4 DONDERDAG 10 JANUARI 1905 Het is dus allerminst de bedoeling om hier eene categorie van agenten 4de klasse in te voeren, waarop men in Utrecht is teruggekomen, liet geldt hier eenvoudig personen die vroe ger in dienst van de politie zijn geweest, en die bij ziekte van de gewone agenten of bij andere afwezigheid, tijdelijk kunnen invallen. De heer van Gruting. M. d. V. Ik dank U voor de inlich tingen. Na de door U gedane mededeelingen, kan ik mij met het voorstel wel vereenigen, maar moet U toch nog even op een kleine onjuistheid, die U gezegd heeft, opmerkzaam maken. Te Utrecht bestondenhoofdagenten, agenten le, 2e, 3e en 4e klasse. De agenten der 3e klasse waren de eigenlijke kleppers, die met de klep op den rug slechts nachtdienst deden. De 4e klasse agenten kwamen alleen op als de politie hen noodig had en zijn dus dezelfde als de 4e klasse-agenten, die bij deze reorganisatie zijn bedoeld, doch met dit onderscheid, dat zij in Utrecht gewone handwerkslieden waren, terwijl onze 4e klasse agenten zooveel mogetijk oud-politiedienaren zullen zijn en daarom heb ik er thans geen bezwaar in. De heer Pera. M. d. V. Wanneer ik U wel heb begrepen, dan kan ik over Uw antwoord tevreden zijn. Ik ben niet ge noeg vreemdeling in de wereld, om niet te weten, dat er als regel niet aan gedacht kan worden om de agenten te bevor deren tot adjunct-inspecteur of inspecteur. Daarvoor zal menigmaal hun opleiding niet voldoende zijn geweest, en ook de noodige wilskracht ontbreken. Wat ik evenwel wensch is het openlaten van de mogelijkheid, om voor hem, die door ijverige studie en toewijding zich zelf geschikt maakt voor opklimming tot een hoogeren rang, de gelegenheid tot bevor dering niet worde afgesneden, maar dat met zulke gevallen rekening zal worden gehouden. Bevordering tot een hoogeren rang is dus voor hen, die zich die bevordering weten waardig te maken, niet uitgesloten, al zal de gelegenheid tot zulk eene bevordering tot de uitzonderingen blijven behooren. Het werkt animeerend, wanneer men weet dat de mogelijkheid bestaat om langs den weg van inspanning en toewijding hooger op te kunnen komen. De algemeene beraadslaging wordt gesloten. De oorzitter. In art. 2 is eene drukfout ingeslopen. Daar staat: de hoofdagent geniet eene aanvangswedde van ƒ750.— met twee jaarlijksche verhoogingen ieder van 50.— tot een maximum van 850.—Dit moet zi]n: met twee jaarlijksche verhoogingen ieder van f 25.— tot een maximum van f800.—. De artikelen 1 tot en met 5 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming en daarna de verordening in haar geheel aangenomen. Niemand verder het woord verlangende, wordt de openbare vergadering gesloten en veranderd in eene vergadering met gesloten deuren. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1905 | | pagina 4