DONDERDAG 13 OCTOBER 1904.
135
Zitting Tan Donderdag 13 October 1904.
Geopend des namiddags te 2 uur.
Voorzitter: de heer Mr. N. DE RIDDER, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van een gemeente-apotheker. (215)
2° Verzoek van G. van Rijk om eervol ontslag als Waag- en
Ijkmeester. (222)
3° Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst
1903, van de Stedelijke Werkinrichting. (211)
4° Rekening, dienst 1903, van de Stedelijke Werkinrichting.
(211).
5° Suppletoire staat van begrooting, dienst 1903, van het
Roomsch-Katholiek Wees- en Oudeliedenhuis. (212)
6° Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst
1903, van het Roomsch-Katholiek Wees- en Oudelieden
huis (212)
7°Staat van af- en overschrijving op de begrooting. dienst
1903, van het Roomsch-Katholiek Armbestuur. (212)
8° Rekening, dienst 1903, van het Heilige Geest- of Arme
Wees- en Kinderhuis. (213)
90 Voorstel tot openbaren verkoop van op de Stads-timmerwerf
aanwezige, buiten gebruik gestelde materialen enz. (216)
10° Verzoek van R. van de Pol om vergunning tot het bouwen
van een houten schuur op het perceel tuingrond aan de
Roomburgerlaan, kadastraal bekend onder Sectie M. n°.
949, gemeente Leiden. (217)
11° Voorstel tot verhuring van de bovenwoning van het
perceel Nieuwsteeg 10. (214)
12° Voorstel tot verhuring van de bouwmanswoning »Ende-
geest", een perceel weiland en bosch en een partij weiland
gelegen te Oegstgeest, aan J. de Groot aldaar. (221)
13° Verzoek van J en H. Bots om den eigendom van een strook
grond nabij de voormalige Hoogewoerdspoort, kadastraal
bekend onder Sectie A. n°. 828, gemeente Leiden. (219)
'14° Verzoek van het Bestuur der afd. Leiden en omstreken
van den Ned. Roomsch-Katholieken Volksbond om ver
hooging van de ten behoeve der teekenschool toegekende
subsidie. (210)
15° Verzoek van het Bestuur van de afd. Leiden c. a. van den
Nederlandschen Protestantenbond om toekenning van sub
sidie in de kosten van teekenonder wijs. (210)
160 Vaststelling van de verordening, regelende het getal der
scholen, waarin te Leiden openbaar herhalingsonderwijs
wordt gegeven, den omvang van het onderwijs en het
aantal onderwijzers en onderwijzeressen, bij dat onderwijs
werkzaam. (218)
17° Vaststelling van het algemeen leerplan voor de openbare
herhalingsscholen. (218)
18° Vaststelling van de verordening, regelende de bezoldiging
van de onderwijzers en onderwijzeressen, belast met het
geven van openbaar herhalingsonderwijs. (218)
19° Vaststelling van de verordening, houdende wijziging der
verordening van den 3en Maart 1904, (Gem blad n°. 4),
houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen voor
het houden van de verschillende markten en van veilingen
van groente, ooit en aardappelen. (223)
20° Vaststelling van de verordening, houdende wijziging der
verordening van den 26en Mei 1904 (Gem.blad n°. 22)
regelende de heffing van weegloonen en plaatsgelden aan
de Gemeente waag te Leiden. (223)
21° Vaststelling van de verordening regelende de invordering
van plaatsgelden en weegloonen aan de Gemeentewaag
en van weegloonen aan de vette varkensmark t te Leiden.
(223)
22° Voorstel tot oprichting van wege de gemeente van een
electrische centrale. (220)
Tegenwoordig zijn 29 leden, als de heerenFockema Andreae,
Sijtsma, Timp, van Lidth de Jeude, van der Eist, van der
"V'lugt, Witmans, de Vries, Verhey van Wijk, Korevaar,
A. Mulder, Juta, van der Lip, Bosch, Hasselbach, van Gruting,
P. J. Mulder, van Tol, van Hoeken, Bots, Kerstens, Driessen,
Le Poole, Aalberse, Vergouwen, Meuleman, Pera, van Hamel
en Paul, alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren: van Dissel wegens uitstedigheid
en de Goeje wegens ongesteldheid.
De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van 22 September 1904 worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1°. Missive van Dr. J. C. J. Bierens de Haan, houdende
mededeeling dat hij de benoeming tot lid der Commissie van
toezicht op het Middelbaar Onderwijs aanneemt.
2°. Missive van Ged. Staten ten geleide van het goedgekeurd
raadsbesluit tot oprichting van een vette-varkensmarkt.
3°. Missive van J. de Groot te Delft, houdende mededeeling
dat hij de benoeming tot onderwijzer aan de school 3e klasse
n". 6 aanneemt.
4°. Dispositie van Ged. Staten ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot het doen van af- en overschrijving
op de begrooting, dienst 1904, voor de verhooging van den
post: Kosten van examens en van proeflessen der onderwijzers.
5°. Besluit van den Commissaris der Koningin tot benoeming
van J. P. Fontein, P. J. Groen en W. Kok tot leden van het
College van Zetters.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Bezwaarschriften van verschillende personen tegen hunnen
aanslag in de plaats, directe belasting, dienst 1904.
20. Verzoek van W. Visser om afschrijving van plaats,
directe belasting, dienst 1904, wegens woonplaatsverandering.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
3°. Adres van den Christ. Bestuurdersbond, houdende ver
zoek om subsidie in de kosten van een opgerichte arbeidsbeurs.
Dit stuk luidt als volgt:
Leiden, 30 September 1904.
Aan den Raad der Gemeente Leiden
geven met verschuldigden eerbied te kennen onder-
geteekenden Voorzitter en Secretaris van de Chr. Bestuurders-
bond gevestigd te Leiden
dat alhier is opgericht een Arbeidsbeurs, waarvan Statuten
en Reglement hierbij zijn ingesloten,
dat deze Arbeidsbeurs voor de Gemeente Leiden naar hun
bescheiden oordeel mag geacht worden een noodzakelijkheid
te zijn;
dat aan eene zoodanige instelling verschillende kosten zooals
voor localiteitverwarminglicht en drukwerk verbonden zijn
dat deze onkosten onmogelijk door bovengenoemde Bond
kunnen worden bestreden
redenen waarom ondergeteekenden UEdelachtb. eerbiedig
verzoeken daaraan eenigen geldelijken steun te willen ver-
leenen.
't Welk doende,
II. J. van Kerkhoff, Voorzitter.
C. Laterveer, Secretaris.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
4°. Adres van J. Dingjan, houdende verzoek om het politiepost
huisje aan den Hoogen Rijndijk te plaatsen op de benmsloot
tegen den muur van zijne woning aldaar.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
WelEdelAchtbare Heeren!
Geef met eerbied ondergeteekende te kennen, dat hij kennis
heeft genomen omtrent uw besluit in verplaatsing van het
Politiehuis aan den 11. Rijndijk alhier welke nu zou gebracht
worden in de onmidelijke nabijheid van mijne waschinrichting
aldaar. Vestigd uwe welwillende aandacht op dit voor mij
ernstig en noodlottig besluit, waarom mijn bedrijf wordt be-
drijgd, nl. dat bij onverwachte wending der wind naar die
van west en noordwest de steenkolenrook in de droogkamer
zal dringen, waardoor het gebruik er van in zulk een geval
voor eeninge weken totaal onmogelijk wordt, en zulks door
een onderzoek van deskundigen bevestigd zal worden.
Overtuigd van de moeielijkheid, waarin uw college hierin
zich bevindt, biedt adressant beleefd hiervoor zijn bermsloot
nabij de daailiggende toegangsbrug aan, met gebruikmaking
van de voorpuimuur, der woning, voor zoo breed als men
het noodig zal achten niet alleen voor het politiehuis, maar
ook voor de slangenwagen of andere necessares, waar dooi
de kosten van verplaatsing, aanmerkelijk zullen verminderen
en u mij voor een groote schade zult vrijwaren.
Mij voor een gunstige beschikking aanbevelende teeken
ik mij
Uw onderdanige dn.
J. Dingjan.
