DONDERDAG '20 APRIL 1905.
43
De Voorzitter. Burg. en Weth. wijzigen art. 2 nu in dien zin,
dat gelezen wordt: »gereed gemaakt of verstrekt". De be
doeling is, dat wanneer iets kan worden gereed gemaakt in
de gemeente-apotheek, het dan daar ook moet geschieden;
kan dit niet, dan heeft toch in ieder geval de verstrekking
in de apotheek plaats.
De beraadslaging wordt gesloten.
Het gewijzigde art. 2 wordt zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
De artikelen 316 worden achtereenvolgens zonder be
raadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
De Verordening in haar geheel wordt zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
De Voorzitter. Alvorens over te gaan tot de behandeling
van punt XVI van de agenda, dat aanleiding kan geven
tot eene zitting met gesloten deuren, wensch ik eerst de
overige punten van de agenda af te doen.
XVII. Voorstel tot continuatie van de verhuring van het
perceel Korte Mare n°. 15 aan Mevr. A. E. Lugt—Groeneboom.
(Zie Ing. St. n°. 92).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemmen aan
genomen.
XVIII. Voorstel tot continuatie van de verhuring van het
perceel Breestraat 119 aan R. Pronk.
(Zie Ing. St. n°. 94).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XIX. Voorstel tot continuatie van de verhuring van een
stukje grond aan de Boommarkt bij het veilingslokaal aan
H. L. A. Speel.
(Zie Ing. St. n°. 90).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XX. Voorstel tot aankoop van een perceel tuingrond onder
de gemeente Oegstgeest nabij het Sanatorium Rhijngeest.
(Zie Ing. St. n°. 93).
De Voorzitter. Ik wensch aan de Commissie van finan
ciën, in wier handen dit voorstel niet schriftelijk is gesteld,
te vragen of zij tegen dit voorstel bezwaren heeft?
De heer van Hoeken. M. d. V. Ik heb hieromtrent het
oordeel ingewonnen van de overige leden der Commissie. Wij
hebben geen bezwaar tegen dit voorstel.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
XXI. Voorstel om aan H. M. de Koningin voor te stellen
Burgemeester en Wethouders te machtigen aan J. P. Lange-
veld vergunning te verleenen tot verkoop van sterken drank
in het klein in het feestgebouw op het van der Werfpark
bij gelegenheid van de aanstaande lustrumfeesten.
(Zie Ing. St. n®. 95).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
XXII. Voorstel tot het verleenen van afschrijving van
plaatselijke directe belasting, dienst 1904.
(Zie Ing. St. n°. 91).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan
genomen.
De Voorzitter. Thans is aan de orde punt XVI van de
agenda. Voor ik echter de openbare vergadering verander
in eene vergadering met gesloten deuren, geef ik het woord
aan den heer Sijtsma, die een paar vragen tot mij wenscht
te richten.
De heer Sijtsma. M. d. V. Wanneer de Overheid de ouders
dwingt om hunne kinderen naar school te zenden, dan rust
ook op die Overheid de zorg voor een behoorlijk medisch
toezicht op dat gedwongen samenzijn van jonge kinderen, dat
natuurlijk zijne eigenaardige medische bezwaren medebrengt.
Het is daarom dat ik herhaaldelijk, het laatst nog bij de
behandeling van de begrooting in de Sectien, de vraag heb
gedaan of er vooruitzicht bestond op de aanstelling van
schoolartsen. Met het antwoord toen door Burg. en Weth.
in de memorie van antwoord op het Sectieverslag gegeven,
was ik zeer ingenomen. Burg. en Weth. antwoordden toen
betreffende deze zaak: »Het is ons aangenaam te kunnen
mededeelen dat hun onderzoek als eventueel aan schoolart
sen zou moeten worden opgedragen reeds sedert eenigen tijd
door eene Commissie uit het college van Stadsgeneesheeren
op een drietal, daarvoor aangewezen scholen wordt ingesteld,
aanvankelijk met een zeer gunstig resultaat. Weldra mag
het rapport dier Commissie worden tegemoet gezien. Of een
voorstel tot instelling van schoolartsen daarvan het gevolg
zal zijnkan uit den aard der zaak thans nog niet worden
medegedeeld."
Sedert dit antwoord zijn er weder een zes maanden ver-
loopen en officieel heb ik omtrent deze aangelegenheid niets
meer vernomen. Officieus is mij echter medegedeelddat het
rapport eenigen tijd geleden is verschenen, en nu zou ik
aan Burg. en Weth. deze vragen willen stellen:
1°. Is het waar dat bedoeld rapport is verschenenen zoo
ja, wordt daarin het nut of de noodzakelijkheid van school
artsen betoogd?
2°. Zijn Burg. en Weth. voornemens eventueel met een voor
stel tot aanstelling van schoolartsen bij den Raad te komen?
3°. Zoo niet, zijn Burg. en Weth. dan bereid het rapport te
publiceeren of althans voor de leden in de leeskamer neder
te leggen ter inzage?
Gaarne ontving ik op deze vragen antwoord. Wanneer het
antwoord op de eerste vraag toestemmend mocht zijn, dan
hebben Burg. en Weth. a gezegd en zullen zij ook b moeten zeggen,
en met een voorstel moeten komen tot aanstelling van school
artsen. Willen Burg. en Weth. dit, dan is mij dit natuurlijk zeer
aangenaam. Zoo niet, dan zou ik gaarne kennis willen nemen
van het rapport, opdat dan het initiatief tot het voorstel om
schoolartsen aan te stellen, kan uitgaan van den Raad.
De Voorzitter. Ik kan den heer Sijtsma het volgende
antwoorden. Terecht is er door hem aan herinnerd, dat bij
de laatste begrooting door een lid in de secties werd aange
drongen op de aanstelling van schoolartsen, en het antwoord van
Burg. en Weth. was in dien zin, dat het rapport der Commissie
ingesteld om een onderzoek in deze aangelegenheid in te
stellen, weldra kon worden tegemoet gezien. Nu is de eerste
vraag van den heer Sijtsma of het waar is, dat bedoeld
rapport is vei schenen, en zoo ja, of dan daarin het nut of de
noodzakelijkheid van schoolartsen wordt betoogd.
Op het eerste gedeelte van de vraag kan ik een bevestigend
antwoord geven, nl. dat het rapport is uitgebracht.
Wat den inhoud van het rapport betreft, het komt mij
eenigszins voorbarig en zelfs minder regelmatig voor, daarom
trent thans reeds mededeelingen te doen.
Op de tweede vraag of Burg. en Weth. voornemens zijn
naar aanleiding van het rapport met een voorstel bij den
Raad te komen tot aanstelling van schoolartsen, daarop kan
ik antwoorden, dat naar aanleiding van het rapport nog een
nader onderzoek heeft plaats gehad, maai' dat de zaak nu in
dit stadium is, dat vrij spoedig een voorstel van Burg. en
Weth. den Raad zal bereiken. Na deze mededeeling geloof
ik wel, dat de beantwoording van de laatste vraag of Bnrg.
en Weth. bereid zijn het rapport te publiceeren, achterwege
kan blijven.
De heer Sijtsma. Dank u, Mijnheer de Voorzitter.
De heer van Gruting. M. d. V. Ik wilde gaarne deze
gelegenheid aangrijpen om nog eens te wijzen op den
onhoudbaren toestand van de tramrails in de Steenstraat, de
toestand is daar bepaald verschrikkelijk; het is zoo erg, dat
er elk oogenblik een ongeluk te wachten is.
De Voorzitter. Herhaaldelijk is de aandacht van de directie
van de Tramwegmaatschappij op den toestand der rails
gevestigd door den Directeur van gemeentewerken, en haar
verzocht om voorzieningen te treffen. Ook ikzelf heb in
Januari met den Directeur een onderhoud gehad over ver
nieuwing der rails. Er is ons toen beloofd dat vóór de lustrum
feesten in deze zaak zou worden voorzien.
De heer Paul. M. d. V. Ik kan er nog bijvoegen dat de
rails totaal verrot zijn; zij verkeeren in zulk een staat, dat
straatsteenen er door worden losgewerkt. De Maatschappij
zal nu wel gedwongen worden om de noodige herstellingen
te doen en de rails te vernieuwen, want het zal geen maand
meer duren of de weg is onberijdbaar.
De Voorzitter. Ik zal nog eens nagaan wat de concessie
ons veroorlooft in deze te doenik weet niet uit het hoofd
of deze ons de bevoegdheid geeft om zoo noodig zelf handelend
op te treden. In elk geval zullen wij alles doen wat de concessie
ons aan de hand geeft, en wij zullen de Directie nogmaals
aanschrijven zoo spoedig mogelijk de noodige vernieuwingen
te treffen. Mijnerzijds is reeds gedaan wat mogelijk is, maar
ik zal nogmaals eene poging in het werk stellen.
De heer Meuleman. M. d. V. Ik zou de aandacht van
Burg. en Weth. willen vestigen op de namen van straten
aan den Zoeterwoudschen Singel. Men vindt daar de Burge
meester Wasstraat, de Burgemeester de Laat de Kanterstraat.
De straten zijn officieel niet zoo gedoopt; de bouwonder
nemers doopen zelf die straten zoo. Wordt het geen tijd
dat zij officieele namen krijgen?