belasting schuldige als de raad daar op in ging. Maar
verzoekt vriendelijk daar af weizend op te beschikken.
Ook is er spraaken om de markt te verplaatsen op een
andere gedeelte der stad, zoo dat de Tuinders patroons ver
eeniging de tegen woordige markt behield. En wij op een
ander deel der stad geplaats werden. Hoe wel ik niet kan
gelooven dat Uw Edel: achtbaare daartoe over zou gaan, want
dit zou de paarde achter de wagen spanne zijn. Want, dat
zou een onbereekenbaare schade teweeg brengen voor ons
ook. Niet het minder voor de handel.
Komd ondergeteekende met het vriendelijk verzoek ons de
markt waar die op heden is, te doen behoude en ons de
vrijheid te geven om ons in de zelfde regten te deelen als
boven genoemde vereeniging.
met de meeste Hoogachtend
Leiden, 4 April 1905. I. Pardon.
Aan Burgemeester en Wethouders en Raadsleden
der Gemeente Leiden.
Edelachtbaren Heeren.
Ondergeteekende P. J. Dirkse Fruithandelaar, Mare 45.
Komt met eerbiedig verzoek aan Edelachtbaren Heeren
Burgemeester Wethouders en Raadsleden der gemeente Leiden,
omdaar er een adres aan de Gemeenteraad is aangeboden
door de Tuinderpatroonsvereening, om de markt van des
middags 12 uur tot des avonds 8 uur in handen te krijgen,
uitsluitend om hun groente te veilen,
alzoo komt hij met het eerbiedig verzoek daarop afwijzend
te beschikkenen de markt te doen behouden op de zelfde
plaats waar hij nu is, en ook ons vrijheid te geven, den
geheelen namiddag daar te veilen. Daar het gepasseerde zomer
gebleken is dat wij des middags 4 uur moesten eindigen
