40
DONDERDAG 20 APRIL 1905.
van den 2 dezer voorloopig vastgestelde nieuwe begrooting
voor de dienstdoende Schutterij Uwer Gemeente voor het jaar
1905, met uitnoodiging tot hare definitieve vaststelling te
willen overgaan.
Wij maken bezwaar aan die uitnoodiging te voldoen op
grond, dat reeds onder dagteekening van den 8 November 1904
door ons college eene begrooting voor die Schutterij voor 1905
krachtens art. 34 der Wet op de Schutterijen definitief is
vastgesteld, waarbij voor de verschillende functionarissen bij
die Schutterij verwachtingen werden geopend.
Eene wijziging der reeds vastgestelde begrooting zal zich
moeten beperken tot datgene wat een rechtstreeksch gevolg
is van de vermindering van het personeel, gesteld dat daar
voor eene wijziging der begrooting noodig wordt geacht.
Met terugzending der nader ingediende begrooting, noodi-
gen wij U uit van het vorenstaande mededeeling te doen aan
den Raad Uwer Gemeente en aan den Schuttersraad.
De Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland,
Patijn, Voorzitter.
F. Tavenraat, Griffier.
Aan heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden.
De Voorzitter. Ik behoef wel niet te zeggen, dat door ons
in deze zaak nog niet het laatste woord is gesproken, en dat
deze brief aanleiding heeft gegeven tot een nader schrijven
aan Gedeputeerde Staten, waarop reeds antwoord is ingekomen.
In elk geval zal de zaak nader bij den Raad ter sprake komen,
en blijft er nu niets anders over, dan dit schrijven van Gede
puteerde Staten voor kennisgeving aan te nemen.
Daartoe wordt besloten.
14°. Missive van den Kolonel Comm' van het 4e Reg1 Inf.,
houdende dankbetuiging voor de beschikbaarstelling van een
lokaal voor de repetitiën van het muziekcorps van het Regiment.
Dit stuk luidt als volgt:
Leiden, 28 Maart 1905.
Ik heb de eer Uw College mijnen dank te betuigen voor
de in de zitting van den gemeenteraad van 23 dezer ge
nomen beslissing in zake het beschikbaar stellen van een
lokaal voor de repetitiën van het muziekkorps van het mij
o. h. Regiment.
Genoemde beslissing werd mij medegedeeld bij Uwen
brief van den 24n Maart j.l. N°. 55 M. Z.
De Kolonel Regiments Commandant,
G. J. W. Koolemans Beijnen.
Aan heeren Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
15°. Rapport van de Commissie van Fabricage, waaruit
blijkt, dat de firma Guldemond Zoon afziet van haar plan
tot verwijding van de sloot, waarover de Pilarenbrug in den
Haarlemmertrekvaartweg is gelegen, zoodat haar verzoek om
verandering van die brug wordt ingetrokken.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Rekening, dienst 1904, van de dienstd. Schutterij dezer
gemeente.
Wordt gesteld in handen van de Commissie van financiën
2°. Verslag van de Plaatselijke Schoolcommissie omtrent den
toestand van het Lager Onderwijs gedurende het jaar 1904.
Zal worden opgenomen in het Gemeenteverslag.
3°. Verzoek van G. J. Keyzer c s. om afwijzend te beschikken
op het verzoek van het Bestuur der Tuinders-Patroonsvereeni-
ging om te verbieden, dat van 12 uur 's middags tot 8 uur
's avonds groente en fruit mogen verkocht of geveild worden
buiten het veilingslokaal, anders dan door de vereeniging.
4°. Adres van de Gebrs. Dirkse, houdende verzoek om niet
over te gaan tot splitsing of verplaatsing van de ooft- en
groentemarkt.
5°. Adressen van P. J. Dirkse, I. Pardon en S. Kukler,
houdende verzoek om afwijzend te beschikken op het verzoek
van de Tuinders-Patroons vereeniging om wijziging van de ver
ordening op het houden van veilingen van groente enz.
6°. Adres van W. van der Mey Az. c. s., houdende verzoek
om de aardappelmarkt weder van den Stillen Rijn te verplaat
sen naar de Volmolengracht.
7°. Verzoek van Mej. W. van der Waals geb. Rolloos, om
continuatie in de betrekking van stadsvroedvrouw.
Worden gesteld in handen van Burg. en Wetli.
8°. Adres van den Kerkeraad der Nederd. Herv. gemeente
houdende verzoek om bij verordening te bepalen, dat de voor
het publiek toegankelijke localiteiten, voor welke vergunning
is verleend tot verkoop van sterken drank, op Zondag moeten
gesloten zijn, hetzij den geheelen dag, hetzij tot des namid
dags twee uur.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Edelachtbaren Raad der gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren!
De Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente te Leiden, gedach
tig er aan, dat het tot Uwe bevoegdheid behoort verordeningen
te maken, die in het belang der openbare orde, zedelijkheid
en gezondheid worden vereischt;
ziende op het recht, U bij de wet gegeven, om het verkoopen
van sterken drank in de Gemeente op bepaalde dagen tegen
te gaan;
bekend met den jammer door bedwelmenden drank in het
leven van velen en in geheele huisgezinnen veroorzaakt;
wenschende dat de Zondagsrust zooveel mogelijk bevorderd
worde en dat met kracht worde bestreden wat op de Zondags
heiliging belemmerend werkt;
komt met verschuldigden eerbied door dit schrijven U ver
zoeken, zulk een besluit te nemen en zulk een verordening
vast te stellen, waardoor bepaald wordt, dat in de gemeente
Leiden, de voor het publiek toegankelijke localiteiten, voor
welke vergunning is verleend, den geheelen Zondag gesloten
moeten zijn.
Mocht het echter U voorkomen, dat hi irmede te veel wordt
gevraagd, dan zou genoemde Kerkeraad wenschen, dat bedoelde
localiteiten op den Zondag voor het publiek niet open mochten
zijn vóór des namiddags te twee uren.
De Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente te Leiden
Namens dezen:
W. Briet, l. Praeses.
C. Hartwigsen, h. t. Scriba.
Leiden, 14 April 1905.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
9°. Verzoek van het Bestuur der afd. Zoeterwoude van den
Boerenbond om de kosten van hulp bij en het loon voor het
wegen van vette varkens op de Vette-Varkensmarkt niet voor
rekening van de koopers te brengen en om vermindering van
de markt- en weegloonen.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Edelachtb. Heeren.
Het Bestuur van de afdeeling Zoeterwoude van den Boeren
bond geeft met den meest verschuldigden eerbied te kennen
dat het aantal vette varkens, dat wekelijks op de vette
varkensmarkt wordt aangevoerd, gaandeweg vermindert.
Adressant betreurt het, dat die markt, welke met zooveel
belangstelling door de boeren zelf is tegemoet gezien en
waarvoor ook Uw college zich offers heeft getroost een
kwijnend bestaan moet leiden en ten laatste geheel zou moeten
worden prijsgegeven, wegens gebrek aan aanvoer. Adressant
is van meening, dat de hooge kosten van markt- en waagloonen
de oorzaken zijn, waarom van de markt geen drukker gebruik
wordt gemaakt. Wat toch is het geval?
Een landbouwer, die thans zijn vette varkens thuis verkoopt
om bijv. te Haarlem te leveren heeft in het geheel 75 ets
kosten per varken. Markt diezelfde persoon te Leiden dan
bedragen die kosten per varken ƒ0.40 markt- en waagloon,
ƒ0.40 vervoerkosten aan den schipper, werkloonen en loon
voor het waagbricfje ad 0.20, assurantieloon ƒ0.25 totaal
1.25 per stuk. Doch ook, indien de boer geen gebruik
wenscht te maken van de hulp der werklieden en zelf zijn
varkens ter plaatse brengt waar ze gewogen worden, wat
hem in de meeste gevallen eene onmogelijkheid is, dan zijn
de onkosten toch per varken nog hooger.
Adressant's overtuiging in deze is, dat de boeren oneindig
liever markten, dan thuis verkoopen, doch evenzeer zijn zij
er van overtuigd, dat uit hoofde der gevorderde kosten, de
markt op deze wijze niet tot bloei kan worden gebracht.
Adressant wendt zich mitsdien eerbiedig tot Uw college
met verzoek wel te willen bevorderen
1°. dat althans zeker de gevorderde hulp van de werklieden
en loon voor het weegbrieije niet meer door de verkoopers
moeten worden betaald.
2°. dat, zoo mogelijk, de markt- en waagloonen in zoodanige
verhouding worden verminderd dat de verkooopers beter hunne
vette varkens in uwe gemeente kunnen markten, dan ze,
thuis verkoopende, te Haarlem te leveren, ten einde aldus de
concurrentie het hoofd te kunnen bieden.
't Welk doende enz.
Het Bestuur v/d. Boerenbond,
Adrs van Leeuwen, Voorzitter.
J. Mentink, Bestuurslid.
Zoeterwoude, 17 April 1905.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.