128
DONDERDAG 22 SEPTEMBER 1904.
aangedrongen, dan hadden Gebr. van Ulden niet 1000.—,
maar misschien wel f 5000.boete opgeloopen.
In de gegeven omstandigheden gelooven wij dan ook, dat
tegen inwilliging van het verzoek alles te zeggen is en wij
adviseeren daarom, hierop afwijzend te beschikken.
Dienovereenkomstig wordt zonder hoofdelijke stemming
besloten.
4°. Verzoek van de afd. Oegstgeest en omstr. van de IIol-
landsche Maatschappij van Landbouw om over te gaan tot de
plaatsing van een 3e weegschaal ten behoeve van de Kaasmarkt.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geven de ondergeteekenden met verschuldigden eerbied
te kennen;
dat zij zich reeds ongeveer twee jaren geleden, hebben
gewend tot Burgemeester en Wethouders, met beleefd ver
zoek, om, tot spoediger afloop der kaasmarkt voor de vee-
marktbezoekers zoo mogelijk eene derde gelegenheid tot
wegen daar te stellen. Bij de enorme uitbreiding, die de
kaasmarkt vooral in de zomermaanden heeft verkregen, doet
zich de noodzakelijkheid daarvan hoe langer hoe meer -ge
voelen; zelfs zóó dat er in de vergaderingen onzer afdeeling
reeds stemmen opgingen of het niet mogelijk zoude zijn
eene particuliere gelegenheid tot wegen daar te stellen. Het
is daarom dat wij ons tot Uwen Raad wenden met beleefd,
doch dringend verzoek aan onzen wensch te willen voldoen,
hetgeen zeker zal bijdragen tot den bloei der markt.
Namens de afdeeling Oegstgeest en omstreken van de
Ilollandsche Maatschappij van Landbouw,
J. J. van Hoeken, Voorzitter.
W. van Maanen, Secretaris.
Leiden, 21 September 1904.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
5°. Verzoek van de Vereeniging »Schoolkindervoeding" om
ook weder dit jaar in het genot te worden gesteld van de
subsidie ad ƒ500.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren,
De ondergeteekenden in hun kwaliteit van tijdelijk Voor
zitter en Secretaris der vereeniging »Schoolkindervoeding" te
Leiden, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 28 Nov. 1894,
nemen met gepasten eerbied de vrijheid zich tot U Edelacht-
baren te wenden met het verzoek de vereeniging voornoemd
weder dit jaar in het genot van een Gemeentelijke subsidie
van vijf honderd gulden te stellen, behoudens de daaraan
verbonden voorwaarden.
Het nut der zaak, die »Schoolkindervoeding" voorstaat en
de geringe geldmiddelen, ontoereikend om zelfs op bescheiden
schaal aan hare verplichtingen te voldoengeven adressanten
de vrijheid bovenstaand verzoek tot U Edelachtbaren te richten,
dat naar zij hopen ook dit jaar door UEdachtb. gunstig zal
ontvangen worden.
't Welk doende enz.
Het Bestuur der Vereeniging Schoolkindervoeding"
A. I. Witmans Mzn., tijd. Voorzitter.
F. A. Schilthuizen, Secretaris.
Leiden, 21 September 1904.
De Voorzitter. Ik stel u voor, dit stuk te behandelen bij
de Gemeente-begrooting, dienst 1905. Zooals de heeren zullen
hebben gemerkt, is door ons reeds aanvankelijk op de concept-
begrooting een post uitgetrokken om aan die Vereeniging
wederom subsidie te verleenen, zooals vorige jaren het geval was.
Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een lid van het Bestuur der vereeniging
»De Practische Ambachtsschool".
(Zie Ing. St. n8. 195).
De Voorzitter. Mag ik de heeren Fockema Andrete, P. J.
Mulder, Timp en van Gruting uitnoodigen het stembureau
te willen formeeren?
Benoemd wordt de heer M. C. F. J. Cosijn, met 24 stemmen,
zijnde uitgebracht op den heer Paul 1 stem.
II. Benoeming van een onderwijzer aan de school der 3de
klasse n°. 6.
(Zie Ing. St. n°. 202).
Benoemd wordt de heer J. de Groot, met algemeene (25)
stemmen.
III. Benoeming van een onderwijzer aan de school der 3de
klasse n°. 5.
(Zie Ing. St. n°. 201).
Benoemd wordt de heer W. Wolda, met algemeene (25)
stemmen.
lila. Benoeming van een assistent-geneesheer in het gesticht
»Endegeest".
Benoemd wordt de heer H. van der Hoeven Jr., met 25
stemmen.
De Voorzitter. Ik stel u voor, de benoeming te doen
ingaan met 1 Oct. a. s.
Dienovereenkomstig wordt bij acclamatie besloten.
De Voorzitter. Ik dank de heeren, die het stembureau
hebben uitgemaakt, zeer voor de verleende hulp.
IV. Verzoek van mej. M. C. van Campen om eervol ont
slag als onderwijzeres aan de school der 3de klasse n°. 6.
(Zie Ing. St. n°. 196).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdèlijke stem
ming gunstig op beschikt.
V. Verzoek van mej. S. Winkler om eervol ontslag als
hoofd der Meisjesschool 2de klasse.
(Zie Ing. St. n°. 197).
De Voorzitter. Burg. en Weth. stellen voor, het ontslag
eervol te verleenen, maar bovendien daaraan toe te voegen
deze clausule, dat zulks geschiedt onder dankbetuiging voor
de langdurige. in de betrekking bewezen diensten. Het
Dagelijksch Bestuur meende met het oog op de bijna dertig
jarige dienstvervulling van mej. Winkler, te moeten voor
stellen dit er aan toe te voegen.
De heer Witmans. M. d. V. Ik zal er gaarne toe mede
werken om aan mej. Winkler het gevraagde eervol ontslag
te verleenen onder bijvoeging van hetgeen door het Dage
lijksch Bestuur is voorgesteld. De reden, die mij dan ook
het woord heeft doen vragen, is, dat ik niet weet, of ik bij
de benoeming van de opvolgster van mej. Winkler wel in
de gelegenheid zal zijn iets te kunnen zeggen. Ik wensch
nl. uit te spreken, dat ik hartelijk zou hopen, dat het tot
overeenstemming kwam tusschen het Dagelijksch Bestuur
en den Districts-schoolopziener ten opzichte van de door het
verleenen van dit ontslag te vervullen vacante plaats, zoodat
in dat geval geen vergelijkend examen zal behoeven te worden
afgenomen, wat altijd kosten en andere dingen na zich sleept,
Dit is het, mijnheer de Voorzitter, wat ik op het hart had,
en ik zou Burg. en Weth. daarom gaarne in overweging
willen geven de benoeming ditmaal door den Raad te doen
geschieden, zonder dat vooraf een vergelijkend examen wordt
afgenomen.
De Voorzitter. In antwoord op het door den heer Witmans
gesprokene, kan ik mededeelen, dat wij er altijd zooveel
mogelijk op uit zijn om overeenstemming te zoeken tusschen
den Districtsschoolopziener en ons college, maar wij kunnen
den wil van den Districtsschoolopziener natuurlijk niet altijd
neigen naar den kant, zooals wij dat wel gaarne zouden willen.
Wanneer de Schoolopziener blijft volharden bij de meening,
dat althans een beperkt vergelijkend onderzoek noodig is,
dan kunnen wij, met de Wet in de hand, daaraan niets doen.
Trouwens zoodanig beperkt vergelijkend onderzoek is niet on-
gewenscht. Maar ik kan de verzekering geven, dat dit wel
zal worden voorkomen, dat, zooals bij eene vorige gelegenheid
is geschied, iemand zich gekrenkt behoeft te gevoelen over
de wijze van oproeping of tegen zijn wil per se van mede
dinging uitgesloten zal zijn.
De beraadslaging wordt gesloten.
Overeenkomstig het praeadvies van Burg. en Weth. wordt
zonder hoofdelijke stemming besloten.
VI. Verzoek van het Bestuur der Gymnastiek en Scherm-
vereeniging »Excelsior" om het gebruik van het Gymnastiek
lokaal der school in de van der Werfstraat.
(Zie Ing. St. n°. 198).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
VII. Verzoek van H. W. Straathof om teruggave van de door
hem betaalde premiën aan de Rijksverzekeringbank.
(Zie Ing. St. n°. 199).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.