128 DONDERDAG 8
8°. Verzoek van het Bestuur der Leidsche Runder- en
Varkensslagersvereeniging om wijziging der verordening op
het gebruik van het Openbaar Slachthuis wat betreft den
tijd van openstelling dier inrichting.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
9°. Rapport van de Raadscommissie in zake het onderzoek
naar de verplichting tot voldoening van den aanslag der ge
meente in de polderiasten van den Boterhuispolder.
Dit stuk is geheim en ter inzage van de leden in de Lees
kamer nedergelegd.
10°. Verzoek van Mej. H. Obermann om eervol ontslag als
onderwijzeres aan de Meisjesschool 2e klasse, met ingang van
1 Januari 1904.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
11°. Adressen van de bonden van patroons in het Timmer
vak en in het Metselvak alhier, houdende verzoek tot teruggave
aan W. A. van Lith van de door hem betaalde premiën voor
de verzekering tegen ongevallen van bij den bouw van de
school in de Paul Krugerstraat werkzaam geweest zijnde
werklieden.
Deze stukken luiden als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
WelEdelAchtbare Heeren.
De Bond van Patroons in het Timmervak opgericht 13
Januari 1898, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 9 October
1903 No. 57 geeft met verschuldigden eerbied te kennen, dat
het hun verwondering in geen geringe mate gewekt heeft
dat er over de uitlegging van Bestek No. 17 (Gemeenteschool
aan de Krugerstraat) verschil van gevoelen tusschen Beste-
ders en Aannemer bestaat over de betaling premiën Ongeval
lenwet daar er in de Voorwaarden waarnaar B. en W dat
werk aanbesteed hebben op bladz. 40 Art. 1 en vv. dit punt
zoo duidelijk is omschreven dat dit verschil geheel buiten
gesloten moest zijn.
Indien daar was bepaald dat deze artikelen geldig waren
tot aan den dag der inwerkingstelling van Art 1 der Onge
vallenwet dan was de toestand anders maar nu is hun opvat
ting dat het geheele Bestek geldt voor het geheele werk en dat
al was dit juridisch nog niet te verdedigen de billijkheid zou
vorderen terugbetaling van de door den Aannemer aan de
Verzekeringsbank betaalde premiënreden waarom zij beleefd
verzoeken tot teruggave van bovengenoemde uitgaven te
besluiten.
Hoogachtend met verschuldigden eerbied,
Namens den Bond van Patroons in het Timmervak
De Voorzitter
W. Kok.
De Secretaris
A. van 't Riet.
Leiden, 7 October 1903.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
EdelAchtbare Heeren.
De Bond van Patroons in het metselvak alhier, opgericht
20 Februari 1901, koninklijk goedgekeurd 2 Juni 1903 Staats
blad No. 08, kennis genomen hebbende van de afwijzende
beschikking van EdelAchtbare Heeren B. en W. in zake het
verzoek van den Heer W. A. van Lith betreffende o. m. terug
betaling der door hem betaalde premiegelden voor de onge
vallenverzekering bij het Rijk tijdens den bouw der school
in de Paul Krugerstraat, geven met verschuldigden eerbied
met dezen aan den Raad hun leedwezen te kennen over ge
noemd besluit, waarom hij zich met deze tot den Raad wendt,
verzoekende gunstig op het gevraagde te willen beschikken.
Aangezien toch door den aannemer vooraf in verband met
de bepaling in het bestek (welke toch voor den geheelen
duur van het werk gold) niet op een premieberekening gere
kend behoefde te worden en ook datum der intreding dier
wet evenzoo het percentage of gevaarklasse bij de aanneming
niet bekend washeeft de Gemeente toch deze kosten tijdens
den geheelen duur van het werk op zich genomen, zoodat
er ook o. i. buiten dat alles ook billijkheidstermen aanwezig
zijn om in gunstigen zin te besluiten en genoemde aannemer
daardoor voor deze hem niet toekomende schadepost te
vrijwaren.
Hetwelk doende met verschuldigden eerbied en hoogachting,
Namens den Bond van Patroons in het metselvak
B. J. Huurman Dzn, Voorzitter.
P. J. Verhoog, Secretaris
Zullen worden behandeld bij punt 15 der agenda.
12°. Missive van W. A. van Lith houdende nadere toe
lichting van zijn verzoek tot teruggave van de door hem
OCTOBER 1903.
betaalde premiën voor de verzekering tegen ongevallen van
bij den bouw van de school in de Paul Krugerstraat werk
zaam geweest zijnde werklieden.
Zal worden behandeld bij punt 15 der agenda.
Aan de orde is:
I. Benoeming van eene derde onderwijzeres in de hand
werken aan de school der 3e klasse n°. 6.
(Zie Ing. St n. 293).
De Voorzitter. Ik heb de eer de heeren van der Lip, Paul en
van Tol uit te noodigen met mij het stembureau uit te maken.
Benoemd wordt Mej. S. C. J. de Wekker met 20 stemmen;
2 stemmen zijn uitgebracht op Mej. J. E. Krieger.
II. Benoeming, van eene onderwijzeres aan de Jongensschool
2e klasse.
(Zie Ing. St. n°. 297).
Benoemd wordt Mej. M. M. Duijverman met 25 stemmen;
3 stemmen zijn uitgebracht op Mej. C. D. Fortanier.
III. Benoeming van eene onderwijzeres aan de school der
3e klasse n°. 6.
(Zie Ing. St. n<>. 296).
Benoemd wordt Mej. E. J. Drechsler, met algemeene (28)
stemmen.
De Voorzitter. Ik dank de heeren voor de genomen moeite.
IV. Verzoek van Mevr. A. A. Ch. Martens geb. Bloem om
terugbetaling en vrijstelling van de betaling van schoolgeld,
Middelbaar Ónderwijs.
(Zie Ing. St. n°. 282).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
besloten aan adressante geen terugbetaling van schoolgeld te
verleenen doch haar vrij te stellen van betaling van school
geld over de laatste drie kwartalen van den cursus 19031904.
V. Verzoek van A. van der Harst om terugbetaling van
schoolgeld, Lager Onderwijs.
(Zie Ing. St. nn. 287).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
VI. Verzoek van H. C. W. L. Beerstecher om terugbetaling
van schoolgeld, Lager Onderwijs.
(Zie Ing. St. n°. 284).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
VII. Verzoek van H. J. van Ebbenhorst Tengbergen om
terugbetaling van schoolgeld, Lager Onderwijs.
(Zie Ing. St. n°. 285).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
VIII. Verzoek van Mevr. J. H. de Geus geb. Pel om terug
betaling van schoolgeld, Lager Onderwijs.
(Zie Ing. St n° 286).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
IX. Verzoek van J. F. L Rietdijk om vrijsteliing van de
betaling van schoolgeld, Middelbaar Onderwijs.
(Zie Ing. St. n°. 292).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt.
X. Rekening, dienst 1902, van het Roomsch- Katholiek Wees-
en Oudeliedenhuis.
(Zie Ing. St. n°. 279).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.
XI. Rekening, dienst 1902, van het Roomsch-Katholiek Arm
bestuur.
(Zie Ing. St. n°. 279).
Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
goedgekeurd.
XII. Rekening, dienst 1902, van het Heilige Geest- of Arme
Wees- en Kinderhuis.
(Zie Ing. St. n°. 278).
(Vóór de behandeling van dit onderwerp verlaat de heer
van der Lip de vergadering).